Home Dossiers Nederlandse politiek Gehannes met eigen risico in de zorg 

Gehannes met eigen risico in de zorg 

  • Gepubliceerd op: 16 mei 2024
  • Laatste update 17 mei 2024
  • Auteur:
    Geertje Dekkers
  • 4 minuten leestijd
Uitkeringsgerechtigden protesteren tegen de eigen bijdrage van f 2,50. Amsterdam, 1983.
Cover van
Dossier Nederlandse politiek Bekijk dossier

De coalitiepartijen willen het eigen risico bij ziektekosten flink verlagen. Al ruim een eeuw geleden probeerden verzekeraars kosten beheersbaar te houden door patiënten een eigen bijdrage te laten betalen, vertelt historicus Robert Vonk (Universiteit Utrecht). En sinds de zorgkosten ruim een halve eeuw geleden zorgwekkend hard begonnen te stijgen, heeft het onderwerp op de politieke agenda gestaan. Maar experimenten als de ‘medicijnknaak’ en het ‘specialistengeeltje’ hielden maar een paar jaar stand.  

Sinds 2008 kent Nederland een verplicht eigen risico in de ziektekostenverzekering. Is dat een nieuw fenomeen? 

‘Nee, het eigen risico bestond al vroeg in de twintigste eeuw, maar alleen voor particulier verzekerden. Er ontstond toen een systeem met lokale ziekenfondsen, voor werkenden met een beperkt inkomen. Zij kregen voor een laag bedrag toegang tot medische zorg. Wie meer verdiende, kon een particuliere verzekering afsluiten. En daarbij was het heel gebruikelijk dat patiënten 10 à 20 procent van een behandeling zelf betaalden. Dat was bedoeld om de kosten voor de verzekeraar niet te hoog te laten oplopen. In die tijd gingen nogal wat verzekeraars failliet, dus die maatregel was begrijpelijk.’ 

Meer historische context bij het nieuws? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.

Ontvang historische artikelen, nieuws, boekrecensies en aanbiedingen wekelijks gratis in uw inbox.

Elders in Europa bestonden toen al landelijk systemen met wettelijk geregelde ziektekostenverzekeringen, maar in Nederland niet. Hoezo? 

‘Dat had onder andere te maken met het verdeelde politieke landschap. Conservatief-liberalen waren tegen verplichte verzekeringen en christelijke politici wilden niet dat de overheid zich met dat soort zaken bemoeide. Vanaf 1904 deden kabinetten wel pogingen om een landelijk systeem in te voeren, maar dat liep steeds stuk. Pas in 1941 kwam het er, door toedoen van de bezetter. Na de bevrijding bleef het gehandhaafd omdat er toen wel overeenstemming over bestond dat een landelijk systeem goed was. Ambtenaren van het ministerie vertelden toen het sprookje dat het om een Nederlandse maatregel ging, die met heel weinig Duitse bemoeienis was ingevoerd. Dat maakte het acceptabel.’ 

Protest tegen de eigen bijdrage, 1983.
Protest tegen de eigen bijdrage, 1983.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Waren er geen zorgen over de betaalbaarheid van het systeem? 

‘Nee, want in de naoorlogse jaren werd nog niet voorzien dat de geneeskunde zo’n hoge vlucht zou nemen. Die zorgen ontstonden pas eind jaren zestig, toen duidelijk werd dat de zorg wel heel hard groeide. Toen kwamen er pogingen om greep te krijgen op de expansie van de zorg. Ziekenhuizen, waar het meeste geld heen ging, moesten voortaan een vergunning aanvragen als ze wilden uitbreiden. In de jaren zeventig drong ook het besef door dat ouderen verzekeraars meer kostten dan ze opleverden, en van die ouderen kwamen er steeds meer. Daarom werd er ook gepraat over andere manieren om de kosten te drukken, bijvoorbeeld met een eigen risico voor de ziekenfondsverzekering. Maar dat vond men niet passen bij een sociale verzekering.’ 

Ouderen kostten verzekeraars meer dan ze opleverden

Hield die manier van denken stand? 

‘In de jaren tachtig kwamen er wel vormen van eigen risico voor ziekenfondsverzekerden. Vanaf 1983 was er de medicijnknaak: voor elk recept moest je 2,50 gulden betalen. En in 1988 kregen ziekenfondspatiënten te maken met het specialistengeeltje, een eigen bijdrage van 25 gulden bij een eerste bezoek aan een specialist. Maar die maatregelen zijn in 1990  afgeschaft om de zorg voor iedereen toegankelijk te houden. Toch kwam er in 1997 voor bijna iedereen een eigen risico van 20 procent voor geneesmiddelen en ziekenhuiszorg tot maximaal 200 gulden per jaar. Dat werd in 1999 afgeschaft, maar in 2006 werd weer iets soortgelijks ingevoerd, in de vorm van een ingewikkelde no claim-korting. Die is in 2008 vervangen door het huidige verplichte eigen risico voor iedereen.’ 

Robert Vonk

 (1983) doet aan de Universiteit Utrecht als hoogleraar onderzoek naar de geschiedenis van de sociale zekerheid en is senior adviseur voor de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving. In 2013 promoveerde hij aan de Vrije Universiteit in Amsterdam op het proefschrift Recht of schade. Een geschiedenis van particuliere ziektekostenverzekeraars en hun positie in het Nederlandse zorgverzekeringsbestel 1900-2006 

Openingsafbeelding: Uitkeringsgerechtigden protesteren tegen de eigen bijdrage van f 2,50. Amsterdam, 1983.