Home ‘Auto’s roepen gevoelens van macht, lust en status op’

‘Auto’s roepen gevoelens van macht, lust en status op’

  • Gepubliceerd op: 30 mei 2023
  • Laatste update 01 jun 2023
  • Auteur:
    Alies Pegtel
  • 4 minuten leestijd
‘Auto’s roepen gevoelens van macht, lust en status op’

In elk nummer vraagt Alies Pegtel een historicus naar zijn of haar historische sensatie. Naar het moment waarop, zoals Johan Huizinga het formuleerde, heden en verleden lijken samen te vallen. Een gevoel dat vaak onverwacht wordt opgewekt door een document, voorwerp, geluid, geur, locatie of inzicht. Deze maand Peter Giesen. ‘Op vakantie zaten mijn zus en ik ingebouwd tussen de tassen, de meeste bagage lag op het imperiaal.’

Kent u de historische sensatie, zoals door Johan Huizinga omschreven?

‘Ik geloof dat ik een historische sensatie heb gehad toen ik tijdens het schrijven van Autopia terugdacht aan de beige Volkswagen kever van mijn ouders. De auto waarmee we voor het eerst op vakantie naar Italië gingen, de bergen zagen, de wijde wereld ontdekten. Ik was terug in de tijd, ik begreep: dit is wat de auto voor veel mensen heeft betekend, een enorme verbreding van de mentale horizon.’

Meer interviews lezen? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.

Ontvang historische artikelen, nieuws, boekrecensies en aanbiedingen wekelijks gratis in uw inbox.

Wanneer reden jullie in een kever naar Italië?

‘Eind jaren zestig. Mijn moeder groeide op in een dorp in Noord-Limburg en kwam als kind eigenlijk nooit in Venlo, 20 kilometer verderop. Eind jaren vijftig reed mijn vader voor zijn werk op een brommer. Vanuit deze kleine wereld reisden we opeens naar het buitenland. Mijn zus en ik zaten ingebouwd tussen de tassen, de meeste bagage lag op het imperiaal.’

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Een hele belevenis?

‘Eerst over de Duitse Autobahn, waar geen eind aan komt. Ergens in Oostenrijk zetten we onze bungalowtent op, een enorm ding. Mijn moeder had hachee in blik meegenomen, die warmden we op. Dit lijkt nu heel sober, maar mijn vader had een goede baan, hij kon zich een auto permitteren. Pas in de jaren zeventig bezaten de meeste Nederlanders er een. Zelf heb ik in de jaren tachtig in een Citroën BX gereden; als je hem startte kwam hij een beetje omhoog. Als ik eraan terugdenk, vind ik die techniek ook een historische sensatie.’

U schreef een requiem voor de auto, ‘de koning van de consumptiemaatschappij’.

‘De auto was de belangrijkste technologie van de twintigste eeuw. Een eigen huis en een eigen auto: rond de cocon van het eigen gezin ontstond een nieuwe levensstijl. Mensen gingen de natuur in, er ontstond bermtoerisme. Een auto bood vrijheid en flexibiliteit.’

En werd een statussymbool.

‘Er zijn mensen die de auto beschouwen als praktisch transportmiddel, maar bij velen roepen auto’s sterke gevoelens op van macht, lust en status. Zoals de Amerikaan Tom Wolfe, een van schrijvers die ik raadpleeg, zei: Chevrolet en Ford deden precies wat Lodewijk XIV in Versailles deed: hij goot de dromen van zijn tijd in een vaste vorm.

Het begon allemaal in de negentiende eeuw, waarin de mobiliteit enorm toenam. Eerst kwam de stoomboot, toen de stoomtrein en vervolgens de fiets. En dan komt er een machine waarmee je dezelfde afstanden kunt afleggen als met de trein, alleen ben je niet gebonden aan een spoorboekje en hoef je geen andere mensen in je treincoupé toe te laten. Het succes van de auto is heel goed voorstelbaar. Carl Benz ontwikkelde in 1885 de eerste auto, Henry Ford was de eerste die er een massaproduct van maakte. Vanaf 1913 rolden zijn T-Fords van de lopende band.’

De eerste auto’s waren verre van snel, schrijft u.

‘Ja, maar ook als je 60 km/u reed, was het fysiek hard werken op de onverharde wegen. Autorijden was gevaarlijk. In 1910 schreef de Italiaanse schrijver Gabriele d’Annunzio dat deze flirt met de dood bij hem en zijn minnares erotische gevoelens opwekte. In de ontluikende autocultuur speelden gevoelens van opwinding en vrijheid van meet af aan een cruciale rol.’

Een eeuw later zitten forenzen meestal opgesloten in files.

‘Naar files is veel onderzoek gedaan, maar de meeste automobilisten vinden het niet erg. Ze benutten de file als moment om even tot zichzelf komen. Vanaf de jaren zestig hebben auto’s veel tegenwind gekregen vanuit allerlei hoeken; ze zijn vervuilend, verstoppen de steden, zijn een symbool van materialisme. Provo sprak van “asfaltterreur”. Maar wat me wel heeft verbaasd, is dat al deze kritiek eigenlijk ontzettend weinig invloed heeft gehad.’

Foto van Pieter Giesen.

Pieter Giesen

(1959) is historicus en Volkskrant-redacteur en commentator. Hij studeerde geschiedenis aan de Universiteit Utrecht. Van zijn hand verschenen Land van lafaards? (2007) en Wat iedereen moet weten van de menswetenschappen (2011). Voor de Volkskrant was hij correspondent in Parijs. Na terugkeer schreef hij Retour de France (2018). Onlangs verscheen Autopia. Hoe de auto onze wereld veranderde.

Dit artikel is gepubliceerd in Historisch Nieuwsblad 6 - 2023