Hoe ziet de ideale vader eruit? Dat verschilt per periode, zo constateert de Amerikaanse historicus Augustine Sedgewick.
Toen de zoon van Sedgewick werd geboren in de zomer van 2017, was het proces tegen Bill Cosby groot nieuws. Deze acteur was ooit de ideale vader in de legendarische Cosby Show, maar werd nu vervolgd wegens misbruik van tientallen vrouwen. In hetzelfde jaar barstte #MeToo los. Sedgewick realiseerde zich dat de voorbeelden van mannelijkheid en vaderschap zoals hij die in zijn jeugd had gekend niet meer pasten.
De jaren daarop onderzocht hij opvattingen over vaderschap van beroemde historische figuren, van Aristoteles en Hendrik VIII tot Charles Darwin en Bob Dylan. Het resultaat is Fatherhood, een intrigerend en soms vermakelijk verslag van de manier waarop deze grootheden hun privéleven en hun overtuigingen op één lijn probeerden te brengen.
Dit artikel is exclusief voor abonnees
Van de Oudheid tot ongeveer 1800 gold de vader als de belangrijkste opvoeder. Romeinse vaders waren als hoofd van de huishouding de enigen die een pasgeboren baby konden erkennen. Deden ze dat niet, dan werd het kind verstoten. Christelijke vaders zagen toe op de zedelijke ontwikkeling van hun nageslacht. Volgens kerkvader Augustinus brachten vaders de erfzonde over op hun kinderen, maar konden ze die afwenden door hen te laten dopen.
Bioloog Charles Darwin – verwekker van tien kinderen – wees op het principe van seksuele selectie. Hij meende dat vaders door mooie, gezonde vrouwen te kiezen de gezondheid van hun nageslacht bepaalden en zo bijdroegen aan perfectionering van de samenleving. Psychiater Sigmund Freud was zorgelijker over de rol van vaders: ze waren zo dominant dat kinderen zich wel tegen hen moesten afzetten. En precies dat deed popzanger Bob Dylan: hij wilde niets meer te maken hebben met zijn burgerlijke vader. Ondertussen trok hij zich wel jarenlang met zijn eigen gezin terug in the middle of nowhere om het te beschermen tegen de publiciteit. Totdat zijn huwelijk klapte en hij alle vastigheid losliet. Hij koos voor de rol die veel van zijn generatiegenoten omarmden: die van de vader zonder verantwoordelijkheid.
Maar dat is inmiddels achterhaald. De trend die in de loop van de negentiende eeuw begon, heeft doorgezet: de moeder werd in die jaren de belangrijkste opvoeder. Pedagogische boeken gingen zich op haar richten. En mannen, die tegenwoordig ook zorgen, oriënteren zich op haar gedrag. Zo is vaderschap meer op moederschap gaan lijken. Dat wordt onbedoeld ook bevestigd door de zoon van Sedgewick. Toen hij het jongetje vroeg hoe de ideale vader eruitziet, antwoordde het kereltje: hij moet grappig zijn en goed kunnen knuffelen.
Fatherhood. A History of Love and Power
Augustine Sedgewick
306 p. Scribner, € 19,68

Beeld bovenin: Schilder Eugène Manet met zijn dochter, circa 1881. Schilderij door Berthe Morisot.
