Home Vlucht naar het Oosten

Vlucht naar het Oosten

  • Gepubliceerd op: 21 oktober 2019
  • Laatste update 02 mei 2023
  • Auteur:
    Twan van den Brand
  • 11 minuten leestijd
Vlucht naar het Oosten

Honderden westerse militairen deserteren tot midden jaren zestig naar de DDR. Ze krijgen onderdak in een uithoek van het land, Bautzen. De Stasi houdt ze daar scherp in de gaten. Ook de Nederlander Jan Stoops. ‘Hij verheerlijkt de kapitalistische levenswijze.’

Op 18 april 1962 deserteert Jan Stoops, dienstplichtig soldaat van het 42ste Infanteriebataljon. Het is bijna Pasen. De 19-jarige jongen uit Breda lift in burgerkloffie naar het oosten. Hij wil niet uitgezonden worden naar de Nederlandse kolonie Nieuw-Guinea en verdwijnt achter de Berlijnse Muur.

Ook vele anderen vertrekken om uiteenlopende redenen vanuit het Westen naar de DDR. Ze komen onder meer uit de Verenigde Staten, Frankrijk, Griekenland, Spanje en Nederland. Soms worden ze gedreven door ideologische overwegingen, anders wel door een grote liefde in Leipzig, Dresden of elders. Weer anderen zijn op de vlucht voor justitie of het bewind in eigen land.

Deserteurs als Jan Stoops vormen een bijzondere categorie. Hún komst wordt door het Oost-Duitse regime uitgevent. Dat gebeurt in de taal van de Koude Oorlog. Het gaat om enkele honderden NAVO-manschappen, een fractie van het aantal DDR-militairen dat juist zijn heil in het Westen zoekt.

Over Stoops meldt de Allgemeine Deutsche Nachrichtendienst, het staatspersbureau ADN, dat hij geen trek heeft om voor ‘de West-Duitse nazi’s te vechten’. In geval van oorlog zou zijn bataljon naar de Bondsrepubliek worden gedirigeerd, zo hebben zijn gastheren begrepen. Dat komt ze beter van pas dan het verre, onbestemde Nieuw-Guinea.

Dergelijk tromgeroffel klinkt na de bouw van de Muur, in augustus 1961, beduidend minder vaak dan daarvoor. Als de DDR echt op slot gaat, loopt het aantal westerse deserteurs daar met rasse schreden terug.

Villa Weigang

Jan Stoops durft het nog wel aan. Net als zijn voorgangers komt hij terecht op een landgoed dat ooit toebehoorde aan de fabrikantenfamilie Weigang, vermogende drukkers. De rijk gedecoreerde jugendstilvilla staat in Bautzen, nabij Dresden, in de regio waar de DDR aan Polen en Tsjecho-Slowakije grenst. Het is een uithoek van het land.

Aanvankelijk wonen de oud-militairen op kamers in de stad, maar in de tijd dat Stoops arriveert ook in de villa zelf. Voor reizen is bijzondere permissie nodig. Met 50.000 inwoners is Bautzen een overzichtelijke gemeenschap, waar de kostgangers in het vizier blijven. Dat geldt in versterkte mate voor villa Weigang.


Villa Weigang is in 1998 in private handen overgegaan. Tegenwoordig is het pand te boeken voor bruiloften en partijen.

Om te voorkomen dat ze naar café Lehmann of andere lokale etablissementen hollen – wat overigens toch gebeurt – telt Weigang vanaf begin jaren vijftig de nodige faciliteiten. Er zijn een bar, een biljartruimte en een filmzaal. Bovendien wordt er lesgegeven. Want nieuwe landgenoten moeten toch zeker de Duitse taal leren, kennisnemen van de geschiedenis en het politieke systeem van de DDR?

De directeur van dit Haus der Internationalen Solidarität heet Heinz Schattel. Als informant ‘Weinhold’ is hij een gewaardeerde kracht van de Staatssicherheitsdienst. De buitenlanders moeten in de gaten worden gehouden. Ook docenten werken voor de Stasi, die tevens enkele deserteurs weet te rekruteren.

Een van hen is Victor Grossman, codenaam ‘Taucher’. Hij is aanvankelijk als Amerikaans militair gestationeerd in de Bondsrepubliek en heeft zijn lidmaatschap van verschillende communistische organisaties voor de legerleiding verzwegen. Als de jacht op Amerikaanse communisten onder aanvoering van senator Joseph McCarthy groteske vormen aanneemt, haalt het verleden hem in. Hij wordt voor de krijgsraad gedaagd.

Het Oost-Duitse regime ontvangt de militairen met tromgeroffel

Grossman vlucht in 1952 via het Oostenrijkse Linz, dan nog verdeeld in een geallieerde en een Russische sector. Hij zwemt de Donau over; de Russen escorteren hem naar de DDR. Daar zal hij landgenoten treffen die niet naar Korea willen of genoeg hebben van het racisme in het leger.

Bij de padvinderij

Tot de vroege gasten van villa Weigang behoren twee Amsterdamse dienstplichtigen. Ze vluchten begin september 1953. Volgens ADN schamen ze zich ervoor dat Nederland na de Tweede Wereldoorlog ‘een Amerikaanse provincie’ is geworden.

Aankomend sergeant Rob Louwman en korporaal Robert Wanrooy, allebei 21, gestationeerd op de militaire kaderschool in Steenwijkerwold, steken bij Helmstedt de grens over en worden door Russische officieren verhoord. Later gaat de enkele reis richting Bautzen.

Het thuisfront toont zich hoogst verbaasd over het ideologische motief voor de desertie dat door ADN de wereld in is gestuurd. ‘Nog nimmer heeft hij van enige politieke belangstelling blijk gegeven,’ zegt moeder Louwman tegen De Telegraaf. ‘De enige vereniging waar Robert ooit bij aangesloten is geweest, is de padvinderij.’ Zij vermoedt een uit de hand gelopen avontuur. Daarvan terugkeren durven de twee vast niet. Een deserteur wacht immers gevangenisstraf.

Maar het onverwachte gebeurt. Robert Wanrooy komt als eerste terug. Dat gebeurt al na enkele maanden, op 30 december 1953. Zijn gastheren leggen hem niets in de weg. Op Schiphol voert de marechaussee Wanrooy direct af.

Westerse geheime diensten zetten pseudodeserteurs in

Tegenover de krijgsraad verklaart hij dat politieke motieven geen rol hebben gespeeld bij zijn vlucht. Hij had genoeg van het leger. Dat gold trouwens ook voor zijn makker. De DDR was nabij en zou hen niet uitleveren, hadden de twee bedacht. Eenmaal in Bautzen werden ze benaderd om heimelijk contacten te leggen in Nederland. Dat opende ons de ogen, aldus Wanrooy.

De krijgsraad legt hem in augustus 1954 een jaar gevangenisstraf op. Hij komt bovendien ‘onder toezicht van een zenuwarts’ te staan.

Gemis van familie

Tegen de tijd dat zijn kameraad wordt veroordeeld, meldt Louwman zich bij de marechaussee. Hij kiest maanden na Wanrooy voor terugkeer, dient geen uitreisverzoek in en wordt wél tegengehouden. De Oost-Duitsers zijn de uittocht van met veel poeha binnengehaalde gasten intussen behoorlijk beu.

De Nederlanders zijn niet de enigen die terug willen. Veel deserteurs hebben niet uit ideologische, maar eerder uit praktische overwegingen de oversteek gemaakt. De eentonige fabrieksarbeid, het geringe comfort in de boeren- en arbeidersstaat en het gemis van familie en vrienden doen ze verlangen naar weleer. Zozeer dat ze bij terugkeer een straf voor lief nemen.


Deserteurs werken in de Perfecta-fabriek in Bautzen.

Louwman wordt op 20 maart opgepakt op het station van Bautzen. De directeur van villa Weigang, informant ‘Weinhold’, heeft geroken dat er iets broeit en de Stasi gewaarschuwd. Louwman blijkt niet de enige die ervandoor wil. Hij vertrekt in gezelschap van een Fransman, een Ier en een in Engeland opgeleide Nigeriaan. Die laatste, Aderogba Ajao, houdt als informant ‘Taylor’ ook nog eens zijn superieuren op de hoogte. Volgens ‘Taylor’ is Louwman ‘einen Agent des Westens, einer ihrer geschicktesten und gefährlichsten’. De Stasi heeft al eerder gemerkt dat westerse geheime diensten pseudodeserteurs inzetten. Ze moeten landgenoten bewegen terug te keren. Louwman verdwijnt achter de muren van een complex aan de Müggelsee, in het Berlijnse stadsdeel Köpenick. Daar wordt hij vijf maanden vastgehouden. Maar na een reeks ondervragingen constateert de dienst dat hij geen provocateur is. Op 11 augustus wordt hij bij de grens afgezet.

Latere liefde

Jan Stoops houdt het langer vol in de DDR. Maar ook hij keert terug naar Nederland, in 1975. Na twaalf jaar kan zijn desertie niet meer worden bestraft. Hij, echtgenote Helga en hun twee kinderen krijgen van het regime toestemming te vertrekken. In zijn Trabant rijdt het gezin naar Etten-Leur, naar een leven met meer welvaart.

Na twaalf jaar vlucht Jan Stoops met zijn gezin naar Nederland

De DDR lijkt hem graag kwijt te zijn. ‘Hij vertoont een neiging tot politiek-negatieve uitlatingen,’ zo leest Stoops na de val van de Muur in het dossier dat de Stasi over hem heeft aangelegd, 541 pagina’s dik. ‘Hij verheerlijkt de kapitalistische levenswijze.’

Stoops is als gezegd gevlucht vanwege de dreigende uitzending naar Nieuw-Guinea. Al zit het volgens De Telegraaf anders. Op 27 april 1962 schrijft de krant: ‘De liefde voor een Oost-Duitse schone heeft de dienstplichtige soldaat Jan Stoops buiten het bereik van de krijgstucht in de armen van het Oost-Duitse propaganda-apparaat gedreven.’ Maar hij heeft Helga pas na zijn vlucht ontmoet bij het Volkseigener Betrieb (VEB) Perfecta, een fabriek voor machineonderdelen.

In 2013 reist Stoops vanuit Etten-Leur wél voor de liefde naar het oosten van Duitsland. De Muur is dan allang gevallen, de DDR ter ziele. Echtgenote Helga is overleden. Datzelfde geldt voor een goede vriend, de Amerikaanse deserteur Bruce Filkins, die indertijd ook met een Duitse trouwde. Met haar, Hannelore, woont Stoops nu in Wilthen, een dorp nabij Bautzen.

Twan van den Brand is journalist.

Kader 1:  Amerikaanse deserteurs
Sommige Amerikaanse overlopers maken carrière in de DDR. Dat geldt bijvoorbeeld voor Victor Grossman, die eigenlijk Stephen Wechsler heet. Hij krijgt na zijn desertie in 1952 een nieuwe identiteit om lastiger traceerbaar te zijn voor de westerse diensten.

De voormalig Harvard-student wordt behalve cultureel leider van het Haus der Internationalen Solidarität informant voor de Stasi. In de loop der jaren krijgt hij morele bezwaren en verzaakt zo vaak dat de inlichtingendienst de samenwerking verbreekt, zo blijkt na de val van de Muur uit dossiers van de Stasi.

Grossman, die sinds lange jaren in oostelijk Berlijn woont, schreef verschillende boeken, waaronder Crossing the River. Dit jaar verscheen A Socialist Defector, from Harvard to Karl-Marx-Allee. Om dat boek te promoten trok hij enkele maanden door de VS. Daar is de deserteur sinds 1994 weer welkom. De oude baas, 91 inmiddels, weigert de DDR te verloochenen. Hij heeft kritiek, maar telt meer nog de zegeningen.

Net als Grossman is James W. Pulley als Amerikaans militair gestationeerd in de Bondsrepubliek. Hij deserteert in 1955 vanwege het racisme in het leger en komt ook in Bautzen terecht. Pulley heeft succes als gospel- en schlagerzanger. Hij treedt op in Duitsland tot zijn overlijden op 72-jarige leeftijd in 2008.

Kader 2: Villa Weigang gesloten
In juni 1962 besluit het centraal comité van de Oost-Duitse eenheidspartij SED dat villa Weigang het jaar daarop dicht moet. Het beschouwt de concentratie van deserteurs in Bautzen als mislukt. Ze gaan niet op in de lokale gemeenschap en blijven buitenstaanders in de DDR, áls ze al blijven.

Sinds de opening in mei 1953 zijn er 150 tot 200 deserteurs opgevangen in de villa. Velen keren uiteindelijk terug naar het land van herkomst.

In 1970, aldus Stasi-rapporten, verblijven er in het hele land nog zestig voormalige NAVO-soldaten, onder wie drie Nederlanders. Na de bouw van de Berlijnse Muur blijft de nieuwe aanwas beperkt.

Villa Weigang gaat in 1998 over in private handen en is tegenwoordig te boeken voor bruiloften en partijen.

Kader 3: ‘We moesten met DDR-burgers omgaan’
Jan Stoops behoort in 1962 met zes anderen tot de laatste bewoners van villa Weigang. Stoops vertelt vanuit zijn huidige woonplaats Wilthen: ‘Wij woonden in de villa tot de deuren in februari of maart 1963 dichtgingen. Er werd ontbijt en Abendbrot voor ons gemaakt. ’s Middags aten we in de fabriek warm. In het weekend kookte een Duitse vrouw voor ons. Zij woonde samen met haar man in de kelderverdieping van Weigang.

Twee keer in de week kregen we ’s avonds les: Duitse taal, geschiedenis en staatsinrichting van de DDR. We konden tv-kijken, er waren kranten, waaronder De Waarheid.
Ik werd al snel gewezen op het gebouw van de Freie Deutsche Jugend (FDJ), de communistische jeugdbeweging. Daar kwamen mijn leeftijdgenoten, er oefende een bandje. Op zaterdagavond waren er in veel plaatsen dansavonden met een live-orkest. Ik ben verschillende keren met het bandje mee naar optredens geweest. Eerst mocht ik alleen binnen de regio Bautzen reizen. Later waren er minder beperkingen.

Vanaf het begin werkte ik bij de VEB Perfecta, later in een andere fabriek. Toen villa Weigang sloot, kreeg ik als enige een kamer in Bautzen. Voor de anderen werd elders een plek gevonden. Het was niet de bedoeling dat we adressen uitwisselden, zo werd ons verteld. We moesten met DDR-burgers omgaan. Met sommige jongens heb ik niettemin contact gehouden.’

Als Stoops een kamer in de stad betrekt, komt hij bij een andere Nederlander in de straat te wonen: ene Piet Jansen, geboren als Harry Sonneville. Zijn nieuwe naam is hem bij aankomst in de DDR toebedeeld.

Sonneville is gedeserteerd in december 1952, toen hem vanwege een akkefietje in de Korea-oorlog een gang naar de krijgsraad wachtte. Hij is een overtuigd communist en werkt voor de Stasi. In mei 1970 overlijdt Sonneville op weg naar zijn werk in Bautzen aan een hartstilstand, 42 jaar jong.

Meer weten
A Socialist Defector. From Harvard to Karl-Marx-Allee (2019) door Victor Grossman.
Geteilte Geschichte. 25 deutsch-deutsche Orte und was aus ihnen wurde (2015) door Ingolf Kern en Stefan Locke.
Wo ist Lieutenant Adkins? Das Schicksal desertierter Nato-Soldaten in der DDR (2013) door Peter Köpf.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Dit artikel is gepubliceerd in Historisch Nieuwsblad 11 - 2019