‘God kan het verleden niet veranderen, maar historici wel,’ schreef de Britse romanschrijver en satiricus Samuel Butler in de negentiende eeuw. Het is dat de cinema in zijn tijd nog niet was uitgevonden, want anders had hij het ook over filmmakers kunnen schrijven. Het is een open deur, maar daarom niet minder waar, dat historische films vooral veel zeggen over de tijd waarin zij gemaakt zijn. Firebrand is een schoolvoorbeeld.
Het historische drama over Catharina Parr, de zesde vrouw van Hendrik VIII, toont haar als een vrouw die met haar moderne opvattingen weggelopen lijkt uit onze eeuw. De film speelt zich af tussen 1543 en 1547, de korte huwelijksperiode van Parr en Hendrik VIII, die eindigt met de dood van de vorst.
Meer recensies lezen? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.
Parr heeft reden om voorzichtig om te springen met haar man, want hij verstootte in zijn vijf eerdere huwelijken twee vrouwen en liet er twee onthoofden. En echtgenote Jane Seymour overleefde het kraambed niet. Geen fijngevoelig type Hendrik, maar Firebrand maakt van hem een karikaturale, vetgemeste, paranoïde despoot voor wie geen hofdame veilig is. Tegenover de hork staat Parr als een moderne verlichte geest, die met haar pleidooi voor (religieuze) tolerantie en vrijheid de tijd een aantal eeuwen vooruit is. Met de ridicule slotscène over hoe Hendrik aan zijn eindje komt, bewijzen de makers definitief dat ze lak hebben aan historische feiten.
