Honderden christelijke leiders ondertekenden in september een verklaring, opgesteld door Micha Nederland. ‘Evangelie en extreemrechts gaan niet samen,’ luidt hun boodschap. De opstellers zeggen te willen leren van fouten in het verleden: de Nederlandse kerken spraken zich in de jaren dertig te weinig uit tegen het fascisme. Dat klopt niet, vindt historicus George Harinck. ‘Het beeld van de houding van de kerken voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog is vrij negatief, maar dat is in mijn ogen niet terecht.’
Hebben de Nederlandse kerken in de jaren dertig inderdaad gefaald?
‘Nee, het idee dat kerken voor de oorlog hebben gezwegen over het nationaal-socialisme, is onjuist. Al vrij vroeg na de machtsovername van Hitler in 1933 spraken kerken zich uit. Met name in vrijzinnige kringen leefde al snel het idee: hier moeten we wat mee. Remonstranten vingen bijvoorbeeld Duitse vluchtelingen op en veroordeelden in 1935 het nationaal-socialisme. En in 1936 deden de Rooms-Katholieke Kerk en de Gereformeerde Kerken hetzelfde en werd NSB-lidmaatschap tuchtwaardig. Katholieke NSB’ers konden geen sacramenten meer ontvangen. Het was dus heel duidelijk hoe de kerken stonden tegenover het nationaal-socialisme.’
Dit artikel is exclusief voor abonnees
Maar diende dat NSB-verbod niet vooral om de eigen politieke partij te beschermen?
‘Dat was wel het verwijt dat de gereformeerden kregen. De wens om de ARP te beschermen zal ongetwijfeld hebben meegespeeld, maar dat was niet het enige. De synode schreef een uitgebreide inhoudelijke argumentatie tegen het nationaal-socialisme. Ook de Christelijk-Democratische Unie werd verboden vanwege haar antimilitaristische opvattingen. Maar tuchtoefening was altijd een zaak van de plaatselijke gereformeerde kerkenraad tegenover een individueel gemeentelid, geen algemene kerkelijke uitspraak over een politieke stroming.’
‘Katholieke NSB’ers konden geen sacramenten meer ontvangen’
Spraken kerken zich vaker uit over politiek?
‘Tegenwoordig vinden we het een taak van de kerk om zich uit te spreken over maatschappelijke thema’s, maar dat was in het verleden niet zo. Geen politiek op de kansel, was in de jaren dertig de opvatting in de Nederlandse Hervormde Kerk. Individuele predikanten deden dat wel, zij schreven brochures vol over concrete politieke thema’s. Dominee Heiko Miskotte keerde zich fel tegen het nationaal-socialisme, maar andere predikanten verdedigden de NSB. Daar was niet ieder kerklid blij mee, maar dat was niet verboden. Pas later gingen de kerken zich als instituut krachtiger uitspreken, bijvoorbeeld tegen kernwapens.’

Veranderde de opstelling van de kerk in de oorlogsjaren?
‘Het eerste wat de Nederlandse Hervormde Kerk in mei 1940 deed, was de natie toespreken met woorden van troost. De kerk zag een vacuüm ontstaan toen politieke partijen werden ontbonden. De politiek kon niet langer spreken, dus de kerk moest dat gat vullen. Meer dan enige andere instantie hebben kerken geprotesteerd tegen de behandeling van joden. Achteraf kan je natuurlijk de discussie voeren of het genoeg is geweest. Het had meer kunnen zijn, maar het is onjuist om te suggereren dat de kerken hebben gezwegen.’
George Harinck
is rector magnificus aan de Theologische Universiteit Utrecht en hoogleraar geschiedenis van het neocalvinisme aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Hij publiceerde de afgelopen jaren onder andere over de houding van de Nederlandse kerken voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog. In 2023 verscheen Dietrich Bonhoeffer and Neo-Calvinism in Dialogue.

Openingsbeeld: Ingebruikneming van de Duinzichtkerk in Den Haag, april 1935. Bron: ANP.