Dat één mens het verschil kan maken, bewijst het leven van Henri Grouès, beter bekend als Abbé Pierre. De speelfilm L’Abbé Pierre toont het intense leven van de priester, die in zijn strijd tegen armoede autoriteiten het vuur aan de schenen legde.
‘Is het me gelukt om dingen te veranderen, zelfs maar een beetje? Laat ik een iets betere wereld achter?’ Deze overpeinzing komt niet uit Rutger Bregmans boek Morele ambitie, maar is te horen in de openingsscène van L’Abbé Pierre, une vie de combats. Daarin blikt Abbé Pierre (1912-2007) als oude man terug op zijn leven. Aan het slot van de film doet hij dat weer en geeft hij antwoord op de vraag uit het begin van de film.
In de ruim twee uur ertussen stapt de film met grote passen door het leven van Henri, die in een welvarend milieu in Lyon werd geboren. Na zeven jaar kloosterleven als kapucijner monnik verruilt hij contemplatie voor sociale strijdbaarheid. In de Tweede Wereldoorlog helpt hij – inmiddels Abbé Pierre genoemd – Joodse en andere vluchtelingen de Zwitserse grens over en sluit hij zich aan bij de Vrije Fransen van Charles de Gaulle.
Na de oorlog wordt hij gekozen tot parlementslid, maar hij is ontevreden over zijn resultaten en richt in 1951 de Emmausbeweging op. Met de verkoop van oude spullen steunt deze beweging, die nog altijd bestaat, verschoppelingen in de maatschappij.
Abbé Pierre wordt als ‘stem van de stemlozen’ het mediagenieke boegbeeld van de strijd tegen armoede, waarin hij de rijken op hun morele besef aanspreekt: ‘Rijkdom moet worden gedeeld.’ Maar de film toont ook controversen rond hem, zoals zijn steun aan een bevriende filosoof die de Holocaust bagatelliseerde, en zijn ijdelheid. Dat laatste signaleert de hoofdpersoon overigens zelf ook: ‘Ik ben veranderd in een showbizzster.’ Maar het beeld dat blijft hangen is dat van een moedig mens met een tomeloze inzet voor een betere wereld.
![Filmposter van L'Abbé Pierre](https://www.historischnieuwsblad.nl/app/uploads/2024/04/94-film2-poster1-hires-768x1024.jpg)