Home Religieuze vluchtelingen als politiek wapen 

Religieuze vluchtelingen als politiek wapen 

  • Gepubliceerd op: 30 januari 2025
  • Laatste update 30 jan 2025
  • Auteur:
    Koos-jan de Jager
  • 2 minuten leestijd
Mensen vluchten voor het oorlogsgeweld in de Zuidelijke Nederlanden. Schilderij door Sebastiaen Vrancx, begin zeventiende eeuw.

Wie wij zien als ‘echte vluchteling’ die bescherming en hulp verdient, wordt vooral gestuurd door politieke of economische factoren. Dat concludeert Lotte van Hasselt in haar onderzoek naar vluchtelingen in de Republiek. 

Aan de Universiteit van Amsterdam onderzocht Van Hasselt hoe de Nederlandse Republiek tussen 1570 en 1730 omging met vluchtelingen. ‘Het woord vluchteling is in de zeventiende eeuw ontstaan voor specifieke groepen migranten die hulp verdienden omdat ze verdreven waren vanwege hun geloof.’  

Meer historisch nieuws in uw inbox? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.

Ontvang historische artikelen, nieuws, boekrecensies en aanbiedingen wekelijks gratis in uw inbox.

Vanaf 1626 vluchtten grote groepen mensen vanuit de Duitse Palts. ‘Deze vluchtelingen kregen geld vanuit de gereformeerde kerken. Tegelijk worden zij door de overheid om geopolitieke redenen ontmoedigd om naar de Republiek te komen. De steun werd daarheen gestuurd om die mensen vooral daar te houden.’ In steunverzoeken speelden religieuze argumenten een belangrijke rol, vertelt Van Hasselt. Gereformeerde vluchtelingen maakten toespelingen op Bijbelverhalen om hun geloofsgenoten te overtuigen. ‘Er ging behoorlijk wat geld naartoe, dat waren voor die tijd grote liefdadigheidscampagnes.’ 

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Begrijp het heden, begin bij het verleden: met HN Actueel leest u historische achtergronden bij het nieuws van vandaag. Nu de eerste maand voor maar 1,99.

Aan het einde van de zeventiende eeuw kregen hugenoten uit Frankrijk een heel andere behandeling. Zij werden actief uitgenodigd om naar de Nederlanden te komen en kregen allerlei privileges. Dat was politiek gemotiveerd, aldus Van Hasselt. ‘Op dat moment was Willem III aan de macht, hij lobbyde voor steun tegen Frankrijk. Het opvangen van hugenoten als slachtoffers van die monarchie kwam dus goed uit. Hugenoten pasten dus in de identiteit van de Republiek als een veilige haven voor geloofsvluchtelingen.’ 

Salzburgers in Zeeland

Een bijzondere groep vluchtelingen vormen de lutherse Salzburgers. Nadat zij rond 1730 door de aartsbisschop waren verdreven uit hun woonplaatsen, vertrokken velen naar Pruisen. Ook Zeeland verkeerde economisch in zwaar weer en nodigde hen uit om zich in Groede te vestigen. In de pers werden deze geloofsvluchtelingen van harte verwelkomd. De praktijk pakte anders uit. De Salzburgers bleken zoutmijnwerkers, geen boeren. De stemming sloeg al snel om: waren dit geen arbeidsschuwe gelukszoekers? Een groot deel van de 800 Salzburgers overleed aan ziektes zoals de Zeeuwse koorts of trok weg. In Groede herinnert alleen de Lutherse Kerk aan deze geschiedenis.  

Salzburger emigranten, 1732.
Salzburger emigranten, 1732.

‘Wie wel of niet gewenst was als vluchteling had dus vooral te maken met politieke of economische redenen en niet zozeer met de groep zelf,’ concludeert Van Hasselt. Dezelfde dynamiek is ook zichtbaar rond Oekraïense vluchtelingen. Twee jaar geleden werden zij met open armen ontvangen, maar nu pleiten dezelfde politici door veranderde omstandigheden voor hun snelle terugkeer. ‘Vanuit het verleden verliep die discussie dus eigenlijk best voorspelbaar.’ 

Openingsbeeld: Mensen vluchten voor het oorlogsgeweld in de Zuidelijke Nederlanden. Schilderij door Sebastiaen Vrancx, begin zeventiende eeuw.

Dit artikel is gepubliceerd in Historisch Nieuwsblad 2 - 2025