Home Alle artikelen

Alle artikelen

Een overzicht van de artikelen die we recent hebben gepubliceerd.
De circa 46.000 Nederlanders en Indo-Europeanen die tussen oktober 1945 en mei 1947 werden vastgehouden in republikeinse kampen in Nederlands-Indië, waren geen gijzelaars, maar zaten daar voor hun eigen veiligheid. Deze conclusie van het proefschrift van Mary van Delden druist in tegen het gangbare beeld dat in Nederland over deze periode bestaat.

door Marianne Wilschut

Voor de Nederlanders en Indo-Europeanen uit Nederlands-Indië pakte de bevrijding in 1945 heel anders uit dan ze hadden gedacht. Al spoedig na de overgave van Japan waren de straten in de steden van Java vol met nationalistische jonge Indonesiërs, die niet met rood-wit-blauwe maar met rood-witte vlaggen zwaaiden en elkaar luidkeels met de uitroep ‘Merdeka’ (vrij) begroetten.

Op 17 augustus 1945, twee dagen na de onverwachte capitulatie van Japan, hadden Soekarno en Hatta de republiek Indonesië uitgeroepen. Volgens de gangbare Nederlandse geschiedschrijving zouden chaos, anarchie en geweld de eerste jaren van de republiek overheersen, waarbij Nederlanders als gijzelaar werden gebruikt. Antropologe Mary van Delden vindt dat dat historiografische beeld wel wat genuanceerd kan worden.

‘Zo worden de pemoeda, die na de Japanse capitulatie de republiek verdedigden, in de Nederlandse historiografie weggezet als losgeslagen, gewelddadige jongeren,’ vertelt Van Delden. ‘Tot nu toe is echter nauwelijks beschreven dat de Indonesische jeugd op scholen, verenigingen en militaire, zeevaart- en politionele opleidingen een (semi-) militaire training had gekregen. Deze Japanse opleidingen waren cruciaal voor de Indonesische vrijheidsstrijd.’ Op basis van de opleidingen verenigden de Indonesische jongeren zich na het uitroepen van de republiek in organisaties waaruit later onder meer het leger en de politie zouden ontstaan. Mede door deze mobilisatie van de jeugd kon de Indonesische revolutie zich razendsnel ontwikkelen.

De gebeurtenissen gingen echter te snel en chaos en anarchie dreigden. Op verschillende plekken vielen al slachtoffers onder totoks (Nederlanders), Indo-Europeanen, Chinezen, Ambonezen en Menadonezen. Van Delden: ‘Soekarno wilde voorkomen dat de spanningen op een rassenoorlog uit zouden lopen. Hij en Hatta wilden via diplomatieke weg internationale erkenning krijgen voor de republiek. Vooral de steun van het antikoloniale Amerika was belangrijk. Soekarno zag heel goed in dat ze de steun van de Amerikanen wel konden vergeten als de revolutie escaleerde.’

Dat Soekarno zich bewust was van de kritieke situatie blijkt volgens Van Delden uit de brief die hij op 9 oktober 1945 schreef aan de Britse bevelhebber luitenant-generaal Christison. ‘Hierin vraagt hij zich af of hij de veiligheid van de Europese en Indo-Europese burgers kan garanderen als massahysterie de plaats innam van de ideologie van de vrijheid.’ Vlak na het versturen van die brief, tussen 11 en 19 oktober, werden over heel Java en Madoera (Indo-)Europese mannen en jongens en een paar vrouwen en kinderen van huis opgehaald en ondergebracht in bewaakte kampen. De overgebleven vrouwen en kinderen volgden in november en december 1945.

Zij zaten daar volgens Van Delden voor hun eigen veiligheid. In totaal ging het om ongeveer 46.000 mensen die in drie maanden tijd in 400 kampen werden ondergebracht. Onder deze geïnterneerden bevonden zich ongeveer 4500 personen die al eerder in Japanse kampen hadden gezeten. Deze zogenoemde APWI (Allied Prisoners of War and Internees) vielen onder de zorg van de Britten, die eveneens het Japanse leger van Java moest afvoeren. Zij vroegen de Indonesische regering om samenwerking.

Dit verzoek werd een prestigekwestie voor Soekarno en de zijnen. Speciaal hiervoor werd de POPDA opgericht. Dit onderdeel van het Indonesische leger werkte nauw samen met de Britten en zorgde ervoor dat de evacuatie die in mei 1947 was afgerond, ordentelijk verliep. ‘Bepaald geen eenvoudige klus, maar voor de nieuwe republiek een kans om de wereld te laten zien dat zij niet die ongeorganiseerde extremisten waren waar de Nederlanders hen voor uitmaakten,’ zegt Van Delden.
In deze gehele periode zijn de geïnterneerden volgens Van Delden, in tegenstelling tot wat de Nederlandse regering en kranten beweerden, nooit als gijzelaars gebruikt. ‘Zelfs toen alle geïnterneerden allang op hun bestemming waren, bleef Den Haag het hebben over Nederlandse gijzelaars,’ zegt Van Delden. ‘Nederland hield dit beeld graag in stand om de publieke opinie in Nederland en de rest van de wereld ervoor op te warmen troepen naar Nederlands-Indië te zenden.’

De antropologe vindt het gezien deze propaganda ook niet verwonderlijk dat veel mensen die uit de interneringskampen kwamen zichzelf beschouwden als gijzelaar. ‘Dat ik zeg dat zij juist beschermd werden in die kampen, wil niet zeggen dat ik de situatie waarin deze mensen verkeerden wil bagatelliseren. De oorlog werd voor hen wel verlengd en ze zaten in vaak overvolle kampen.’

Mary van Delden, De republikeinse kampen in Nederlands-Indië, oktober 1945-mei 1947. Orde in de chaos? 596 p. Uitgave in eigen beheer, mail: vandeldenmary@gmail.com, €41,50

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Begrijp het heden, begin bij het verleden: met HN Actueel leest u historische achtergronden bij het nieuws van vandaag. Nu de eerste maand voor maar 1,99.
Artikel

De Vooruitgang

De circa 46.000 Nederlanders en Indo-Europeanen die tussen oktober 1945 en mei 1947 werden vastgehouden in republikeinse kampen in Nederlands-Indië, waren geen gijzelaars, maar zaten daar voor hun eigen veiligheid. Deze conclusie van het proefschrift van Mary van Delden druist in tegen het gangbare beeld dat in Nederland over deze periode bestaat. door Marianne WilschutVoor...

Lees meer
Angela Davis’ samenwerking met de DDR
Angela Davis’ samenwerking met de DDR
Artikel

Angela Davis’ samenwerking met de DDR

Sylvana Simons heeft voor een PVV-motie gestemd om de wapenleveranties aan Oekraïne onmiddellijk te stoppen. Activist Angela Davis is voor Simons een voorbeeld, heeft ze wel eens verklaard.

Lees meer
Artikel

De Stelling

Anton van Hooff:‘De Anne Frankboom is een beetje een heilige boom geworden, zoals je die vroeger in deze streken had voordat het christendom zijn intrede deed. In de vroege Middeleeuwen hadden sommige christelijke predikers de gewoonte het “Heilige Woud” in te trekken om zo’n boom demonstratief om te hakken. De “heidenen” verwachtten dan de meest...

Lees meer
Artikel

Lessen

Sociaal-democraten in het Interbellum kwamen regelmatig samen om te zingen en met vlaggen te zwaaien. PvdA-bestuurslid Marja Bijl denkt dat massabijeenkomsten nog steeds een gevoel van verbondenheid kunnen oproepen. door Bas Kromhout Met de invoering van het algemeen mannenkiesrecht in 1917 deed ook het fenomeen van de politieke massabijeenkomst zijn intrede in Nederland. Vooral de...

Lees meer
Artikel

Gezien

Tentoonstellingdoor Marieke Prins Tuttig en sexy‘Ik hoor niets,’ zegt Den Uyl bezorgd. Hij houdt een radio tegen zijn oor om naar de verkiezingsuitslagen te luisteren. Bloedserieus waren ze, de jaren zeventig in Nederland. Politiek en maatschappelijke gebeurtenissen komen uitgebreid aan bod in Wauw! Nederland in de jaren ’70, onder andere in cartoons van Opland en...

Lees meer
Artikel

De stelling

Anton van Hooff:‘Er is geen belachelijker lied dan het Wien Neêrlands bloed dat lange tijd als ons volkslied fungeerde. Het bezingt de zuiverheid van het bloed dat “van vreemde smetten vrij door de ad’ren stroomt”. Maar als het ergens een ratjetoe van genen is, dan wel in de delta van Rijn, Maas en Schelde waar...

Lees meer
Artikel

De Vooruitgang

‘Politiek en herinnering zijn nauw verweven,’ stelt Gert Oostindie in zijn recente oratie Slavernij, trauma en canon, die hij uitsprak bij het aanvaarden van de leerstoel Caraïbische geschiedenis aan de Universiteit Leiden. Volgens Oostindie zijn politieke invloeden vooral merkbaar in de canonisering van onze koloniale geschiedenis. door Bas KromhoutIn de canon van de commissie-Van Oostrom...

Lees meer
Artikel

Lessen

Verlichtingsdenkers doorbraken het middeleeuwse taboe op geluk. Sindsdien staat niet de redding van de ziel voorop, maar een zo plezierig mogelijk leven. Geluk blijkt echter niet haalbaar zonder zingeving. door Bas Kromhout‘Geluk was in de achttiende eeuw een modeonderwerp,’ schrijft Peter Buijs in zijn proefschrift De eeuw van het geluk. Nederlandse opvattingen over geluk ten...

Lees meer
Artikel

Morfinomanie

In kringen van de Parijse ‘beau monde’ was drugsgebruik en -verslaving eind negentiende eeuw een veel voorkomend fenomeen. Vooral het gebruik van morfine was wijdverbreid en riep verschillende reacties op, zo stelt Jos ten Berge in het artikel ‘In een zacht suizende extaze’. Morfinisme en morfinomanie in decadent Parijs, een iconografie’ in De Negentiende Eeuw...

Lees meer
Artikel

Lessen

In de jaren zestig wierf Nederland gastarbeiders om de economische groei op peil te houden. Nog steeds hebben werkgevers behoefte aan arbeidsimmigranten, maar nu blijven de grenzen dicht. Al in 1960 waarschuwde minister Marge Klompé van Maatschappelijk Werk dat gastarbeiders zich blijvend in Nederland zouden vestigen. Weinigen sloegen acht op haar woorden. De Nederlandse economie...

Lees meer
Artikel

Gezien

TENTOONSTELLING door Antoine Verbij / BerlijnEdelmensch WinnetouDe schat in het Zilvermeer, wie kent het niet? Miljoenen pubers over de hele wereld hebben met de zaklantaarn onder de deken het verhaal van Old Shatterhand en zijn indianenvriend Winnetou gelezen. Voor hen was het boek van de Duitse schrijver Karl May de eerste kennismaking met het ‘Wilde...

Lees meer
Recensie

Auke van der Woud: Een nieuwe wereld

Nog niet zo heel lang geleden was het bon ton om een zorgelijk gezicht te trekken zodra de moderne, westerse samenleving ter sprake kwam. Die had toch maar voor veel ellende gezorgd, zoals uitbuiting, oorlogen, milieuvervuiling, vervreemding en een inhoudsloze, louter op consumptie en fun gerichte massacultuur. Sinds die heldere septemberochtend zes jaar geleden, toen...

Lees meer
Loginmenu afsluiten