Home Dossiers Nederlandse politiek De macht van de raadpensionaris

De macht van de raadpensionaris

  • Gepubliceerd op: 26 juni 2024
  • Laatste update 15 jul 2024
  • Auteur:
    Eric Palmen
  • 2 minuten leestijd
Satire op de berechting van Oldenbarnevelt. Cornelis Saftleven, 1663.
Cover van
Dossier Nederlandse politiek Bekijk dossier

De Hollandse raadpensionaris werkte in een complexe politieke omgeving. Zo laat Jaap de Haan zien aan de hand van de carrières van Johan van Oldenbarnevelt, Johan de Witt en Gaspar Fagel.  

Als voorzitter van het machtigste gewest in de Republiek, de Staten van Holland, was de raadpensionaris meer dan een ambtenaar. Hij zat de vergadering voor, bepaalde de agenda en was verantwoordelijk voor de uitvoering van de besluiten. Ook onderhield hij de contacten met de andere gewesten en het buitenland. Verder had hij een politieke en representatieve functie. De reikwijdte van zijn macht werd bepaald door de aanwezigheid van een stadhouder en de internationale context.

Meer recensies lezen? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.

Ontvang historische artikelen, nieuws, boekrecensies en aanbiedingen wekelijks gratis in uw inbox.

Zo kreeg de relatie tussen Oldenbarnevelt en stadhouder Maurits de allure van een koningsdrama. Maurits was aanvankelijk de pupil van Oldenbarnevelt, maar groeide uit tot zijn grootste tegenstander. Hij buitte de dreigende burgeroorlog tussen remonstranten en contraremonstranten uit voor eigen gewin. Gesteund door het machtige en conservatieve Amsterdam slaagde Maurits erin verdeeldheid te zaaien in de Staten van Holland, eens het bolwerk van Oldenbarnevelt. Dat culmineerde in diens ontslag en terechtstelling in 1618.  

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

In het Eerste Stadhouderloze Tijdperk (1650-1672) was raadpensionaris Johan de Witt het boegbeeld van een bloeiende natie, die op het wereldtoneel als grootmacht werd erkend. De Haan gaat in op De Witt als bevelvoerder van de maritieme vloot in 1665, toen de Republiek verwikkeld raakte in de Tweede Engelse Oorlog. Daarmee wilde De Witt de Oranjegezinde Cornelis Tromp de wind uit de zeilen nemen. Hoe kwetsbaar zijn macht was, bleek toen De Witt in het rampjaar door een woedende menigte werd gelyncht.  

De Witts opvolger Gaspar Fagel diende vooral als spreekbuis van stadhouder-koning Willem III. Ook in zijn ambtstijd speelde Amsterdam een hoofdrol, dit keer als opponent van de stadhouder. Oorlog was slecht voor de handel en daarom keerde de stad zich tegen de buitenlandse politiek van Willem III en zijn raadpensionaris, die de confrontatie met Frankrijk zochten. De Haan verheldert met deze prachtig vormgegeven studie de unieke positie van de raadpensionaris in de Republiek.

De eerste minister van de Republiek Jaap de Haan

De eerste minister van de Republiek. De Hollandse raadpensionaris in de zeventiende eeuw
Jaap de Haan
292 p. AUP, € 34,99 

Openingsafbeelding: Satire op de berechting van Oldenbarnevelt. Cornelis Saftleven, 1663.

Dit artikel is gepubliceerd in Historisch Nieuwsblad 7/8-2024