De Haagse burgemeester Jan van Zanen heeft groen licht gegeven voor de oprichting van een monument voor de slachtoffers van de Bersiap. Historicus Onno Sinke vindt het een goed idee.
Tijdens de Bersiap-periode, kort na het einde van de Tweede Wereldoorlog in Indonesië, werden vooral Indische Nederlanders het slachtoffer van revolutionair geweld. De gemeenteraad van Den Haag stemde al in 2022 voor een motie van Richard de Mos om hen met een monument te eren.
Onno Sinke onderzocht de Bersiap in het kader van het grootschalige onderzoeksproject naar Nederlands oorlogsgeweld tijdens de Indonesische Revolutie, waarvan in 2022 de resultaten verschenen. Hij vindt het goed dat er meer aandacht komt voor de slachtoffers. ‘Hoewel er op 4 mei wordt stilgestaan bij alle slachtoffers van de oorlog in Indonesië, zorgt de brede formulering ervoor dat specifieke groepen zich niet vertegenwoordigd voelen. Aangezien er tot nu toe weinig aandacht is geweest voor de Bersiap, kan dit monument erkenning bieden.’
Wel vindt Sinke het belangrijk dat het verhaal correct en volledig wordt verteld. Zo bleek uit het bovengenoemde onderzoek dat er bijna 6000 dodelijke slachtoffers zijn gevallen, terwijl er vaak gesproken wordt van 30.000. Ook benadrukt de historicus dat de Bersiap maar één facet van de gewelddadigheden was. ‘Ook het geweld van de Japanners, Britse soldaten en Indonesiërs onderling dient belicht te worden voor een volledig beeld van deze vroege periode van de revolutie.’
Openingsafbeelding: Javaanse revolutionaire strijders voor onafhankelijkheid, 1946. Bron: Collectie Tropenmuseum.