Home Dossiers Nederlandse monarchie Koning bepaalt wie zijn archief mag zien

Koning bepaalt wie zijn archief mag zien

  • Gepubliceerd op: 16 januari 2023
  • Laatste update 17 apr 2023
  • Auteur:
    Teun Willemse
  • 5 minuten leestijd
Archief van de Oranjes
Cover van
Dossier Nederlandse monarchie Bekijk dossier

Dit artikel krijgt u van ons cadeau

Wilt u onbeperkt toegang tot de artikelen op Historischnieuwsblad.nl? U bent al lid vanaf €1,99 per maand. Sluit hier een abonnement af en u heeft direct toegang.

Wie hebben er toegang tot het archief van de Oranjes? Die vraag is weer actueel nu Koning Willem-Alexander onderzoek laat doen naar de rol van de Koninklijke Familie in het koloniaal verleden. Een onderzoeksteam krijgt daarvoor toegang tot documenten uit de privé-archieven van het Koninklijk Huis, maar andere historici vrezen dat deze bronnen achteraf niet controleerbaar zullen zijn.

Een commissie onder leiding van oud-hoogleraar Gert Oostindie gaat de koloniale geschiedenis van de Koninklijke Familie onderzoeken, een project dat drie jaar zal duren. Biografe Monica Soeting, die een bijdrage zal leveren aan het onderzoek, werkt momenteel aan een biografie over koningin-regentes Emma en heeft toestemming om daarvoor de archieven van het Koninklijk Huis te gebruiken. ‘Het Koninklijk Huisarchief is een privéarchief,’ vertelt ze. ‘Dat betekent dat de Oranjes hun eigen regels kunnen maken en zelf bepalen wie er toegang krijgt. Daar kun je helaas niets aan doen.’

Meer historische context bij het nieuws? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.

Ontvang historische artikelen, nieuws, boekrecensies en aanbiedingen wekelijks gratis in uw inbox.

Brief aan de koning

Omdat het om een particuliere verzameling gaat, vallen de documenten van de Oranjes niet onder de Archiefwet en worden deze niet automatisch overgedragen aan het Nationaal Archief. Anders dan bij een openbaar archief moeten wetenschappers toestemming vragen om bronnen in te zien. Bezoekers kunnen bovendien alleen documenten raadplegen die vóór 1934 dateren.

Archief van het Koninklijk Huis
Ontwerp van het archief van het Koninklijk Huis.

Ook Soeting moest een brief aan de koning schrijven om de archieven te gebruiken voor haar Emma-biografie. ‘Behalve de gesloten archieven, zoals die van Wilhelmina, Juliana en Claus, is er weinig dat ik niet in mag zien.’ Volgens de biograaf is de archivering van de Oranjes goed geregeld en zijn medewerkers erg behulpzaam. ‘In de inventaris is keurig bijgehouden wat er in het Koninklijk Huisarchief te vinden is.’

Selectie aan de poort

In 2005 kreeg historicus Cees Fasseur als enige toegang tot de Oranje-archieven om de Greet Hofmans-affaire te onderzoeken. Dat besluit zette kwaad bloed bij collega-historici, die geen toestemming kregen om Fasseurs bronnen in te zien en zijn verhaal te toetsen. Hoogleraar Pepijn Brandon (VU) waarschuwt voor een herhaling van dit probleem bij het onderzoek naar het koloniaal verleden van de Oranjes. ‘Als de onderzoekers conclusies trekken op basis van bronnen die niet openbaar worden gemaakt, komt hun geloofwaardigheid in gevaar.’

Soeting maakt zich daar minder zorgen over. ‘Bij een wetenschappelijk onderzoek als dit moet je ervan uit kunnen gaan dat de bronnen kloppen en erop kunnen vertrouwen dat de betrokken experts de juiste informatie geven. Bovendien kunnen andere historici de bronnen uit het Koninklijk Huisarchief achteraf wel inzien; ze hebben daar alleen toestemming voor nodig.’

Volgens Brandon is juist die toestemming een principieel probleem. ‘Zelfs als bijna iedereen de documenten zou mogen inzien, is er nog steeds sprake van selectie aan de poort. Dat gaat in tegen het wetenschappelijk kernprincipe: iedereen moet na kunnen gaan of de interpretatie van gebruikte gegevens klopt. Voor de onderzoekers is het belangrijk dat de documenten openbaar worden, maar ook vanuit het perspectief van de opdrachtgever is het logisch. Als het koningshuis transparant wil zijn over het koloniaal verleden, zouden ze de documenten die daar mee te maken hebben makkelijk raadpleegbaar moeten maken. Ook voor de nabestaanden is dat van belang: juist onderzoekers uit bijvoorbeeld Indonesië of Suriname zouden makkelijk deze stukken moeten kunnen bekijken, aangezien dit verleden over hun voorouders gaat.’

Naar het Nationaal Archief

‘Ik kan me voorstellen dat documenten uit de meest recente periode van het koningshuis onder het privé-archief vallen,’ gaat Brandon verder. ‘”Maar hoe verder we teruggaan in het verleden, hoe duidelijker en directer het belang van dit archief is voor het Nederlandse koloniaal verleden. Documenten die van belang zijn voor meer dan de Koninklijke Familie alleen, horen in het Nationaal Archief te liggen.’

Archief van de Oranjes
Het Koninklijk Huisarchief in Den Haag.

Soeting deelt die kritiek. ‘Volgens mij zou het niet slecht zijn als het Koninklijk Huisarchief deel zou uitmaken van het Nationaal Archief, juist omdat het bij de documenten van de Oranjes zo moeilijk is om onderscheid te maken tussen wat privé en wat staats is.’ Officiële documenten die over staatszaken of het nationaal belang gaan, draagt de familie al over aan het Nationaal Archief. ‘Ik moet daar bijvoorbeeld naartoe om brieven van Emma aan koningin Victoria in te zien.’

Soeting hoopt dat het onderzoeksteam uiteindelijk niet veel uit de privé-archieven van de Oranjes zal halen. ‘Voor het onderzoek naar het koloniaal verleden verwacht ik dat we de meeste informatie uit het Nationaal Archief en andere openbare archieven komen. Die bronnen zijn gelukkig voor iedereen toegankelijk.’