De Tweede Wereldoorlog begon met twee zogenaamde valsevlagoperaties. Zich voordoend als de vijand vielen Japanse en Duitse spionnen eigen objecten aan. Daarmee gaven ze hun leiders een excuus om keihard ‘terug te slaan’.
‘In een daad van buitensporig geweld bliezen Chinese soldaten een deel van de Mantetsu-spoorlijn ten noordwesten van hun militaire basis Beidaying op en vielen ze onze spoorwegbewakers aan. Die beantwoordden onmiddellijk het vuur en mobiliseerden artillerie om Beidaying te beschieten. Onze troepen bezetten de basis ten noorden van de stad Mukden.’
Meer historische achtergrondverhalen lezen? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.
Zo opende de veelgelezen Japanse krant Asahi op 19 september 1931. Japanse media schreeuwden moord en brand over de verraderlijke Chinese daad en juichten de strafexpeditie van het Japans Keizerlijk Leger toe. En dat wist van wanten. Het Mukden-incident – ook wel Mantsjoerije-incident genoemd – was aanleiding voor de invasie en bezetting van de hele noordelijke Chinese provincie Mantsjoerije.
Dat was het kloppende industriële hart van China, verantwoordelijk voor respectievelijk negentig en zeventig procent van de Chinese productie van olie en staal. Mantsjoerije was het essentiële fundament voor de verdere Japanse oorlogsinspanningen in Azië, die pas in 1945 ten einde zouden komen.
Dit artikel is exclusief voor abonnees
China was het eerste slachtoffer van de Japanse agressie. De huidige Chinese regering laat niet na te benadrukken dat de Chinezen maar liefst veertien jaar strijd leverden en er de eerste tien jaar alleen voor stonden tegen de Japanners. In Shenyang – zoals Mukden nu heet – staat tegenwoordig een groot monument op de plek waar de spoorlijn werd opgeblazen.

Daar wordt ook de ware toedracht van het Mukden-incident uitgebreid uit de doeken gedaan. Want het waren geen Chinese, maar Japanse militairen die de Mantetsu-spoorlijn opbliezen. Of althans daar een bewust halfslachtige poging toe deden. Ze plaatsten de explosieven net ver genoeg van de rails om geen grote schade aan te richten. De explosie, die op 18 september 1931 om 22.20 uur plaatsvond, beschadigde slechts anderhalve meter talud. Een trein die iets later passeerde, bereikte probleemloos het station van Mukden.
Maar door de knal kwamen Chinese soldaten uit de nabijgelegen barakken van Beidaying aangesneld. Dat was precies de bedoeling geweest van de bedenkers van het plan: een groep officieren van het Japanse Kwantung-leger. Zij hadden hun invasieplannen al lang klaarliggen en een Chinese aanval op een spoorlijn van vitaal economisch belang voor Japan was natuurlijk een legitieme reden om tot actie over te gaan.
Nu of nooit
Het Mukden-incident is een klassiek voorbeeld van een militaire operatie ‘onder valse vlag’. Hoewel oorlog al eeuwenlang gepaard gaat met misleiding, stamt de term uit de vijftiende eeuw. Een valse vlag voeren was toen de geijkte methode voor piraten om nietsvermoedende schepen te naderen en die vervolgens te enteren. Sinds de Tweede Wereldoorlog slaat het begrip op daden waarbij de ene partij de schuld in de schoenen van de andere probeert te schuiven, om daar vervolgens op te kunnen reageren. Of anders gezegd: een listige manier om agressie te verantwoorden.
De Japanse officieren van het Kwantung-leger waren de wegbereiders van deze tactiek. Zij waren namelijk op zoek naar een manier om de tegenstribbelende burgerregering in Tokio te overtuigen van de noodzaak om het Japanse domein in China verder uit te breiden.

Na de Russisch-Japanse Oorlog (1904-1905) had Japan de Mantetsu- of Zuid-Mantsjoerije-spoorlijn in handen gekregen. Deze spoorlijn van Harbin naar de havenstad Port Arthur (nu: Dalian) en een aantal zijtakken waren samen goed voor zo’n 1100 kilometer rails, die 25 steden verbonden. De concessie viel onder een van de vele ongelijke verdragen die China vanaf het midden van de negentiende eeuw onder dwang afsloot met imperiale machten als Japan.
Met de spoorlijn hield Japan het hele zuiden van Mantsjoerije in een stevige greep. De spoorwegmaatschappij functioneerde als een Japanse versie van de Verenigde Oost-Indische Compagnie met eigen warenhuizen, treindepots én een leger. Want de ‘spoorwegbewakers’ waar de krant Asahi over repte, waren in werkelijkheid Japanse soldaten van het Kwantung-leger.
De Chinezen legden de Japanners geen strobreed in de weg. Rivaliserende krijgsheren vochten elkaar de tent uit en in 1927 brak er ook een burgeroorlog tussen nationalisten en communisten uit. Maar in 1931 leek de storm langzaam te gaan liggen. In ieder geval in Mantsjoerije, waar krijgsheer Zhang Xueliang het op een akkoordje had gegooid met Chiang Kai-shek, de leider van de nationalistische Republiek China. Dat maakte het voor de officieren van het Kwantung-leger een kwestie van nu of nooit om hun invasieplannen uit te voeren. Met het Mukden-incident en de daaropvolgende invasie van Mantsjoerije creëerden de ze een fait accompli.

Zegen van de keizer
Het plan van de officieren slaagde. Ondanks dit extreme geval van insubordinatie gaf keizer Hirohito twee dagen na de ‘aanslag’ zijn zegen aan de militaire operatie. Het Japanse leger verdreef het 330.000 man sterke leger van Zhang Xueliang. Chiang Kai-shek besloot niet te reageren, omdat hij eerst de communisten wilde verslaan. Het gevolg was dat 150.000 Japanse militairen met groot gemak een gebied ter grootte van Europa konden innemen. Na drie maanden strijd hadden de Japanners slechts 3000 slachtoffers te betreuren.
Het Mainila-incident
Behalve in Mukden en Gleiwitz vond er tijdens de Tweede Wereldoorlog ergens anders nóg een operatie onder valse vlag plaats. Op 26 november 1939 landden zeven artilleriegranaten in het Russische dorpje Mainila, op een steenworp afstand van de Fins-Russische grens. Het Kremlin claimde dat het Finse leger verantwoordelijk was voor de beschieting. In werkelijkheid was er geen enkele Finse batterij binnen schootsafstand, maar was het een operatie van de Russische geheime dienst NKVD. Stalin had een casus belli nodig om een niet-aanvalsverdrag met Finland op te zeggen en op 30 november het buurland binnen te vallen.

Door de verovering van Mantsjoerije maakte het Japanse Keizerrijk een totale transformatie door. Niet alleen in omvang en rijkdom, maar ook politiek en sociaal. Na 1931 trokken de militairen aan alle touwtjes. De makkelijke verovering van Mantsjoerije smaakte naar meer. Er werd een ‘Nationale Verdedigingscampagne’ opgestart om Japanners klaar te stomen voor verdere territoriale expansie, met nationale eer en opoffering voor de natie als centrale thema’s. Dankzij de censor en de geheime politie was er in Tokio geen tegengeluid meer te horen. Japan was definitief op oorlogspad.
De internationale gemeenschap stond erbij en keek ernaar. Na de Eerste Wereldoorlog had de internationale rechtsorde een nieuwe impuls gekregen met de oprichting van de Volkenbond. Die moest de wereldvrede bewaren: oorlogen en invasies waren voortaan not done. Het Mukden-incident was ook bedoeld om de wereld zand in de ogen te strooien en de Japanse agressie te rechtvaardigen.
De internationale gemeenschap stond erbij en keek ernaar
De Volkenbond stuurde een vierkoppige commissie onder leiding van de Britse Lord Lytton naar Mukden om het incident te onderzoeken, maar de commissie arriveerde pas in de lente van 1932 en bracht in oktober van dat jaar haar bevindingen naar buiten. Het Lytton-rapport zweeg over wie er verantwoordelijk was voor de aanslag en toonde begrip voor de economische belangen van Japan in Mantsjoerije, maar stelde wel dat de Japanse claim van ‘zelfverdediging’ onrechtmatig was. In reactie stapte Japan simpelweg uit de Volkenbond, die daarmee een tandeloze papieren tijger bleek.

Bomaanslagen
Desalniettemin was Adolf Hitler in 1939 ook naarstig op zoek naar een manier om de aanstaande invasie van Polen door de Duitse Wehrmacht te legitimeren. De Führer had zijn zinnen gezet op een oorlog, maar had wel twee grote problemen. Ten eerste had Polen met Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk sterke bondgenoten, die hadden beloofd het land te hulp te komen wanneer het werd aangevallen. Ten tweede steunde een meerderheid van de Duitse burgers de nazi’s, maar zaten ze niet op een nieuwe grote oorlog te wachten.
Duitse burgers zaten niet op een nieuwe oorlog te wachten
Net als de Japanners zon Hitler op een manier om zijn oorlog te verkopen als zelfverdediging. Met Polen als agressor en nazi-Duitsland als onschuldig slachtoffer hoopte hij de Duitsers te overtuigen van de noodzaak van een oorlog. En hoewel Hitler de kans klein achtte, hoopte hij ook de internationale gemeenschap voor zich te winnen. Wie weet zouden de Fransen en Britten de Polen wel laten vallen.
In de zomer van 1939 werd Operatie Himmler uitgerold – vernoemd naar de bedenker ervan. Die bestond enerzijds uit een propagandaoffensief waarbij Duitse media en politici – Hitler voorop – de Poolse autoriteiten beschuldigden van het tolereren of zelfs organiseren van geweld tegen etnische Duitsers in Polen, de zogeheten Volksdeutsche. Om de boodschap te onderstrepen arrangeerde de Abwehr, de inlichtingendienst van het leger, bomaanslagen op ‘Duitse’ doelen in Polen, zoals een oorlogsmonument en een boekwinkel. De SS stak ondertussen aan de Duitse kant van de Pools-Duitse grens boerderijen in brand. Duitse media gaven ‘Poolse bandieten’ de schuld.

Het klapstuk bewaarden de nazi’s voor de vooravond van de invasie. Onder het bevel van Reinhard Heydrich waren meer dan driehonderd SS-vrijwilligers – voornamelijk Volksdeutsche – in het diepste geheim opgeleid en voorzien van Poolse wapens en uniformen. In de nacht van 31 augustus op 1 september kwamen ze in actie. Ze voerden nepaanvallen uit op een reeks Duitse doelen aan de grens, zoals het douanekantoor van Hochlinden en een boswachtershut bij Pitschen.
De ‘Poolse’ aanvallers schoten in de lucht, sloegen ramen in en scholden in gebroken Pools. Bij Hochlinden bleven na de ‘aanval’ zes lijken achter: concentratiekampgevangenen die met een dodelijke injectie waren vermoord, uitgedost in Poolse uniformen en voor de vorm ter plekke nog eens beschoten. Het moest lijken of Poolse militairen Duits grondgebied hadden geschonden.
Radiostation
Een van de aanvallen die nacht week af van het patroon. Het team dat in actie kwam bij het radiostation van Gleiwitz had een speciale taak. De 118 meter hoge zendmast – vandaag de dag het hoogste houten bouwwerk ter wereld – moest worden gebruikt om de ‘Poolse agressor’ een stem te geven.
De zendmast moest de ‘Poolse agressor’ een stem geven
Nadat hij van Heydrich telefonisch de codezin ‘Grossmutter gestorben’ (‘grootmoeder gestorven’) doorkreeg, vertrok SS-Sturmbahnführer Alfred Naujocks met zijn team van zes vanuit een hotel in het centrum van Gleiwitz naar de zendmast aan de rand van de stad. Op 31 augustus om acht uur ’s avonds drongen zij in mottige burgerkleding het radiostation binnen. Het aanwezige personeel werd overmeesterd en opgesloten in de kelder, maar Naujocks’ technicus kreeg de zender niet aan de praat. Met het pistool tegen zijn hoofd vertelde een personeelslid wat er moest gebeuren.
Toen pakte Naujocks’ tolk de microfoon. Na een schot in het plafond voor het dramatische effect stak hij in het Pools van wal: ‘Uwaga! Tu Gliwice! Radiostacja znajduce sie w Polskich rekach!’ (Attentie! Hier Gleiwitz! Het radiostation is in Poolse handen!’). Daarna las hij een verklaring voor van een fictief ‘Pools Vrijheidscomité’ dat de Polen in Duitsland opriep om sabotageacties uit te voeren, vooruitlopend op ‘bevrijding’ door het Poolse leger.
Om nooit opgehelderde redenen bereikten slechts de eerste negen woorden de ether en die kwamen alleen duidelijk door in de directe omgeving van de zender. De rest van de tekst ging ten onder in radiogeruis. Heydrich had in Berlijn hoopvol afgestemd op Gleiwitz, maar hoorde helemaal niets.
Terwijl Naujocks druk bezig was met de zender, leverde een auto een bewusteloze man af bij het radiostation. De in het nabijgelegen dorpje Hohenlieben woonachtige 41-jarige Pool Franciszek Honiok stond bekend vanwege zijn sterke anti-Duitse sentimenten en was een dag eerder gearresteerd door de Gestapo in zijn woonplaats. Hij werd door twee van Naujocks’ mannen bij de achterdeur van de radiozender neergelegd en in zijn rug geschoten. Het moest lijken alsof hij de dader was, die bij zijn vertrek dodelijk was getroffen. De arme Honiok was het flinterdunne laagje vernis dat de overval op het radiostation Gleiwitz geloofwaardigheid moest verlenen.
Voer voor complotdenkers
Ook na de Tweede Wereldoorlog zijn er operaties onder valse vlag geweest. Opmerkelijk is het verhaal van ‘Operation Northwoods’. In 1962 haalde J.F. Kennedy een streep door plannen van de CIA om ‘Cubaanse’ aanslagen uit te voeren op Amerikaans grondgebied en zo een aanval op Castro’s ‘boevenstaat’ te legitimeren. Het bestaan van dergelijke plannen voedt complottheorieën. Zo geloven nogal wat Amerikanen dat hun overheid het Northwoods-draaiboek volgde door zelf de aanslagen op 11 september 2001 te organiseren.

Vurige rede
Welbeschouwd was de operatie van Naujocks en zijn mannen een totale mislukking, maar dat maakte voor Hitlers propagandamachine helemaal niets uit. Duitse media kregen het verhaal van de ‘Poolse’ aanvallen op Gleiwitz en de andere doelen in de grensstreek kant-en-klaar aangeleverd. De drukpersen draaiden op volle toeren en via andere radiozenders kwam de boodschap wel kraakhelder door.
Toen de meeste Duitsers de volgende ochtend het nieuws vernamen, rolden Hitlers tanks al over de Poolse grens. Die middag haalde Hitler tijdens een vurige rede in de Rijksdag de aanvallen van die nacht aan om te verklaren: ‘Seit 5.45 Uhr wird jetzt zurückgeschossen! Und von jetzt ab wird Bombe mit Bombe vergolten!’ (Sinds kwart voor zes wordt teruggeschoten! En van nu af aan zullen we bommen met bommen vergelden!) Gejuich viel hem ten deel. De Tweede Wereldoorlog was ook in Europa begonnen, onder een valse vlag.
Meer weten:
- Japan’s Total Empire. Manchuria and the Culture of Wartime Imperialism (1999) door Louise Young gaat ook in op het Mukden-incident.
- First to Fight. The Polish War 1939 (2019) van Roger Moorhouse opent met een gedetailleerd relaas over het Gleiwitz-incident.
- Blood and Ruins. The Great Imperial War, 1931-1945 (2022) door Richard Overy trekt een meesterlijke lijn van Mukden naar Hiroshima en Nagasaki.
Openingsafbeelding: Adolf Hitler kijkt toe hoe zijn troepen naar Polen marcheren, september 1939. Bron: Getty Images.