Home Dossiers Nederlands-Indië ‘Ik voelde een connectie met mijn voorouders’

‘Ik voelde een connectie met mijn voorouders’

  • Gepubliceerd op: 5 juli 2022
  • Laatste update 08 nov 2022
  • Auteur:
    Alies Pegtel
  • 4 minuten leestijd
‘Ik voelde een connectie met mijn voorouders’
Cover van
Dossier Nederlands-Indië Bekijk dossier

In elk nummer vraagt Alies Pegtel een historicus naar zijn of haar historische sensatie. Naar het moment waarop, zoals Johan Huizinga het formuleerde, heden en verleden lijken samen te vallen. Een gevoel dat vaak onverwacht wordt opgewekt door een document, voorwerp, geluid, geur, locatie of inzicht. Deze maand historicus Suze Zijlstra. ‘Ik besefte dat in die kerk de kinderen van mijn voorvaderen waren gedoopt of getrouwd.’

Kent u de historische sensatie, zoals door Johan Huizinga omschreven?

Jazeker, ik heb een heel sterke sensatie ervaren in Makassar, de hoofdstad van Sulawesi. Ik ging daar kijken in een fort waarvan ik wist dat mijn voorvaderen, die voor de VOC werkten, er geweest moesten zijn. Op een plein midden in het fort staat een kerk. En ineens trof het me: het besef dat kinderen van die voorvaderen daar waren gedoopt of getrouwd. Het was warm en klam, en plots voelde ik een sterke connectie met mijn voorouders.’

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Begrijp het heden, begin bij het verleden: met HN Actueel leest u historische achtergronden bij het nieuws van vandaag. Nu de eerste maand voor maar 1,99.

Hoe was dat?

‘Ik vond het een uitzonderlijk moment. Ik was nog in de researchfase van mijn boek De voormoeders, waarvoor ik op zoek was naar sporen van Aziatische vrouwen en hun Europees-Aziatische dochters. Ik had geen idee of er nog iets van hen te vinden zou zijn; ik was ook nog nooit eerder in Indonesië geweest.’

Waarom niet?

‘Ik had het altijd een beetje voor me uitgeschoven. Vooral mijn oma heeft me veel verteld over Indonesië. Maar juist om die verhalen en de emoties die eraan vastzitten, waagde ik de stap steeds niet. Maar toen kwam het onderzoek voor mijn boek op mijn pad. En dacht ik: nu kan ik er niet over schrijven zonder dat ik er in elk geval even ben geweest. Aanvankelijk zou het boek vooral over mijn oma gaan. Met mijn man ben ik haar gangen nagegaan – eerst naar Java, waar mijn moeder is geboren, en daarna naar Sulawesi.’

Hoe was dat?

‘Ik merkte inderdaad dat het daar aan het eind van de dag van licht in één klap donker wordt, zoals mijn oma me vertelde. Hoe groot de afstanden zijn, dat het vochtig is, hoe het ruikt – het is belangrijk dat je dat allemaal zelf ervaart als je over een land schrijft.’

‘Er is veel tastbaars van de VOC-overheersers overgebleven’

Droeg de reis bij aan uw onderzoek?

‘Die voegde een extra dimensie toe. Het viel me op dat het Fort Rotterdam in Makassar opmerkelijk goed bewaard is gebleven. Met een achttiende-eeuwse kaart in de hand slaagde ik erin om veel te traceren. Ik kon bijvoorbeeld nagaan waar de gouverneur zijn kantoor had en waar het huis met tuin van de opperkoopman was. Ik wist dat die VOC-koopman een verre voorvader van me is en dat de Aziatische vrouw met wie hij kinderen kreeg ongetwijfeld ook in het fort is geweest. Het zou goed kunnen dat zij tot slaaf was gemaakt. Hun zoons gingen daarna ook weer voor de VOC werken en de dochters trouwden met mannen die voor de Compagnie werkten.’

Het VOC-fort herbergde een wereld op zichzelf?

‘Er is inderdaad veel tastbaars van de overheersers overgebleven. Achter de kantoren waren de tuinen, waarin de verblijven stonden die waarschijnlijk zijn gebruikt als keuken en als slaapplaats voor de tot slaaf gemaakte bedienden. Je kunt door dat grote gebouw heen lopen en dan naar de geschiedenis erachter kijken. Het herinnert heel erg aan de Nederlanders. Het fort behoorde overigens tot de oorspronkelijke vestingwerken van Makassar; het stamt uit de tijd voor de VOC.’

Heeft uw reis u dichter bij uw Indonesische historie gebracht?

‘Ik heb in elk geval gemerkt dat dit het land is waar ik in pas. Naar Nederlandse maatstaven ben ik vrij klein, maar daar is mijn lengte gebruikelijk. In de bus kon ik me bijvoorbeeld gewoon aan een lus staande houden zonder dat ik daarvoor moeite hoefde te doen. Ook al voelde ik me geestelijk nog niet helemaal thuis, lichamelijk was ik dat wel.’

Alies Pegtel is historicus en journalist.

Suze Zijlstra

(1986) is gespecialiseerd in Nederlandse maritieme en koloniale geschiedenis. In 2015 promoveerde ze op een onderzoek naar de zeventiende-eeuwse geschiedenis van Suriname. Zijlstra is medeoprichter van het publiekshistorische blog Over de muur.org. In De voormoeders. Een verborgen Nederlands-Indische familiegeschiedenis (2021) volgt ze het spoor van de Aziatische en Euraziatische vrouwen in haar familie.

Dit artikel is gepubliceerd in Historisch Nieuwsblad 7/8 - 2022