In 1992 ontstond in Jemen de beweging Ansar Allah (‘helpers van god’), beter bekend als de Houthi’s. Zij zijn sindsdien betrokken bij alle grote conflicten in het land. Inmiddels vallen ze ook internationale schepen in de Rode Zee aan. Wat drijft hen?
Het antwoord ligt besloten in de geschiedenis van Jemen. Die wordt vooral gekenmerkt door verdeeldheid. Jemen is van oudsher een tribale samenleving, waarin familiebanden voorop staan. Nog steeds is bijna driekwart van de bevolking lid van een clan en er zijn heden ten dage vijf tribale confederaties.
Meer historische context bij het nieuws? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.
Zo’n zeven eeuwen voor het begin van onze jaartelling kende het gebied zes concurrerende koninkrijken. Beurtelings beheersten zij belangrijke handelsroutes door het gebied. Via de Arabische zee werden wierook, zijde en kruiden aangevoerd uit Azië, en mirre en ivoor uit Afrika. Vanuit Jemen brachten karavanen deze handelswaar naar het Middellandse Zeegebied.
Het koninkrijk Saba in het noorden van Jemen was het oudst. Dankzij vernuftige irrigatiewerken, waaronder de beroemde Marib-dam bij de gelijknamige hoofdstad, was het een welvarende landbouwsamenleving die eeuwenlang een hoofdrol kon spelen in de regio.
Dit artikel is exclusief voor abonnees
De Jemenitische koninkrijken leverden permanent strijd tegen nomadische stammen uit de rest van het Arabische schiereiland en ook de Abessijnen oefenden vanuit Ethiopië aan de overkant van de Rode Zee grote invloed uit. De voortdurende concurrentiestrijd tussen de Jemenitische koninkrijken en de opkomst van nieuwe handelsroutes die het gebied omzeilden leidden tot hun ondergang. Het einde van de bloeiperiode van de regio werd gemarkeerd door de instorting van de Marib-dam rond 570 na decennia van verwaarlozing. Daarna maakten buitenlandse dynastieën, zoals de Ottomanen, eeuwenlang de dienst uit in Jemen.
Religieuze verschillen
Ook onder buitenlandse overheersing bleef Jemen verdeeld. Als gevolg van de teruglopende handel en toenemende verwoestijning vochten tribale confederaties een verbeten strijd uit om de steeds schaarsere natuurlijke rijkdommen. De buitenlandse invloed reikte veelal niet verder dan de zuidelijke kustgebieden. In het bergachtige binnenland in het noorden van Jemen hadden machtige clans het in de praktijk voor het zeggen.
Aan die splitsing tussen Noord- en Zuid-Jemen kleefde ook een belangrijk religieus element. De islam bereikte Jemen al in de zevende eeuw. Onder buitenlandse invloed kreeg de soennitische variant in het zuiden voet aan de grond, maar in het onherbergzamere noorden woonden zaidieten. Dat was en is een kleine gematigde sjiitische stroming.
Theologisch waren er weinig verschillen, maar de zaidieten waren er ook van overtuigd dat alleen afstammelingen van Mohammeds schoonzoon, imam Ali, het recht hadden om te regeren, belastingen te innen en oorlog te voeren. Vanaf 898 was Noord-Jemen een ‘imamaat’. Verschillende families met de juiste stamboom wisselden elkaar af. Hoe ver de macht van de heersende imam reikte, was veelal afhankelijk van de bereidheid van de stammen om naar hem te luisteren.
Toen het Ottomaanse Rijk aan het einde van de Eerste Wereldoorlog ten onder ging, verkeerden de zaidieten in de beste positie om de macht in heel Jemen over te nemen. De imams wisten alle Jemenitische stammen te onderwerpen, maar ze werden ook tegengewerkt door twee machtige buren: de Saoedi’s in het noorden en de Britten in het zuiden. De streng soennitische Saoedi’s hoopten het sjiitische imamaat omver te werpen, maar dat mislukte. Na een reeks oorlogen werd in 1934 de huidige grens tussen Jemen en het toen kersverse koninkrijk Saoedi-Arabië vastgelegd in een vredesverdrag.
De Britten waren sinds 1832 aanwezig in Jemen. Toen veroverden zij het slaperige vissersdorpje Aden. Dat had een diepe natuurlijke haven en was zo de ideale plek om een tussenstation te worden voor schepen op weg naar de parel in de Britse koloniale kroon: India. Het strategisch belang van Aden was groot en na de opening van het Suezkanaal werd de marinebasis zelfs onmisbaar geacht voor de veiligheid van de cruciale scheepsroute door de Rode Zee en de Arabische Zee.
De marinebasis in Aden is onmisbaar voor de veiligheid van de scheepvaart
Om Aden te beschermen sloten de Britten eind negentiende eeuw overeenkomsten met dertien clans in het zuiden van Jemen. Het resultaat was makkelijker te verdedigen met een ring van protectoraten om Aden heen. Diverse opstanden – vaak aangewakkerd vanuit het imamaat – werden door de Britse luchtmacht neergeslagen. Om tegenwicht te kunnen bieden aan de Britten, knoopten de imams van Jemen banden aan met de communistische Sovjet-Unie en het fascistische Italië, dat in 1936 Ethiopië veroverde.
Burgeroorlog
Na de Tweede Wereldoorlog gistte het zowel in het Jemenitische imamaat als in het Britse protectoraat. Het imamaat werd steeds meer gezien als achterhaald, geïsoleerd en corrupt. Maar de imams hielden zich doof voor de roep om hervormingen. In plaats daarvan kochten ze modern wapentuig en stuurden ze jonge officieren naar buitenlandse militaire opleidingen. Zij moesten de imams in het zadel houden. Om dat allemaal te betalen werden belastingen verhoogd, terwijl broodnodige investeringen in zorg en onderwijs achterwege bleven.
De ironie wil dat juist de officieren in 1962 in opstand kwamen en de Jemenitische Arabische Republiek uitriepen. De verdreven imam zon in de bergen op wraak: dat was het begin van een acht jaar durende burgeroorlog in Noord-Jemen. De republikeinen kregen steun uit Egypte, Syrië en Irak. De Egyptische president Gamel Abdel Nasser zond zelfs 70.000 soldaten om de nieuwe regering bij te staan. De imam werd geholpen door de Saoedi’s en – in het geheim – de Britten, maar werd uiteindelijk definitief verdreven.
In 1967 zagen de Britten zichzelf na een vier jaar durende gewapende opstand gedwongen hun protectoraat op te geven. Aden had sinds de Tweede Wereldoorlog een stormachtige groei doorgemaakt. Zo was bij de stad een enorme olieraffinaderij verrezen. Tienduizenden arbeiders werkten in wat de belangrijkste stad van de regio was geworden. Dankzij de weigering van de Britten om de arbeidsomstandigheden te verbeteren, was de vakbeweging langzaam maar zeker veranderd in een onafhankelijkheidsbeweging.
De radicale marxistische vleugel riep uiteindelijk de Democratische Volksrepubliek Jemen uit. Dat werd een eenpartijstaat waar de Jemenitische Socialistische Partij de scepter zwaaide. Als enige communistische staat in het Midden-Oosten onderhield de Volksrepubliek vanzelfsprekend nauwe banden met de Sovjet-Unie.
Nepotisme en corruptie
Tussen wat in de volksmond Noord-Jemen en Zuid-Jemen ging heten boterde het niet. Het zuiden ging politiek linksaf, het noorden rechtsaf. Dankzij Amerikaanse en Saoedische steun kwam in het noorden na een lange periode van onrust en politieke moorden uiteindelijk kolonel Ali Abdullah Sale in 1978 uit de bus rollen als sterke man.
Maar onder diplomatieke druk van de Arabische Liga werden er ook gesprekken gevoerd over unificatie. Dat leek niet meer dan logisch, want Noord- en Zuid-Jemen waren toch verweven. Jemenieten in het noorden en zuiden verschillen weinig van elkaar en er waren ook veel verhuizingen over en weer.
Dat de onderhandelingen toch tergend langzaam verliepen, had te maken met een voortdurende machtsstrijd binnen de Jemenitische Socialistische Partij in Zuid-Jemen, die in 1986 zelfs leidde tot een kortdurende burgeroorlog. Toen de gemoederen eenmaal waren bedaard, er olie werd gevonden in Noord-Jemen en de Koude Oorlog ten einde was, kwam er eindelijk een akkoord over unificatie.
Op 22 mei 1990 vormden noord en zuid samen de huidige Republiek Jemen. Op papier werd het een op neoliberale leest geschoeide meerpartijendemocratie. Saleh werd president en het zuiden leverde de premier. Aanvankelijk was iedereen in Jemen enthousiast.
Maar al gauw trok Saleh als autocraat alle macht naar zich toe. Nepotisme en corruptie vierden hoogtij en dat leidde tot ontevredenheid en onrust. Zuid-Jemen scheidde zich in 1994 zelfs weer kortdurend af, totdat Saleh het land gewapenderhand weer verenigde. Hij maakte daarbij ook dankbaar gebruik van de diensten van teruggekeerde ‘Afghanen’, aan Al Qaida gelieerde jihadisten.
Opkomst Houthi’s
Saleh kocht zijn populariteit bij de gewone Jemenieten door tijdens bezoeken aan dorpen letterlijk en figuurlijk met zakken geld rond te strooien om projecten te financieren. Daarnaast vormde de tribale samenleving van Jemen de ideale voedingsbodem voor een verdeel-en-heerspolitiek. Saleh speelde verschillende partijen tegen elkaar uit.
Het gistte ook onder Salehs verstikkende deken. In het zuiden vormden separatisten de Zuidelijke Beweging. In het noorden radicaliseerden de zaidieten in reactie op hun economische marginalisatie én op de opkomst van het salafisme dankzij de jihadisten en door Saleh toegelaten predikers uit Saoedi-Arabië. Hussein Badreddin al-Houthi richtte de beweging Ansar Allah (‘helpers van god’) op, beter bekend als de Houthi’s.
De familie al-Houthi claimt ook af te stammen van Mohammeds schoonzoon Ali en dus de rechtmatige heersers te zijn. Niet geheel verrassend ondernam Saleh’s regime vanaf 2004 zes pogingen om de Houthi’s met geweld uit te schakelen. Maar dat had een averechts effect: door Saleh verwaarloosde stammen in het bergachtige noorden sloten zich aan bij de Houthi’s. Noord-Jemen werd een Houthi-bolwerk.
Tijdens de Arabische Lente brak er een algehele opstand uit tegen president Saleh. Na maar liefst 33 jaar aan de macht, was zijn verdeel-en-heerspolitiek eindelijk uitgewerkt. Ook de Houthi’s legden in 2011 de wapens neer en namen deel aan de onderhandelingen met de andere partijen over de toekomst van Jemen. Dankzij bemiddeling door de Arabische Golfstaten kwam een overgangsregering tot stand onder president Abd Rabbuh Mansur Al-Hadi.
De hoop op een betere toekomst vervloog snel. De partij van Hadi domineerde het parlement en tijdens de presidentsverkiezingen in 2012 was hij namens die partij de enige kandidaat. De Houthi’s en de Zuidelijke Beweging boycotten de verkiezingen. Een dialoog over een nieuwe federale grondwet liep vast. Toen Hadi na zijn ambtstermijn van twee jaar toch aanbleef, pakten de Houthi’s de wapens weer op. Ditmaal gingen ze voor de terugkeer van het imamaat.
In september 2014 rukten de Houthi’s razendsnel op. De hoofdstad Sanaa viel als een rijpe appel in hun schoot. Dat kwam vooral omdat Saleh-aanhangers zich bij hen voegden. Het was het begin van een nieuwe burgeroorlog. Toen de Houthi’s Aden belegerden, vluchtte Hadi naar Saoedi-Arabië om daar om hulp te smeken.
Met een resolutie van de VN-Veiligheidsraad op zak begonnen de Arabische Golfstaten onder leiding van Saoedi-Arabië de militaire operatie ‘Decisive Storm’, later omgedoopt tot ‘Restore Hope’. Met een combinatie van zware luchtbombardementen en de inzet van grondtroepen en huurlingen werd Aden ontzet.
Steun van Iran
Sindsdien duurt de oorlog voort. Onlangs een militaire overmacht op papier zijn de internationaal erkende regering en de door Saoedi-Arabië geleide coalitie er niet in geslaagd om de Houthi’s te verslaan. Daar zijn verschillende redenen voor. Allereerst zijn de Houthi’s gehard door inmiddels twee decennia gewapende strijd. De hardliners maken de dienst uit binnen de beweging, die momenteel wordt geleid door de broer van de oprichter.
Daarnaast kunnen ze rekenen op steun van Iran. Het sjiitische regime in Teheran kan daarmee de aartsvijanden Saoedi-Arabië en Israël het leven zuur maken: samen met Hezbollah in Libanon en andere sjiitische groeperingen in Syrië en Irak, alsook Hamas in Gaza, vormen de Houthi’s een ‘As van Verzet’ in het Midden-Oosten.
Met groepen als Hezbollah en Hamas vormen de Houthi’s een ‘As van Verzet’
Naast wapens uit Iran zijn de Houthi’s inmiddels zelf ook zeer bedreven in het produceren van drones en raketten. In de afgelopen jaren hebben ze duizenden doelwitten bestookt, ook in Saoedi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten.
En daardoor komt ook de belangrijkste reden voor het succes van de Houthi’s in beeld: de verdeeldheid onder hun tegenstanders. In Jemen heeft de Zuidelijke Beweging het sinds 2017 de facto voor het zeggen in Aden en omgeving. Door oorlogsmoeheid telde de Arabische militaire coalitie steeds meer afhakers. Zelfs aanvoerder Saoedi-Arabië zocht naarstig naar een uitweg. De internationale diplomatie kreeg een nieuwe kans.
In april 2022 werd onder auspiciën van de VN een wapenstilstand gesloten. Die houdt sindsdien wonderwel in grote lijnen stand. President Hadi is afgetreden en heeft de macht overgedragen aan een zogeheten presidentiële raad, waar ook leden van de Zuidelijke Beweging deel van uitmaken. Het doel: een werkbare oplossing vinden om de macht te delen en de burgeroorlog definitief te beëindigen.
Aanvallen op scheepvaart
De Houthi’s hebben ondertussen vrijwel het gehele grondgebied van de voormalige Jemenitische Arabische Republiek in handen. Twee derde van de bevolking van heel Jemen woont in dat gebied, 20 miljoen mensen. De grote winst van de Houthi’s was dat ze niet langer als terroristische organisatie, maar als serieuze gesprekspartner werden behandeld.
Met hun aanvallen op het internationale scheepvaartverkeer in de Rode Zee hebben de Houthi’s die positie op het spel gezet. Het is gissen naar hun exacte beweegredenen, maar er zijn wel aanwijzingen. De Houthi’s benadrukken dat hun aanvallen gericht zijn op schepen die banden met Israël en de VS hebben en dat zij het daarmee opnemen voor de Palestijnen. Daarmee spelen ze handig in op de brede verontwaardiging in Jemen en de rest van de Arabische wereld over het Israëlische optreden in de Gazastrook.
Nog belangrijker voor de Houthi’s is dat ze met hun aanvallen niet alleen het lot van de Palestijnen, maar ook zichzelf in de schijnwerpers zetten. De internationale gemeenschap bekommerde zich totaal niet om Jemen. Nu zijn de Houthi’s voorpaginanieuws. Door de voor strategische scheepvaartroute door de Rode Zee te verstoren, zorgen ze ervoor dat de rest van de wereld de (economische) gevolgen van de talloze conflicten in het Midden-Oosten aan den lijve ondervindt.
De helft van de bevolking leeft op de rand van de hongersnood
Natuurlijk, met hun acties lokken Amerikaanse en Britse luchtaanvallen uit, maar in de afgelopen twee decennia zijn de Houthi’s oorlog als een way of life gaan zien. In hun ogen ligt de overwinning in de burgeroorlog binnen handbereik. De Saoedi’s zouden liever vandaag dan morgen hun handen aftrekken van het conflict in Jemen. En met de wanordelijke Amerikaanse terugtrekking uit Afghanistan in het achterhoofd zijn de Houthi’s ook niet bang voor de VS.
De gevolgen voor de burgerbevolking zijn desastreus. Jemen is verwoest door de burgeroorlog en de helft van de bevolking leeft op de rand van de hongersnood of daar voorbij. Vooral in het door de Houthi’s gedomineerde noorden is de nood hoog, mede als gevolg van een internationale handelsblokkade – Jemen importeert 90 procent van al zijn voedsel. Dat interesseert de Houthi’s allemaal niet. Ze hebben immers god aan hun zijde.
Meer weten:
- Yemen. Poverty and Conflict (2022) van Helen Lackner is het standaardwerk over Jemen.
- Tribes and Politics in Yemen. A History of the Houthi Conflict (2017) door Marieke Brandt duidt de oorsprong van de Houthi’s.
- Yemen. Dancing on the Heads of Snakes (2010) is een fascinerend reisverslag door Victoria Clark.