In de jaren 1848-1849 was Europa in de ban van vele revoluties. Van Palermo tot Parijs, van Wenen tot Boedapest pikten de burgers het niet meer en wankelden de tronen. In een monumentaal boek schetst Christopher Clark de ontwikkelingen op het hele continent. Ook die in Nederland, dat door snelle hervormingen een revolutie wist te voorkomen.
Begin 2016 kreeg journalist Arnold Karskens van ‘kwaliteitskrant’ NRC de ruimte om te voorspellen dat in mei van dat jaar in heel Europa de revolutie zou uitbreken. De door een kortzichtige en perfide elite onderdrukte bevolking van de EU zou het niet langer pikken dat hun landen werden overspoeld door losgeslagen asielzoekers, die zich massaal schuldig maakten aan diefstal en verkrachting. De profetie bleef ‘ongehoord’. Het is op het eerste gezicht ook onwaarschijnlijk dat wanneer je hard ‘revolutie’ roept, die er ook daadwerkelijk komt. Toch kan dat soms het geval zijn.
Meer recensies lezen? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.
Christopher Clark beschrijft in Europese lente hoe begin 1848 in Palermo plakkaten verschenen met de mededeling dat op 12 januari de revolutie zou uitbreken. Normaal kondigen samenzweerders zoiets niet aan en na afloop bleek het in het plakkaat genoemde ‘revolutionair comité’ ook helemaal niet te bestaan. Toch werd de regering nerveus en bracht ze het garnizoen in opperste staat van paraatheid. Op de dag zelf, de verjaardag van koning Ferdinand II, verzamelden zich op de pleinen van de stad zoveel mensen om te zien wat er zou gebeuren dat de troepen het bevel kregen de menigte uiteen te drijven. Hierop brak daadwerkelijk de opstand uit, die uiteindelijk oversloeg naar Napels. Daardoor voelde Ferdinand zich als de koning der Beide Siciliën gedwongen een grondwet op te stellen.
Dit artikel is exclusief voor abonnees
Het koninkrijk van Ferdinand II was een tamelijk stoffige uithoek van Europa, maar het nieuws verspreidde zich snel. In de jaren ervoor had zich in Europa heel wat revolutionaire brandstof opgestapeld. De Industriële Revolutie zette de economie op zijn kop, er waren hongersnoden geweest, arbeiders leefden in miserabele omstandigheden, terwijl fabrikanten puissant rijk werden. Conservatieve regeringen probeerden het opkomende liberalisme onder de duim te houden. En in tal van landen voelden etnische minderheden zich achtergesteld en onderdrukt.
De Siciliaanse opstand was de eerste vonk, maar de grote ontploffing kwam toen in februari 1848 in Parijs een politieke bijeenkomst, waar hervorming van het kiesstelsel werd geëist, werd verboden. Dit leidde tot grootschalige protesten en ongeregeldheden. Na twee dagen deed koning Louis-Philippe afstand van de troon en ontvluchtte hij Parijs.
Door het opwindende nieuws uit Parijs werd het ook onrustig in de Duitse landen, waar velen aandrongen op de vorming van een Duitse eenheidsstaat, de invoering van een grondwet en allerlei politieke hervormingen. De groothertog van Baden ging snel in op de liberale eisen en na onlusten in Berlijn deed de Pruisische koning eveneens concessies. Ook in het Habsburgse Rijk braken revoluties uit. De oerconservatieve Oostenrijkse kanselier Klemens von Metternich, aan de macht sinds 1821, vluchtte uit Wenen en de Hongaren eisten onafhankelijkheid. De Russische tsaar moest de Oostenrijkse keizer te hulp schieten, maar na een opstand in oktober deed deze alsnog afstand van de troon, ten gunste van zijn 18-jarige neef Frans Jozef.
Vaak wordt het verhaal van 1848 verteld als een reeks hoopvolle revoluties die vrijwel allemaal uitliepen op grote teleurstellingen. In het Habsburgse Rijk zegevierde de reactie, in Pruisen werden de liberalen ingepakt, en in Parijs liet de nieuwe regering in juni het vuur openen op opstandige arbeiders. Ook schoten de Franse liberalen het jaar erop de paus te hulp toen deze in het nauw werd gedreven door de Italiaanse nationalisten. In zijn levendige panorama schildert Clark een genuanceerder beeld. Hij laat niet alleen zien wat er in veel landen wel werd bereikt, maar besteedt ook aandacht aan landen waaraan de revolutie ogenschijnlijk voorbijtrok. Nederland, België en Denemarken wisten door snelle politieke hervormingen revolutionair geweld te voorkomen.
De kracht van Clarks boek is dat hij de complexe grote lijnen schildert en deze afwisselt met indringende details. We zien het tumult door de ogen van tijdgenoten, terwijl we tevens op een helder overzicht worden getrakteerd. Gebaseerd op een enorme hoeveelheid materiaal – Clark citeert ook Nederlandse bronnen en literatuur – komt in Europese lente nagenoeg het gehele continent aan bod.
Clark gaat uitgebreid in op de ontwikkelingen in de jaren voor 1848 en op de wisselwerking tussen de verschillende revoluties die toen uitbraken, terwijl hij tevens laat zien welke rol het toeval soms speelde. Het is een overdonderend boek, waarin de auteur er niet voor terugdeinst lijnen naar het heden te trekken. Soms gebruikt hij bewust en heel effectief anachronistische beelden om bepaalde situaties te verhelderen, bijvoorbeeld wanneer hij het binnendringen van revolutionairen in het Franse parlement vergelijkt met de bestorming van het Capitool.
Valt er dan niets aan te merken op dit boek? Toch wel. De uitgever heeft namelijk gemeend het op te markt te moeten brengen zonder noten en register. Die pagina’s moet de lezer zelf maar opzoeken op internet. Schandalig.
Europese lente. De strijd voor een nieuwe wereld, 1848-1849
Christopher Clark
894 p. De Bezige Bij, € 49,99
Bestel in de webshop van Libris.
Openingsbeeld: Barricade bij de universiteit van Wenen, 1848. Litho door F. Werner.