Als Philippe Pétain op zijn 83ste afscheid had genomen van de politiek, was hij als held de geschiedenis in gegaan. In plaats daarvan werd hij in 1940 premier van het Vichy-regime, dat tijdens de Tweede Wereldoorlog met de Duitsers heulde.
Philippe Pétain vestigde zijn reputatie pas op het moment dat zijn militaire carrière er al op leek te zitten. De 1856 geboren Pétain was in de maanden voorafgaand aan de Eerste Wereldoorlog vooral bezig met de aankoop van een boerderij in zijn geboortestreek in Pas-de-Calais, waar hij zich in alle rust kon terugtrekken.
Meer lezen over de Tweede Wereldoorlog? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.
Verder dan de rang van kolonel was hij na 38 dienstjaren niet gekomen. Zijn biografen schrijven dit vooral toe aan zijn koppige karakter en zijn eigenzinnige ideeën over militaire strategie. Volgens Pétain vroeg de moderne oorlogvoering om een meer defensieve, op artillerie gerichte strategie. Met deze opvatting stond hij tamelijk alleen, want de dominante doctrine in Frankrijk was die van de offensive à l’outrance, de hartstochtelijke infanterieaanval met de bajonet op het geweer. Toen de oorlog eenmaal was uitgebroken, bleek deze manier van vechten, zoals Pétain had voorspeld, niet opgewassen tegen het Duitse artilleriegeweld.
Dit artikel is exclusief voor abonnees
Als een verlate erkenning van zijn inzichten werd Pétain benoemd tot brigadegeneraal en commandant van een legerkorps. Hij greep de gelegenheid aan om te bewijzen dat hij niet alleen op papier, maar ook in het vuur van de strijd over een goed strategisch inzicht beschikte. Daarnaast was hij, anders dan de meeste Franse commandanten, populair onder de manschappen, omdat hij voorzichtiger met soldatenlevens omsprong en bovendien zelf zichtbaar aanwezig was tijdens de strijd.
Verdun
Toen het Duitse leger op 21 februari 1916 een niet-verwacht offensief bij Verdun begon, werd Pétain in allerijl opgeroepen om te redden wat er te redden viel. Uitgaande van een defensieve strategie besloot Pétain om een nieuwe verdedigingslijn met een zeer efficiënte bevoorradingsroute te organiseren (later omgedoopt in de Voie Sacrée).
Daarnaast voerde hij een strak rotatieschema in, zodat de soldaten voldoende rust kregen en de verliezen per divisie beperkt bleven. In de tien maanden dat de Slag om Verdun duurde, werden vrijwel alle Franse divisies wel een keer ingezet. Verdun kreeg daardoor een mythische status. Dat gold natuurlijk ook voor de man aan wie de uiteindelijke overwinning wordt toegeschreven: Philippe Pétain.
Pétain regeert met harde hand
Als dank voor bewezen diensten werd Pétain aanvankelijk weggepromoveerd door de jaloerse opperbevelhebber Joseph Joffre, een verklaard aanhanger van de offensive à l’outrance. Toen in mei 1917 een grootschalige muiterij dreigde in het Franse leger, werd wederom een beroep gedaan op Pétain om de orde te herstellen. Als opperbevelhebber slaagde hij erin om de Franse manschappen in het gareel te krijgen.
Met harde hand bestrafte hij muiters en deserteurs, maar tegelijk beloofde hij de soldaten af te zien van kamikazeaanvallen, de levensomstandigheden te verbeteren en meer rustdagen in te lassen. Binnen de Franse militaire elite bleef de gewezen kolonel met zijn defensieve strategie een omstreden figuur. De allerhoogste positie, die van bevelhebber van alle geallieerde strijdkrachten, ging dan ook aan Pétain voorbij en werd toebedeeld aan generaal Ferdinand Foch. Deze mocht op 11 november 1918 in zijn treinwagon in Compiègne de wapenstilstand sluiten. Wel mocht Pétain zich vanaf dat moment maarschalk noemen.
Ruim twintig jaar later maakte de 83-jarige Pétain zich op voor een prachtig afscheid van een rijk leven. In maart 1939 was hij benoemd tot ambassadeur in Spanje, waar zijn goede vriend Francisco Franco na een drie jaar durende burgeroorlog de macht definitief in handen had. Wat was mooier dan te sterven als hoogbejaarde oorlogsheld in de Spaanse zon? In de voorgaande twintig jaar had hij het leven geleid van een levende legende. Hij had een succesvolle Franse expeditie in Marokko geleid, was kortstondig minister van Defensie en had bijna net zoveel erebanen als maîtresses verzameld.
Grote fout van Pétain
Maar de dood liet nog even op zich wachten. Sterven deed hij uiteindelijk pas in 1951 in een gevangenis op een eilandje voor de Atlantische kust. De held van Verdun was de schurk van Vichy geworden. Zijn eerste grote fout was dat hij in mei 1940 besloot om gehoor te geven aan het verzoek van de Franse minister-president Paul Reynaud om hem als vicepremier zonder portefeuille bij te staan.
Kort daarvoor waren Duitse troepen Frankrijk weer eens binnengevallen, wederom was de paniek groot, en weer betrad Pétain als redder des vaderlands het toneel. Maar ditmaal viel er ook voor Pétain weinig meer te redden. Anders dan de latere president Charles de Gaulle zag Pétain weinig in het voortzetten van de strijd vanuit de koloniën: een enigszins acceptabele wapenstilstand leek hem het hoogst haalbare.
Ware dictator
Fout nummer twee was dat Pétain zichzelf blijkbaar beschouwde als de aangewezen persoon om de Fransen bij de hand te nemen. Hij werd benoemd tot premier, en op 17 juni 1940 riep hij de Fransen op om de strijd te staken en zich te richten op de opbouw van een nieuw Frankrijk onder zijn leiding. Met de Duitsers kwam hij overeen dat een deel van het land en het koloniale rijk onder zijn gezag zouden vallen. Als zetel van het nieuwe bewind werd gekozen voor het kuuroord Vichy, omdat daar voldoende hotels waren om alle ministeries en ambtenaren snel op te vangen.
Pétain wist vrijwel alle macht naar zich toe te trekken, en als een ware dictator vestigde hij zich in het deftige Hôtel du Parc. Elke zondag verscheen hij er op het balkon om zich te laten toejuichen door honderden aanhangers. Voor veel Fransen was Pétain nog steeds Frankrijks enige hoop in bange dagen. De officieuze hymne van Vichy was een loflied op de persoon Pétain, le sauveur de la France (‘de redder van Frankrijk’).
Bij de inrichting van de nieuwe Franse staat liet Pétain zich inspireren door ideeën van de Action Française, waarvan veel aanhangers hoge functies in Vichy hadden, maar ook door het Spanje van Francisco Franco, dat hij door zijn ambassadeurschap goed kende. Het volledig uitbannen van de zo schadelijk gebleken linkse waanideeën en het herstel van oude katholieke en nationale waarden zouden Frankrijk net als Spanje doen herleven, zo geloofde Pétain.
Liberté, Egalité en Fraternité moesten plaatsmaken voor de nieuwe drie-eenheid Travail, Famille en Patrie. Hoewel Pétain niet bekendstond als antisemiet gaf hij bovendien zijn zegen aan een Jodenstatuut uit oktober 1940, waarin onder meer werd bepaald dat Joden geen publieke ambten mochten bekleden. Van grote druk van de kant van de Duitsers was op dat moment nog geen sprake.
Laatste kans vergooid
Die druk zou echter steeds meer toenemen. Steeds duidelijker bleek dat Vichy-Frankrijk een door de Duitsers gedoogd regime was zonder veel eigen speelruimte. Na de landing van Britse en Amerikaanse troepen in het door Vichy gecontroleerde Frans-Marokko en Frans-Algerije in 1942 kwam Pétain meer dan ooit voor de keuze te staan achter welke kant hij zich moest scharen. Hoewel Duitse en Italiaanse troepen Vichy-Frankrijk inmiddels waren binnengemarcheerd, besloot hij toch op zijn plek te blijven.
Het was zijn derde grote fout, want daarmee vergooide hij zijn laatste kans op een nog enigszins eervolle aftocht. Nu werd hij de marionet van Vichy, een permanent door de Duitse bezetters gecontroleerde grijsaard die sterk hing aan zijn eretitels en lijfwacht. Op 20 augustus 1944 maakten de Duitsers aan alle illusies een einde en namen Pétain mee uit Vichy naar Sigmaringen in Duitsland; vijf dagen later paradeerde Charles de Gaulle met zijn Vrije Fransen over de Champs-Élysées.
Een jaar later hoorde Pétain de doodstraf tegen zich eisen in een drukbezocht proces in Parijs. Na tussenkomst van De Gaulle werd de straf omgezet in levenslang, door te brengen in de gevangenis op het eilandje Île d’Yeu voor de Franse Atlantische kust. Als oudste gevangene van Frankrijk overleed Pétain daar op 23 juli 1951 op 95-jarige leeftijd. Zijn verzoek om te worden begraven bij Verdun werd niet gehonoreerd.
Omstreden optreden van Pétain in Marokko
Vlak na de Eerste Wereldoorlog was Pétains rol als commandant in de Rif-oorlog in Marokko omstreden. Deze oorlog begon in 1920 als een opstand van de Riffijnen in Noord-Marokko tegen de Spaanse machthebbers. In 1924 dreigde de opstand over te slaan naar Frans-Marokko: in mei 1924 vielen Riffijnse milities enkele Franse forten aan, waarbij meer dan duizend Franse soldaten de dood vonden.
De Fransen traden samen met de Spanjaarden op en stuurden een 160.000 soldaten tellend leger met Pétain als opperbevelhebber. Pétain startte in de herfst van 1925 een tegenoffensief, waarbij de nadruk op de artillerie lag. Nog voor de jaarwisseling keerde hij terug naar Frankrijk, waar hij aankondigde dat de Riffijnse opstand vrijwel overal was neergeslagen. Dat bleek echter pas in mei 1926 definitief het geval.
Tot zijn afgrijzen merkte hij dat het optreden van de Franse legers behalve veel lof ook veel kritiek had geoogst bij linkse politici in Frankrijk. Het versterkte zijn wantrouwen tegenover de democratie en de linkse politiek in het bijzonder. Tegelijk was hij door de Riffijnse Oorlog onder de indruk geraakt van de Spaanse dictator Miguel Primo de Rivera en van een jonge bevelhebber in het Spaanse leger, genaamd Francisco Franco. Met Franco zou Pétain later een warme vriendschap opbouwen toen hij ambassadeur was in Spanje.
Leermeester van De Gaulle
Pétain was zowel leermeester als beschermheer van Charles de Gaulle, de latere Franse president. Net afgestudeerd aan de militaire academie in Saint-Cyr nam De Gaulle in 1912 dienst in het 33ste Regiment Infanterie onder leiding van kolonel Pétain. De Gaulle bewonderde Pétains vasthoudendheid en deelde diens voorkeur voor een defensieve strategie.
De bewondering zou tijdens de Eerste Wereldoorlog alleen maar toenemen, en De Gaulle noemde zijn eerste zoon dan ook Philippe. In het Interbellum wendde Pétain verschillende malen zijn invloed aan om De Gaulles carrière te bevorderen. In 1925 nam hij De Gaulle op in zijn persoonlijke staf en in 1932 werd De Gaulle op voorspraak van Pétain benoemd tot secretaris-generaal van de Conseil de la Défense Nationale.
Toen het Duitse leger Frankrijk onder de voet liep, benoemde Pétain De Gaulle op 6 juni 1940 tot staatssecretaris van Defensie. Op 17 juni legde De Gaulle zijn functie neer toen Pétain besloot om de strijd tegen de Duitsers te staken. De Gaulle vloog naar Londen en riep de Fransen op de strijd voort te zetten. Dat bleek de juiste keuze te zijn. In augustus 1944 keerde De Gaulle als held terug in Parijs, waar hij direct een nieuwe regering vormde.
Hij liet Pétains doodstraf omzetten in levenslang. De Gaulle was ervan overtuigd dat zijn oude leermeester en beschermheer seniel was en als uithangbord misbruikt was door landverraders. Daarvoor zijn echter weinig concrete aanwijzingen: Pétain bleef tot het einde toe goed op de hoogte. Met het lot van de stokoude Pétain voor ogen besloot De Gaulle zelf op 79-jarige leeftijd af te treden.
Meer weten:
- Pétain (1987) van Marc Ferro is nog steeds een gezaghebbende biografie.
- Marshall Pétain (1970) is een herhaaldelijk herdrukte biografie van Richard Griffiths.
- Pétain. Verdun to Vichy (2008) van Robert B. Bruce geeft een beknopt en helder overzicht.