Home Ruzie om Adenauers erfenis

Ruzie om Adenauers erfenis

  • Gepubliceerd op: 7 februari 2025
  • Laatste update 25 feb 2025
  • Auteur:
    Beatrice de Graaf
  • 2 minuten leestijd
Beatrice de Graaf

Adenauer doet weer mee! De sfinx uit Bonn, der Alte, de man die op zijn 73e kanselier werd en tot zijn 87e West-Duitsland als democratische republiek op de kaart zette, is weer terug. En wel als campagneattribuut.

Dit artikel krijgt u van ons cadeau

Wilt u ook toegang tot HN Actueel? Hiermee leest u dagelijks geschiedenisverhalen met een actuele aanleiding op onze website en ontvangt u exclusieve nieuwsbrieven. U kunt de eerste maand onbeperkt lezen voor € 1,99. Sluit hier een abonnement af en u heeft direct toegang.

Het begon ermee dat Friedrich Merz, de kanselierskandidaat van de christen-democraten van de CDU/CSU, afgelopen 5 januari de jaarlijkse toespraak ter ere van Konrad Adenauer mocht houden. Op de 149e geboortedag van de godfather van de CDU/CSU besteeg Merz de Petersberg in Bonn om er in het gelijknamige grand hotel zijn Festrede af te steken.

Meer columns lezen? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.

Ontvang historische artikelen, nieuws, boekrecensies en aanbiedingen wekelijks gratis in uw inbox.

Die plek is sowieso al symbolisch genoeg. Hitler stopte in 1938 de Britse premier Neville Chamberlain in Hotel Petersberg tijdens de meerdaagse onderhandelingen die voorafgingen aan de conferentie in München. Elke ochtend staken de delegaties de Rijn over om te bespreken hoe Tsjechoslowakije aan het Derde Rijk kon worden uitgeleverd in ruil voor een imaginaire vrede. Na 1945 werd Hotel Petersberg de zetel van de geallieerden, die als wagneriaanse goden boven de Rijn tronend de kleine Bonner Republik uit het slop van de naoorlogse schande en vernedering tilden, en Adenauer de opdracht gaven er als kanselier toch maar iets van te gaan maken. Die dat als een grijze Siegfried met verve deed. Hij hielp de Duitsers met de verwerking van het naziverleden en katte West-Duitsland via het Wirtschaftswunder om tot een democratische modelrepubliek.

Tenminste, dat is hoe de CDU/CSU hem graag ziet. Aan dat beeld dingen historici nog wel wat af, maar Merz spiegelt zich er desalniettemin graag aan. In de schaduw van een bordkartonnen Adenauer hield Merz een vlammende speech, waarmee hij zichzelf alvast in positie bracht als diens gedoodverfde opvolger (want de CDU/CSU gaat de verkiezingen wel winnen). Een mooiere opmaat naar de verkiezingen was voor Merz nauwelijks denkbaar.

Maar toen ontvouwde zich een koningsdrama. Mutti Merkel kwam tevoorschijn uit haar politieke schemerzone (de dood zou ik het nog niet willen noemen), nam eveneens plaats voor een beeltenis van Der Alte, en gaf een persconferentie waarin ze Merz doodgemoedereerd een mes tussen zijn schouders stak. Merz was niet de kroonprins van Adenauer, wilde ze maar zeggen. Hij pleegde volgens haar verraad aan diens nalatenschap door een wetsvoorstel over immigratiebeperking te willen laten aannemen met steun van de AfD. Daarmee doorbrak Merz de Brandmauer, slechtte hij het taboe op samenwerking met anti-grondwettelijke krachten, en dreigde hij de CDU/CSU prijs te geven aan de duistere krachten van het ultrarechtse populisme. Meer christen-democraten dachten er net zo over en stemden in de Bondsdag tegen het voorstel, dat het daardoor niet haalde. Merz leed een nederlaag, een kleine 200.000 burgers demonstreerden voor behoud van de Brandmauer, en de CDU verloor 2 tot 3 procentpunten in de peilingen. Met de AfD als lachende derde.

En Adenauer? Die schudde vol onbegrip zijn hoofd over zoveel aards politiek drama. ‘Keine Experimente heb ik toch altijd gezegd,’ mompelde hij, terwijl hij verder schoffelde in zijn hemelse rozentuin.

Dit artikel is gepubliceerd in Historisch Nieuwsblad 3 - 2025