Alle artikelen
Het Duitse volk was door het nationaal-socialistische regime gedurende de oorlog in de watten gelegd. De Duitse huishoudens beschikten op het laatst over meer geld dan vóór de oorlog. De voedselvoorziening was op peil en de sociale voorzieningen functioneerden naar behoren. Pas in februari 1945 kregen jonge moeders in Berlijn voor het eerst te kampen met een stagnatie in
Het gezonde volk
In de jaren dertig had Hitler de levensstandaard geleidelijk weer op het peil gebracht van vóór de economische crisis van 1929. Het aantal werklozen was gereduceerd van meer dan 5 miljoen tot minder dan 1 miljoen. Ondertussen bouwde Hitlers regime aan een verzorgingsstaat volgens de principes van de nationaal-socialistische Volksgemeinschaft.Daarin was een belangrijke rol weggelegd voor de Volkswohlfahrt, de al in 1932 opgerichte organisatie voor maatschappelijke hulpverlening. Deze verleende tal van sociale diensten, zoals moederzorg, gezinszorg, jeugdzorg en medische zorg. In de oorlogsjaren zorgde ze voor de gewonden die van het front kwamen en voor de slachtoffers van de bombardementen. De organisatie werkte uitdrukkelijk ten dienste van ‘het gezonde volk’, dat wil zeggen dat alcoholici, criminelen, asocialen en geestelijk gehandicapten van haar diensten werden uitgesloten. En Joden sowieso ook.
De Volksgemeinschaft was uitdrukkelijk ook een solidaire gemeenschap. Voor de armen en werklozen richtte het regime met veel propagandistisch vertoon de Winterhilfe op. Voor die hulpdienst haalden jongeren van de Hitlerjugend huis aan huis levensmiddelen en kleding op. Wie gaf, kreeg een stickertje op zijn deur. Wie geen stickertje had, was niet solidair en plaatste zich buiten de Volksgemeinschaft. Om de solidariteit extra te versterken stelde het regime de zogeheten Sonntagseintöpfe in, die gezinnen en restaurants verplichtte om op de eerste zondag van de maand een eenvoudige stamppot te bereiden en het uitgespaarde geld in de kas van de winterhulp te storten.
Vanaf 1937 werd begonnen met het aanleggen van voorraden en het organiseren van de distributie. Goede oogsten in de jaren 1938 en 1939 leidden tot uitpuilende opslagplaatsen.
Toen Hitler in september 1939 met de oorlog begon, ging het de ‘gewone’ Duitsers dus goed. Hitlers populariteit was op een hoogtepunt en meer Duitsers dan ooit stemden in met het nationaal-socialisme. Maar na de inval in Polen keerde het tij. Anders dan in augustus 1914, toen Duitsland de Eerste Wereldoorlog begon, begroette het volk Hitlers eerste succesvolle veldtocht eerder met scepsis dan met euforie. Ondanks de felle propaganda reageerde het volk gelaten en vreesde het dat het met de verworvenheden van de nationaal-socialistische verzorgingsstaat snel gedaan zou zijn.
Hitler was er alles aan gelegen om dat te veranderen. Daartoe voerde hij het nationaal-socialisme door tot zijn uiterste consequenties. Het nationale principe betekende voortaan dat andere landen voor
Dwangarbeiders
Meteen in september 1939 gingen vet, vlees, boter, eieren, kaas, suiker, jam en brood op de bon om een eerlijke verdeling te garanderen. Een maand later volgde kleding. Mede doordat in veel branches de arbeiders tot overuren waren gedwongen en ze daardoor meer dan goed verdienden, bouwden de huishoudens een koopkrachtoverschot op. In het eerste oorlogsjaar kochten mensen daarom massaal textiel, beddengoed, meubels en serviesgoed. In die branches stegen de omzetten met circa 40 procent. Al snel ontstond er een tekort aan deze producten. Inflatie dreigde. Maar de regering dacht er niet over de gewone mensen hogere belastingen op te leggen. Nog erger dan inflatie was ontevredenheid onder het volk.Om de binnenlandse economie te stabiliseren nam het naziregime zijn toevlucht tot avontuurlijke financiële praktijken, die vaak onwettelijk waren, soms regelrecht misdadig, zoals de ‘arisering’ van Joodse vermogens. Goed voor de eigen economie was ook het besluit om de kosten voor het oprukkende leger door de bezette landen te laten opbrengen. Die kosten, soms op maffiose wijze ‘bijdrage aan de militaire bescherming’ genoemd, werden meestal vele malen hoger aangeslagen dan de reële kosten. Zo betaalde het Generalgouvernement Polen voor een leger van 400.000 man, terwijl er maar 80.000 man gelegerd waren. Daarnaast was er het geld dat buitenlandse dwangarbeiders opleverden, plus het vermogen dat in de bezette gebieden van Joden en andere vervolgden werd afgenomen. De plundereconomie leverde een goed gevulde rijkskas op, waarmee de oorlog tot
Het tekort aan arbeidskrachten dat door de massale mobilisering was ontstaan, compenseerde het rijk door op grote schaal buitenlandse dwangarbeiders en krijgsgevangenen in te zetten. Aan het eind van de oorlog telde dat goedkope arbeidsleger zo’n 7,5 miljoen mensen. Daarmee ontlastte het regime het eigen thuisfront. Het aantal werkende vrouwen nam, anders dan in
Naast de basisverzorging die het regime de burgers garandeerde kochten veel Duitsers ook luxegoederen uit het bezette buitenland. Ze stuurden geld en uitvoerige verlanglijstjes naar soldaten uit hun familie of vriendenkring die in heel Europa en Noord-Afrika waren gelegerd. Deze soldaten stouwden pakketten vol met waren die in Duitsland schaars dreigden te worden. Van Praag tot Parijs werden de warenhuizen leeggekocht. Fluweel, zijde, tabak, koffie, likeur, honing, spek en haringen stroomden het land binnen. Ging een soldaat op vakantie naar huis of had hij verlof omdat zijn woning was gebombardeerd, dan mocht hij, aldus een aanwijzing van minister Hermann Göring, meenemen ‘zoveel hij kon dragen’ (het zogeheten Schlepperlass). Omdat het bezette land voor de soldij van de Duitse soldaten opdraaide, kostte dit alles de rijkskas geen cent.
Amusementsindustrie
Wat uit verre streken naar de Heimat vloeide, bleef niet beperkt tot zaken als levensmiddelen, luxewaren en lekkernijen. Er ontstond een hele bedrijfstak die zich bezighield met het onteigenen, inzamelen, sorteren, opslaan, vervoeren en distribueren van meubels en ander huisraad, waaraan in Duitsland door de bombardementen en door de stagnatie van de eigen productie grote behoefte was. De spullen werden opgehaald uitHet Duitse volk had niet te klagen en deed dat ook niet. Natuurlijk leed het onder het verlies van de mannen aan het front. En het leed onder de bombardementen, die steeds meer steden troffen, steeds heviger werden en steeds meer slachtoffers eisten. Maar de Volkswohlfahrt zorgde ervoor dat de nabestaanden en de ontheemden snel en afdoende hulp kregen. Extra rantsoenen, nieuwe huisvesting en huisraad uit de geroofde voorraden verzachtten het leed van de getroffenen.
Ook bood het regime genoeg afleiding in
Hitlers regime hield de amusementsindustrie doelbewust in stand, omdat het er niet gerust op was dat het met zijn ideologische propaganda
Profiteurs
Die leiders lijken ook zelf in de gaten te hebben gekregen dat hun heilsleer steeds minder overtuigingskracht had en dat zeAls een Sinterklaas strooide Göring met extra rantsoenen, verhoogde pensioenen en speciale levensmiddelenpakketten voor soldaten op verlof. Zinspelend op de toenemende schaarste in het door Duitsland veroverde gebied, riep hij: ‘Als er honger komt, dan niet in Duitsland!’ Dat was een opmerkelijke retorische wending, waarmee hij zijn toehoorders mede schuldig maakte aan de honger en ellende die het regime elders aanrichtte.
Nog opmerkelijker was dat hij de wil om de oorlog te winnen niet langer rechtvaardigde met de glorievolle toekomst van het Duizendjarige Rijk, maar met de angst voor de wraak van de vijand: ‘Wij hebben al zoveel op onze kerfstok, dat we wel moeten winnen, omdat anders ons volk, met alles wat het dierbaar is, van de aardbodem zal worden weggevaagd.’ Zo werd het volk tot loyaliteit gechanteerd. Aan de ene kant werd het gepaaid met een overvloedige, naar verwennerij neigende verzorging, aan de andere kant kreeg het angst aangepraat voor de wraakzucht van de vijand en in het bijzonder van de Joden. ‘Duits volk,’ waarschuwde Göring, ‘weet dat achter die wraakzucht de Jood met zijn oneindige haat schuilgaat!’ Daarom: ‘We zúllen deze oorlog winnen, omdat we hem móéten winnen!’
Het volk slikte het. De Duitsers bleven Hitler niet trouw uit liefde en overtuiging. Ze bleven hem trouw omdat de nationaal-socialistische verzorgingsstaat van hen een volk had gemaakt van kleine, angstige, schuldbewuste profiteurs.
Meer informatie:
Boeken
Dat de Duitsers Hitler trouw bleven omdat hij ze zo goed verzorgde, is de stelling die de historicus Götz Aly verdedigt in zijn boek Hitlers Volksstaat. Raub, Rassenkrieg und Nationaler Sozialismus (2005). Hij lokte daarmee een fel debat uit tussen Duitse en Britse historici over
Websites
Websites met goede en toegankelijke informatie over de sociaal-economische politiek en het dagelijks leven in het Derde Rijk zijn die van het Duits Historisch Museum in Berlijn – www.dhm.de – en van de Bundeszentrale für politische Bildung: www.bpb.de.
Dit artikel is exclusief voor abonnees
De nationaal-socialistische verzorgingsstaat
De Duitsers bleven Hitler tijdens de oorlog trouw omdat het nationaal-socialisme erg goed voor hen zorgde. Met geloof in de ideologie van de nazi’s had de steun voor Hitler weinig te maken. In de winter van 1944-’45 maakte Julius Posener, officier in dienst van het Britse leger, mee hoe in Napels de mensen met honderden...
Oorlogsmonumenten in Nederland
De oprichting van oorlogsmonumenten verliep in Nederland zelden zonder heftige meningsverschillen. Een artistieke avant-garde botste met de conservatieve volkssmaak. Die koos voor figuratieve kunst, en liet blote borsten aankleden met plooien en vijgenbladen. Vóór 1945 stonden er in Nederland nauwelijks oorlogsmonumenten. Men kende het verschijnsel vooral uit Frankrijk en België, waar sinds de Eerste Wereldoorlog...
Brieven
Sneevliet In het informatieve artikel van Rob Hartmans, ‘De moord op Ignace Reiss. Verraad aan de Amstel’ (Historisch Nieuwsblad 2007/1) staat een foto waarop Henk Sneevliet naast Lenin zit – althans: volgens het fotobijschrift. Sneevliet is daar getooid met een lange baard. Dat verbaast ons. In december 2006 vertoonde de VPRO een film van René...
Boeken top 10
1. Robin Lane Fox De Klassieke Wereld. Een epische geschiedenis van de Grieken en de Romeinen Bert Bakker, € 39,95 2. Tom Holland Rubicon. Het einde van de Romeinse Republiek Athenaeum-Polak & Van Gennep, € 19,95 3. Piet de Rooij & Remieg Aerts (redactie) Geschiedenis van Amsterdam. Hoofdstad in aanbouw 1813-1900 SUN, € 49,50 4....
De jonge geschiedenis van Indonesie
De milde regen van uitkeringen aan slachtoffers van de Japanse bezetting in de loop van de jaren tachtig en negentig heeft in 2000 een (voorlopig?) einde gevonden in het rijk gedoteerde ‘Indische Gebaar’ van het tweede kabinet-Kok. Onderdeel van Het Gebaar is een fonds van 35 miljoen gulden, gevoteerd door de minister van WVS, voor...
Nationalisme geen kerk
Het is een ernstig misverstand dat religie in onze dagen weer in zou zijn. Het is eerder omgekeerd: godsdienst is voor veel mensen een zo vreemd verschijnsel geworden dat ze gefascineerd zijn dat er toch nog mensen zijn – moslims, orthodoxe christenen – die er nog iets aan doen. Het is de religie van anderen...
Iedereen slachtoffer
Slachtofferschap behoort langzamerhand tot de fundamentele mensenrechten. Zo waren er de laatste jaren verschillende grote discussies waarbij Duitsers nadrukkelijk als slachtoffers van het nazisme en de Tweede Wereldoorlog werden geportretteerd. In 2002 publiceerde Jörg Friedrich Der Brand, waarin hij niet schroomde om de woordkeus en de beeldspraak van genocide en Holocaust over te nemen. Minstens...
Vreemden in de Oudheid
Zoals van Simon Vestdijk werd gezegd dat hij sneller schreef dan God kan lezen, publiceert Fik Meijer bijna sneller dan de recensent kan verwerken. De nieuwe ‘Meijer’ vertoont alle kwaliteiten van zijn vorige boeken, maar ook de bekende zwaktes. Het thema ‘integratie en discriminatie’ is natuurlijk hoogst actueel. In 300 bladzijden geeft de auteur een...
Christelijke twijfelaars
Symptoom van de jaren zestig
Ralph Waver, wie was dat ook weer? In juni 1970 deserteerde hij van de in Vlaardingen aangemeerde USS Marias. Bekenden in Amsterdam brachten hem naar Release, een typisch alternatieve hulporganisatie, die Waver onderdak verschafte. Daarna brak het juridische gevecht los. Waver was de eerste Amerikaanse deserteur die in Nederland asiel vroeg, een waagstuk van jewelste....
Het GPV: voorganger van de ChristenUnie
ChristenUnie-leider Gert-Jan Segers stapt uit de politiek. Een van de partijen waaruit de ChristenUnie is voortgekomen, was het Gereformeerd Politiek Verbond (GPV).
Het bombardement op Guernica
Op 26 april 1937 voeren vliegtuigen van het Duitse Condor Legioen een verraderlijke aanval uit op het Noord-Spaanse stadje Guernica. In korte tijd staat het stadje volledig in brand. Maar pas in 1997 komen er Duitse verontschuldigingen voor het barbaarse bombardement. Guernica was ook slachtoffer geworden van een propagandaslag. Meer dan 1600 doden, een kwart...
