Home Middeleeuwse edelen waren net maffiabazen

Middeleeuwse edelen waren net maffiabazen

  • Gepubliceerd op: 28 april 2025
  • Laatste update 28 apr 2025
  • Auteur:
    Geertje Dekkers
  • 1 minuut leestijd
Soldaat bedreigt een non die haar klooster probeert te redden

Het feodale stelsel wordt vaak omgeschreven als een eerlijke transactie: een heer bood bescherming aan zijn ondergeschikten in ruil voor hun arbeid en producten. Maar zo was het niet altijd. 

Dit artikel krijgt u van ons cadeau

Wilt u ook toegang tot HN Actueel? Hiermee leest u dagelijks geschiedenisverhalen met een actuele aanleiding op onze website en ontvangt u exclusieve nieuwsbrieven. U kunt de eerste maand onbeperkt lezen voor € 1,99. Sluit hier een abonnement af en u heeft direct toegang.

In 1402 plunderden circa honderd mannen van de markgraaf van Meißen de omgeving van de stad Hof, in de huidige deelstaat Beieren. Ze staken dorpen in brand, doodden acht bewoners en stalen 230 paarden, 537 koeien, 313 varkens, 392 schapen en 9 geiten. Daarnaast dwongen ze boeren voor hen te werken en namen ze zes van hen gevangen, om vervolgens losgeld te eisen. 

Meer historisch nieuws lezen? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.

Ontvang historische artikelen, nieuws, boekrecensies en aanbiedingen wekelijks gratis in uw inbox.

De plundering was onderdeel van een vete tussen vazallen van de markgraaf en die van de burggraaf van Neurenberg. Dat was een veelvoorkomende gang van zaken in het laatmiddeleeuwse Duitse Rijk, zo betoogt Tristan W. Sharp in het tijdschrift Past & Present. Hij vergelijkt adellijke heren uit die periode met rivaliserende maffiabazen die boeren en burgers zodanig lastigvallen, dat ze bescherming moeten zoeken bij een andere maffialeider.  

De relatie tussen heren en ondergeschikten in deze periode is vaak veel positiever beschreven: heren zouden betrouwbare beschermers zijn. Maar ‘schaderegisters’ uit de veertiende eeuw laten zien dat plunderingen in het kader van vetes veel voorkwamen. En Sharp stelt dat heren zulke conflicten bewust aan de gang hielden, om ervan te profiteren. Daarom haalt hij instemmend de vijftiende-eeuwse dichter Michael Beheim aan, die de adel vergeleek met agressieve adelaars die weerloze kuikens en kippen verslonden: heren roofden het voedsel, maakten van boeren bedelaars en van echtgenotes weduwen. 

Dit artikel is gepubliceerd in Historisch Nieuwsblad 5 - 2025