Home Dossiers Adolf Hitler Bijna alle Bulgaarse Joden overleefden de Jodenvervolging in de Tweede Wereldoorlog

Bijna alle Bulgaarse Joden overleefden de Jodenvervolging in de Tweede Wereldoorlog

  • Gepubliceerd op: 22 mei 2018
  • Laatste update 05 apr 2023
  • Auteur:
    Gillis Kersting
  • 8 minuten leestijd
Veel Bulgaren overleven de Jodenvervolging in de Tweede Wereldoorlog.
Hitler en de Tweede Wereldoorlog
Dossier Adolf Hitler Bekijk dossier

Bulgarije heulde met nazi-Duitsland en had een fascistische regering. Toch overleefden bijna alle Joden er de Jodenvervolging in de Tweede Wereldoorlog. Hoe kon dat?

Toen op 1 september 1939 de Tweede Wereldoorlog uitbrak, wilde Bulgarije eigenlijk neutraal blijven. Maar dat kon niet, want Duitsland had grote politieke en economische invloed op het land. De buurlanden van Bulgarije stonden al onder een nazibewind en meer dan 65 procent van de Bulgaarse export ging naar het Derde Rijk. Het Bulgaarse staatshoofd Boris III – zelf van Duitse origine – vreesde dat de Duitsers het land zouden binnenvallen als het vasthield aan zijn neutraliteit. Daarom tekende hij op 7 september 1940 een vriendschapsakkoord met Duitsland.

Meer lezen over de Tweede Wereldoorlog? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.

Ontvang historische artikelen, nieuws, boekrecensies en aanbiedingen wekelijks gratis in uw inbox.

Om de nazibondgenoot te behagen, voerde Boris III tussen november 1940 en januari 1941 anti-Joodse wetgeving in. De 50.000 Bulgaarse Joden – 1 procent van de bevolking – verloren hun banen en huizen. Ze moesten extra belasting betalen, gemengde huwelijken werden verboden, en toegang tot bepaalde straten en gelegenheden werd hun ontzegd. Ook mochten Joden geen radio’s, telefoons, fietsen en auto’s bezitten. Ze moesten verplicht een davidster dragen. 

50.000 Bulgaarse Joden verliezen al hun bezit

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Maar de anti-Joodse maatregelen werden volgens de Duitse ambassadeur met de ‘gebruikelijke Balkan-zwakheid’ nageleefd. De fabrieken die de productie van davidsterren ter hand namen, hadden in oktober 1941 nog geen 20 procent van het vereiste aantal geleverd. De meeste Joden lieten de gele ster achterwege, maar sommigen droegen hem met trots, demonstratief naast een afbeelding van de koning. De Duitse ambassadeur noteerde dat de lakse houding van de Joden mogelijk was ‘door de inactiviteit van de politie en de onverschilligheid van de Bulgaarse bevolking’. 

Tolerante samenleving

De Bulgaren stonden van oudsher op goede voet met hun Joodse medeburgers. Die woonden in het land sinds hun voorouders in de vijftiende eeuw de vervolgingen in het streng katholieke Spanje verruilden voor de relatieve tolerantie van het Osmaanse Rijk, waarvan Bulgarije toen deel uitmaakte. Na de Bulgaarse bevrijding in 1879 vertrouwde de Joodse gemeenschap erop dat de nieuwe machthebbers hun goed gezind zouden zijn. Er leefden wel meer minderheden probleemloos in het land, zelfs traditionele tegenstanders als Turken en Grieken. Alleen onder sommige boeren bestonden middeleeuwse vijandbeelden die leidden tot incidentele pogroms.

Toonbeeld van integratie: na de Eerste Wereldoorlog wordt in Sofia een ziekhuis opgericht ter ere van de Joodse gevallenen in de strijd.
Toonbeeld van integratie: na de Eerste Wereldoorlog wordt in Sofia een ziekhuis opgericht ter ere van de Joodse gevallenen in de strijd.

Begin twintigste eeuw trokken veel Joden naar de steden. In de jaren 1940 woonde bijna de helft van de Bulgaarse Joden in Sofia, waar zij 10 procent van de bevolking uitmaakten. De Joden leefden veelal aan de onderkant van de samenleving en vormden geen bedreiging voor de Bulgaarse middenstanders of de elite. Sterker nog: nationalisten en intellectuelen verheerlijkten de relatieve vriendelijkheid tegenover de Joden als een fundamentele eigenschap van de tolerante Bulgaarse samenleving.

In maart 1943 leek de Joden binnen Bulgarije eenzelfde lot te wachten. In een vlotte en geheime operatie moesten zij worden verzameld en per trein worden afgevoerd. Maar invloedrijke leden van de Joodse gemeenschap werden op tijd gewaarschuwd door de secretaresse van het Commissariaat van Joodse Kwesties. Ook ontdekten ze dat Bulgaarse overheidsfunctionarissen valse paspoorten probeerden te regelen voor hun Joodse vrienden. Joden en vooraanstaande burgers trokken aan de bel bij politici. Dimitar Peshev, plaatsvervangend voorzitter van het parlement, bood een luisterend oor. Hij zette het kabinet zo onder druk dat de deportaties werden afgeblazen. 

Publieke verontwaardiging

Later die maand maakte Peshev met een petitie bezwaar tegen de anti-Joodse wetgeving en tegen de deportaties. Hij kreeg steun van 43 parlementsleden, onder wie ultranationalisten en rechts-extremisten. De motie haalde geen meerderheid en Peshev kon vertrekken, maar de publieke verontwaardiging die zijn protestactie teweegbracht, leidde er toch toe dat het kabinet de deportaties uitstelde.

Dit artikel is gepubliceerd in Historisch Nieuwsblad 5 - 2018