Home Dossiers Slavernij ‘Slavernijonderzoek levert vooral detailkennis op’

‘Slavernijonderzoek levert vooral detailkennis op’

  • Gepubliceerd op: 24 augustus 2022
  • Laatste update 08 feb 2023
  • Auteur:
    Mirjam Janssen
  • 2 minuten leestijd
Het aandeel van Nederland in slavenhandel was groot
Tula monument op Curaçao.
Dossier Slavernij Bekijk dossier

Na een onderzoek naar hun slavernijverleden hebben Amsterdam, Rotterdam, Utrecht, Noord-Holland, ABN Amro en De Nederlandsche Bank inmiddels hun excuses aangeboden. Op verzoek van het parlement laat de regering nu het Nederlandse slavernijverleden onderzoeken. Daarna volgen waarschijnlijk ook excuses. Maar wat weten we eigenlijk nog niet?

Wetenschappers van het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde (KITLV), het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG), de Universiteit van Curaçao (UoC), en het Nationaal instituut Nederlands slavernijverleden en erfenis (NiNsee) werken aan een onderzoeksvoorstel. Wat kunnen zij nog ontdekken?

Meer lezen over de slavernij? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.

Ontvang historische artikelen, nieuws, boekrecensies en aanbiedingen wekelijks gratis in uw inbox.

‘De grote lijnen van ons slavernijverleden zijn wel bekend,’ meent Henk den Heijer, emeritus hoogleraar zeegeschiedenis en auteur van Nederlands slavernijverleden. ‘Er wordt al zeventig jaar onderzoek naar gedaan. Nieuw onderzoek levert vooral detailkennis op.’ Wat hem betreft valt er nog wel meer te achterhalen over het leven van slaven op de plantages. ‘Het grote publiek ziet slavernij altijd als een eenheid, als een trans-Atlantisch verschijnsel. Het zou goed zijn ook te kijken naar andere koloniën – naar slavernij in Nieuw-Nederland, West-Afrika en Indië. En naar andere vormen van slavernij dan die op de plantages, bijvoorbeeld in de huishouding of onder ambachtslieden. En ook naar de opvattingen van Europeanen over slavernij en gedwongen arbeid. We zouden het meer in de context kunnen zien.’

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Er zitten nog allerlei hiaten in onze kennis, vindt Alex van Stipriaan Luïscius, emeritus hoogleraar Caribische geschiedenis en auteur van Rotterdam in slavernij. ‘Het vele onderzoek tot nu toe is onevenwichtig: veel Suriname, nauwelijks Antillen; veel economie, weinig sociale en culturele aspecten. Het is te veel vanuit Nederlands perspectief verricht. Maar wat betekende het voor de mensen in slavernij? Wat doet slavernij met de mentale kant? Dat soort onderzoek staat in de kinderschoenen. Ook moet de verknoping van de Nederlandse met de mondiale slavenhandel nog in kaart worden gebracht. Het is niet zo dat we eigenlijk alles al weten. We zijn toch ook nooit klaar met onderzoek naar de Tweede Wereldoorlog?’

Dit artikel is gepubliceerd in Historisch Nieuwsblad 9 - 2022