Alle artikelen
Een kaart van Afrika, een wand met tekeningen uit een negentiende-eeuws dagboek, en een vitrine met pijpen en andere tabaksgerelateerde zaken. Direct bij binnenkomst geeft het Amsterdamse Geelvinck-huis het karakter prijs van de lopende tentoonstelling Swart op de gracht, over Amsterdam en de slavenhandel: los zand. Er is geen lijn in te ontdekken.
De tentoonstelling begint met een tekst over de Groningse hoogleraar Petrus Camper, die in 1763 de slavernij scherp veroordeelde. Context ontbreekt. Vervolgens een tafel met koloniale waar. Maar wat doen die potjes Buisman daar – de smaakversterker voor koffie? De begeleidende tekst legt uit dat Buisman zeer gewaardeerd werd in Nederland en Suriname. En dat de huidige eigenaar van het Geelvinck-huis, Jurn Buisman, een verre achterneef is van de oprichter van het bedrijf.
Bij een stoel met koloniaal textiel zwerft een tekst over de naamgever van het huis. Albert Geelvinck was een van de eerste directeuren van de West-Indische Compagnie, die zich bezighield met de slavenhandel. Er zou een contract bij moeten liggen van een transactie, maar dat ontbreekt.
Op dan naar de tweede zaal. Via de tuin naar het deel van het museum aan de Herengracht, dan de trap af naar de kelder, maar dat moet je weten, want bewegwijzering ontbreekt.
Eenmaal daar gaan we voort op de ingeslagen weg: na de tabak is het nu tijd voor koffie en cacao. Ik zie dat er molens zijn waarmee je koffiebonen kunt malen, en dat er heel handige kannen bestaan waar je niet alleen koffie in kunt zetten, maar ook uit kunt schenken.
Ik leer dat de firma Droste zowel blikken als flikken maakt, en dat het woord ‘flik’ afkomstig is van Caspar Flick, die in de achttiende eeuw een chocoladefabriekje op de Nes runde. Ik zie met eigen ogen dat Albert Heijn de kunst verstaat om letters van chocola te maken – of althans de W van Willem, die hier ligt uitgestald.
Maar er is meer. Er blijken ook boeken te zijn geschreven over slaven en slavernij. Boeken met curieuze titels als Tien kleine negertjes en met van die typische negerkoppen erop die je tegenwoordig niet meer tegenkomt – boeken die wij nu misschien wel discriminerend zouden vinden. Ze liggen plompverloren in een vitrine, zonder tekst en uitleg. En hier, in deze zaal, bevindt zich zowaar het contract dat in de eerste zaal ontbrak, met precies dezelfde tekst erbij.
Deze tweede zaal vormt de kern van de tentoonstelling. Hier wordt ook het idee erachter uitgelegd: Amsterdam heeft zich indertijd ingelaten met de slavenhandel, en dat heeft zijn sporen nagelaten in de stad. Bijvoorbeeld: Amsterdam is nog altijd een van de grootste cacaohavens ter wereld. En op de grachten kun je gevelstenen vinden die verwijzen naar het slavernijverleden.
Maar omdat een mens nu eenmaal niet alles kan doen, heeft men dat eerste thema verder maar achterwege gelaten. Het tweede vormt het onderwerp van de derde en laatste zaal, waar foto’s zijn te zien van gevelstenen met negerhoofden, tabaksbladeren en koffiebonen erop.
Het hoogtepunt van deze tentoonstelling is feitelijk de poster erbij: een schilderij uit 1668 van een vrouw en een zwart jongetje door Johannes Mijtens. Maar daarvoor hoef je niet in het Geelvinck-huis te zijn. Het hangt in het Rijks Museum.
Dit artikel is exclusief voor abonnees
TENTOONSTELLING: Gevelstenen en chocoladeletters
Een kaart van Afrika, een wand met tekeningen uit een negentiende-eeuws dagboek, en een vitrine met pijpen en andere tabaksgerelateerde zaken. Direct bij binnenkomst geeft het Amsterdamse Geelvinck-huis het karakter prijs van de lopende tentoonstelling Swart op de gracht, over Amsterdam en de slavenhandel: los zand. Er is geen lijn in te ontdekken. ...
IN BEELD: Conquista
In het kielzog van de Portugezen, die kapitalen vergaarden met de handel in luxegoederen uit Azië, verlegden de Spanjaarden hun grenzen in westelijke richting. Enkele decennia na Columbus’ onopzettelijke ontdekking van Amerika stroomden goud en zilver naar Spanje. Conquistadores als Cortés en Pizarro baanden de weg naar het fortuin, maar de kosten van hun meedogenloze...
Oorlogspost
Op de vlucht voor de Duitsers kwam de Joodse familie Weening terecht in het Zuid-Franse kuuroord Aulus-les-Bains. In 1942 trokken ze de Pyreneeën over. De stapel post van huis die ze toen achterlieten, dook zeventig jaar later weer op. Het was het begin van een zoektocht naar het lot van de Weenings. ‘Van huis,...
Opsporingsdiensten joegen straalbezopen op het verzet
Oud-NSB'er Jacob Luitjens, die tijdens de oorlog veel verzetsstrijders opspoorde, is overleden. Uit onderzoek blijkt dat bestrijders van het verzet zich geregeld volgoten met drank.
Piet van Staveren (1925- )
Als Indonesië zich losmaakt van Nederland, weigert communist Piet van Staveren te vechten tegen de inwoners. Hij deserteert en wordt Pitojo Koesoemo Widjojo. Waarom Piet van Staveren nu juist de nacht van 13 op 14 juni 1947 uitkiest om over te lopen is niet duidelijk. Een opwelling is het in elk geval niet. Dat bewijst...
Fatale liefde voor bevolkingsregisters
Voor de Jodenvervolging maakten de nazi’s dankbaar gebruik van het uitstekende Nederlandse bevolkingsregister. Geestelijk vader Jacob Lentz zou zich ook tijdens de oorlog monomaan wijden aan de administratie, overtuigd dat hij het juiste deed. Er is ‘geen politieman, geen V-Mann, zelfs geen provocateur geweest’, schreef Loe de Jong in Het koninkrijk der Nederlanden in de...
Buffalo Bill
Bill Cody, beter bekend als Buffalo Bill, was aan het begin van de twintigste eeuw misschien wel de beroemdste Amerikaan ter wereld. Met zijn Wild West-shows schiep hij een beeld van de heroïsche cowboy en de tragische indiaan dat de populaire cultuur blijvend bepaalde. Het leven van William Frederick Cody is omgeven door een web...
LEZERSFORUM: ‘Het geeft geen pas op 4 mei Duitse collaborateurs te herdenken’
‘Zolang er mensen leven die de oorlog hebben meegemaakt, is 4 mei geen goede dag om Duitsers of collaborateurs te gedenken. Dat moeten de mensen die dat willen maar in eigen kring doen.’ Zo reageert Marlies Schmitz op de stelling van deze maand. Die luidde: ‘Het geeft geen pas op 4 mei Duitsers of...
De poes van Anne Frank en goedkope ‘konijnenbouten’
‘Ik heb een primeur waar Amerikanen dol op zullen zijn,’ zegt journalist Paul Arnoldussen: ‘Ik heb achterhaald waar de poes van Anne Frank is gebleven.’ Anne moest haar pikzwarte Moortje achterlaten toen ze naar het Achterhuis vertrok, en tijdens de onderduik was dat haar ‘zachte en zwakke punt’, schreef ze in...
Eigen armen eerst
In de geschiedschrijving is er heel lang van uitgegaan dat er zich in de zestiende eeuw op het terrein van de armenzorg grote veranderingen hebben voltrokken. De religieus geïnspireerde liefdadigheid van de late Middeleeuwen zou geleidelijk plaats hebben gemaakt voor een meer rationele, op seculiere motieven gefundeerde armenzorg, die kenmerkend was voor de vroegmoderne...
Notre Dame is historisch, maar nep
Frankrijk wil voor het eerst geld vragen voor een bezoek aan de Notre Dame. De kathedraal stamt uit de Middeleeuwen, maar wat is er nog origineel aan de Notre Dame?
Fel debat over monument voor slachtoffers stalinisme
‘Het belangrijkste aan een monument is de discussie vooraf,’ zegt de beheerder van het Stasi-archief. Hij doelt op het twintig jaar durende debat dat voorafging aan de onthulling in 2005 van de Berlijnse gedenkplaats voor de Europese Joden die in de Tweede Wereldoorlog zijn vermoord. Dat monument kwam er en de discussie verstomde. In de...
