Decennialang volgde de CPN trouw de Sovjet-Unie. Pas eind jaren zeventig ging de partij kritisch naar haar eigen verleden kijken. En dat was meteen de doodsteek.
De NSB wordt als een partij van landverraders beschouwd. Maar voor de CPN, de Communistische Partij Nederland, geldt dit veel minder. Opmerkelijk, want tussen 1925 en 1963 opereerde de partij in lijn met de buitenlandse politiek van de Sovjet-Unie. Historicus Rob Hartmans besteedt in zijn nieuwe, zeer leesbare overzichtswerk over de CPN veel aandacht aan de lange arm van Moskou.
Meer recensies lezen? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.
De CPN begon in 1909 onder de naam Sociaal-Democratische Partij (SDP), een linkse afsplitsing van de SDAP. De oprichters van de SDP wilden geen water bij de rode wijn doen. Begeesterd door de Russische Revolutie veranderden ze de naam van de partij in 1918 in CPN.
De partij kreeg steun van werklozen en laaggeschoolde arbeiders, die weinig toekomstperspectief hadden en daarom in de communistische droom geloofden. Zij kozen daarmee voor maatschappelijk isolement, want de CPN werd met argusogen bekeken. Daarnaast werd de CPN omarmd door linkse intellectuelen die een betere toekomst voor de mensheid wensten en alles radicaal anders wilden doen. Met politiek geweld tegen andersdenkenden hadden deze intellectuelen weinig moeite. Maar toen de CPN een stalinistische koers insloeg, liepen veel intellectuelen toch weg. Een goede CPN’er moest namelijk beschikken over ideologische lenigheid: de ene dag moest hij sociaal-democraten als sociaal-fascisten zien en de andere dag als bondgenoten tegen het fascisme – afhankelijk van wat Moskou dicteerde. Intellectuelen twijfelden daarvoor te veel.
De ultieme CPN’er was Paul de Groot, die de partij decennialang leidde. Hij ageerde in de jaren dertig tegen Hitler-Duitsland, maar na het Molotov-Ribbentroppact stond hij opeens welwillend tegenover de Duitse oorlogsmachine, omdat Moskou dat dicteerde. Zijn tegenstanders werden uit de partij gezet. Eind jaren zeventig verloor De Groot zijn controle over de CPN, die daarna ook kritisch ging kijken naar haar eigen verleden. Dat bleek tevens de doodssteek voor de partij. Want rode kameraden twijfelden niet.
Rode Kameraden. De Nederlandse communisten, 1909-1991
Rob Hartmans
446 p. Omniboek, € 27,99

Openingsbeeld: Een 1 mei-demonstratie van de CPN, 1970.