Zonder ook maar een schot te lossen lijfden de Verenigde Staten in de zomer van 1898 Hawaii in. De bevolking was door armoede, ondervoeding en vreemde ziektes zo verzwakt dat ze zich niet meer kon verzetten tegen de Amerikaanse veroveraars.
Op 12 de augustus 1898 sloot Liliuokalani, de laatste monarch van Hawaii, zich op in het slaapvertrek van de villa Washington Place in het centrum van Honolulu. Alle luiken waren zorgvuldig gesloten, maar toch drong ook hier de melodie van het Amerikaanse volkslied door. Die kwam aangewaaid uit de tuin van haar voormalige paleis, waar de Amerikaanse ambassadeur zojuist officieel had bekendgemaakt dat ‘het territorium Hawaii’ was toegevoegd aan de VS.
Als Liliuokalani ervoor had gekozen bij de ceremonie aanwezig te zijn, dan had ze kunnen zien hoe enkele muzikanten van de (voorheen koninklijke) Hawaiiaanse drumband hun instrumenten neerlegden op het moment dat de Stars and Stripes werd gehesen – daar waar minuten eerder nog het Hawaiiaanse dundoek had gewapperd. Misschien waren zij overweldigd door hun emoties, zodat ze niet verder kónden spelen. Of anders was dit de laatste, krachteloze daad van verzet van de oorspronkelijke bevolking van Hawaii tegen de toe-eigening van hun geboortegrond door het machtigste imperium van de nieuwe eeuw.
Lokale overtuigingen uitgeroeid
De bezetting van Hawaii kwam, hoe tragisch en ingrijpend ook, niet uit de lucht vallen. Die had zich al veel eerder aangekondigd. Feitelijk al op 18 januari 1778 – al kwam de belangstelling toen nog van de zijde van een imperiale grootmacht. Die dag landde de Britse ontdekkingsreiziger James Cook op de archipel. Cook zelf liet na een pijnlijk geval van interculturele miscommunicatie het leven, maar de indruk die beide partijen op elkaar hadden nagelaten was krachtig. Er kwam dan ook een levendige wapenhandel op gang tussen voornamelijk Britse en Amerikaanse ondernemers en de verscheidene stamhoofden die het op de eilanden voor het zeggen hadden.
De eilanden mochten dan een paradijselijke aanblik bieden, een vredig oord was Hawaii bepaald niet. Een elite van aristocraten heerste er vanouds over een grote meerderheid van keuterboertjes die ze naar believen konden koeioneren, bestraffen of van hun land konden sturen. Hoewel dat laatste nog altijd te verkiezen was boven onvrijwillige deelname aan de veelvuldige ceremonieën en festiviteiten. Want de Polynesische chiefs zagen daarin altijd wel een goede aanleiding om wat overtollige leden van het gewone volk aan de goden te offeren.
Rond 1778 telt de archipel 300.000 inwoners, een eeuw later 40.000
De archipel vormde dus nog geen verenigd koninkrijk toen hij door Cook werd ‘ontdekt’. Maar daar zou al vrij snel verandering in komen, mede dankzij de vrijwel continue stroom aan westerse wapeninjecties. In 1810 wist één plaatselijke warlord, Kamehameha I, de eilanden onder zijn gezag te verenigen. Hij had niet alleen een grote hoeveelheid musketten en kanonnen weten te bemachtigen, maar had ook twee Britse adviseurs aan zich verbonden. Die wisten hoe al het moderne wapentuig kon worden bediend en tot maximaal profijt kon worden gebracht.
Na de westerse handelaren, wapens en consultants verschenen de zendelingen uit New England. Zij waren vastbesloten alle lokale overtuigingen en gebruiken uit te roeien en te vervangen door degelijk Noordoost-Amerikaans calvinisme. Maar toen in 1820 de eerste lichting zendelingen arriveerde, bleken met name de aristocratische Hawaiianen al een punt achter tal van lokale gebruiken te hebben gezet. Een teken aan de wand was dat Kamehameha I het jaar daarvoor, terwijl hij op zijn sterfbed lag, had geweigerd onderdanen te offeren teneinde op traditionele wijze zijn genezing te bewerkstelligen.
Een ander teken was dat het vissersplaatsje Honolulu, dat vanwege zijn aantrekkelijke haven tot het brandpunt van de internationale handel was uitgegroeid, een indringend westerse aanblik had gekregen. De plaatselijke elite kleedde zich het liefst westers, kocht liefst westerse meubels voor hun huizen in westerse stijl, kocht westerse consumptieartikelen en westers gereedschap, en betaalde daarvoor in toenemende mate met westers geld. In het binnenland joegen de chiefs hun pachters het bos in om sandelhout te verzamelen, dat op de internationale markt kapitalen opbracht. Het vormde de aanzet tot de omvorming van de Hawaiiaanse economie, die altijd gebaseerd was geweest op visserij en zelfvoorzienende landbouw, tot een economie die overwegend stoelde op de verbouw van handelsgewassen.
Bemoeizuchtige zendelingen
Maar niet alleen de gewoontes en gebruiken veranderden in rap tempo. In één generatie tijd werd het hele religieuze systeem van Hawaii tenietgedaan. Daarbij was opvallend genoeg een grote rol weggelegd voor enkele machtige vrouwen aan het hof, onder aanvoering van de in alle opzichten formidabele Kaahumanu. Zij was de favoriete vrouw geweest van Kamehameha I en oefende als regentes en later co-heerser grote invloed uit op diens opvolger, de aan rum verslaafde Kamehameha II.
Japanse dreiging
Veel discussie rond de Amerikaanse verovering van Hawaii richt zich op de veronderstelde dreiging door Japan. Dat de Japanse immigranten in werkelijkheid voetsoldaten waren die een komende invasie moesten helpen consolideren, lijkt in eerste instantie volkomen uit de lucht gegrepen. Het waren juist de westerse plantagehouders die grote aantallen Japanse contractarbeiders wierven, omdat de Hawaiianen zelf weinig voelden voor de zware arbeid op de plantages. Toen de junta de Japanse immigratie als een politieke bedreiging ging ervaren – Japanners maakten in 1898 al bijna een kwart van de bevolking uit – legde ze de immigratie stil.
Japan stuurde daarop een oorlogsschip naar Hawaii om genoegdoening te eisen. Inmiddels is vast komen te staan dat de Japanse ambassadeur in Washington wel degelijk in Tokyo heeft aangedrongen op de bezetting van Hawaii. Het enige wat achteraf zeker lijkt, is dat de Amerikaanse machtsuitbreiding in de Pacific en Oost-Azië de Japanse politici verder heeft gesterkt in de overtuiging dat een snelle militarisering van het land noodzakelijk was om als natie te kunnen overleven.
Kaahumana zag het oude systeem duidelijk als obstakel voor haar politieke macht. Maar zij had ook gezien dat alle taboes, mensenoffers en gebeden niet hadden kunnen voorkomen dat haar volk sinds enige tijd ten prooi viel aan tal van vreemde, dodelijke ziektes – van syfilis tot cholera -, die alleen de westerse dokters bleken te kunnen verhelpen. Terwijl de westerlingen schijnbaar kerngezond door het leven gingen – hoewel die dagelijks onbekommerd tal van essentiële geboden met voeten traden.
Toen op 30 maart 1820 de eerste Amerikaanse zendelingen voet aan de Hawaiiaanse wal zetten en het nieuws vernamen dat ‘de aanbidding van de afgodendienst en andere heidense gebruiken geheel en al zijn afgeschaft’, hieven zij de ogen dankbaar ten hemel. ‘Op zulk goed nieuws waren wij niet voorbereid geweest,’ noteerde een van hen. ‘Waarlijk, de Heere is ons voorgegaan in barmhartigheid.’
De zendelingen zagen zich nu voor de taak gesteld het ontstane spirituele gat met hun puriteinse leerstellingen op te vullen. Dat lukte wonderwel onder de vrouwelijke elite, maar de mannelijke stamhoofden en de gewone Hawaiianen bleken deels immuun voor de lokroep van het calvinisme. Met name het heiligen van de ‘sabbat’, waarop niet alleen lichamelijke inspanning, maar ook gokken verbonden was, bleek voor velen een brug te ver. Af en toe initieerden de zendelingen een ethisch offensief, maar die ondernemingen waren niet geheel zonder risico. Zo leidde een poging om de prostitutie in de haven uit te bannen tot een gewelddadig treffen met de overwegend uitheemse clientèle. De zendelingen werden door de zeelui getolereerd, maar ze dienden goed te beseffen waar de grenzen van hun roeping lagen.
In één generatie wordt het religieuze systeem van Hawaii vernietigd
Gedreven door welgemeende bemoeizucht en gesteund door hun beschermdames aan het hof, begonnen de Amerikaanse zendelingen zich niettemin steeds openlijker met bestuurszaken te bemoeien. Dat viel reeds in 1825 de Britse kapitein lord Byron (neef van) op. Zo schreef hij over de eerwaarde Hiram Bingham uit Vermont: ‘Deze man ijvert ongetwijfeld oprecht voor de goede zaak van het geloof. Maar hij heeft de neiging zich in alle politieke zaken van het eiland te mengen en gedraagt zich als minister van Buitenlandse Zaken, voogd voor de jonge prinses, toezichthouder op publiek vermaak etc. Sommigen zouden dit kunnen interpreteren als politieke activiteiten die de Amerikaanse belangen dienen.’
Glorieuze rol
Lord Byron was een scherpzinnig observator. De Amerikaanse zendelingen en hun nakomelingen zouden in de daaropvolgende decennia hun tentakels tot in alle geledingen van de Hawaiiaanse maatschappij uitslaan. De Bijbel hadden de Amerikaanse nazaten daarbij niet nodig. Zij voelden zich niet religieus geroepen, gingen in Boston en omgeving rechten studeren en keerden terug met zakenpartners die geld wilden investeren in de suikerrietplantages die vanaf de jaren 1840 de eilanden zouden gaan overwoekeren. Ze combineerden het ondernemerschap liefst met politieke en bestuursfuncties, en stuurden de archipel zo langzaam maar zeker politiek en economisch in de armen van de VS – de afzetmarkt voor hun suiker en de herkomst van hun kapitaal.
De inheemse bevolking maakte in de tussentijd een proces door dat opvallend veel overeenkomsten vertoont met dat van hun inheems-Amerikaanse tijdgenoten. De introductie van privégrondbezit had de vestiging van plantages mogelijk gemaakt, wat leidde tot het grootschalig uitkopen van de boeren – die doorgaans bleven zitten met een lapje grond dat te weinig voortbracht om de hele familie te voeden, laat staan om ermee de markt op te gaan. Armoede, ondervoeding, verslaving en vreemde ziektes – die in aantal en hevigheid toenamen naarmate de buitenlandse handel in intensiteit groeide – deden het aantal inheemse Hawaiianen dalen van circa 300.000 in de tijd van Cook tot een luttele 40.000 ten tijde van de Amerikaanse machtsovername.
Tegelijkertijd was in de tweede helft van de negentiende eeuw in de VS de overtuiging ontstaan dat de afgeronde kolonisatie van het Amerikaanse westen niet het eind van het Amerikaanse avontuur hoefde te betekenen. ‘Het is voorbarig te beweren dat het expansieve karakter van het Amerikaanse leven nu tot stilstand is gekomen,’ schreef de historicus Frederick Turner in zijn invloedrijke essay The Significance of the Frontier in American History (1893). ‘De Amerikaanse energie zal nieuwe ruimte nodig blijven hebben.’
Een van de Amerikanen die door Turner begeesterd raakten, was de latere president Theodore Roosevelt. Hij zag een glorieuze rol weggelegd voor de Amerikaanse zeemacht – de volgens hem in alle opzichten superieure ‘American Jack’ – in de Stille Oceaan. Daar, waar de oorspronkelijke bewoners ‘de fysieke en morele kenmerken missen van een volk van overwinnaars’, diende de Amerikaanse spirit zich voortaan te ontplooien, meende Roosevelt. ‘Alleen de meest vooruitziende en grootmoedige staatsmannen begrijpen het belang, vanuit een rassenstandpunt, van de mogelijkheden die tijdgenoten zo triviaal achten.’
Veilige haven gezocht
Toen koningin Liliuokalani in 1893 een nieuwe grondwet aankondigde die de politieke invloed van de inheemse bevolking moest vergroten, grepen de Amerikanen in. Een groep westerlingen onder leiding van Lorrin Thurston, kleinzoon van een van de eerste zendelingenechtparen, bezette de regeringsgebouwen. De Amerikaanse ambassadeur riep vervolgens de hulp in van de commandant van de Amerikaanse kruiser USS Boston. Die stuurde op zijn beurt een contingent mariniers ‘ter bescherming van Amerikaanse staatsburgers en bezittingen’ de wal op om de machtsovername van de junta te bezegelen. Liliuokalani werd gedwongen af te treden, en kreeg in afwachting van een proces huisarrest in het haar toegewezen Washington Place — eigendom van een aan lagerwal geraakte Amerikaanse plantersfamilie.
Aanval op Pearl Harbor
De Amerikaanse annexatie van Hawaii was een gebeurtenis van historisch belang. Geprojecteerd op de kaart van de VS reikt de eilandengroep van Californië tot Florida. Bovendien ligt ze in het midden van de Stille Oceaan, op de belangrijkste zeeroutes van de VS naar Azië en Oceanië. Toch kreeg de verovering geen plek in de Amerikaanse geschiedschrijving. Tot aan de Tweede Wereldoorlog – dus nog ver voor de tijd van massatoerisme en cruiseschepen – waren de meeste Amerikanen dan ook onbekend met dit stukje tropisch thuisland.
Dit leidde tot complicaties toen president Franklin. D. Roosevelt de Japanse aanval op Pearl Harbor, op 7 december 1941, wilde aangrijpen om tegen de asmogendheden ten strijde te trekken. Waarom, zo vroegen veel Amerikanen zich af, zouden Amerikanen hun leven in de waagschaal moeten stellen om een vreemd, donker gekleurd volk in het midden van de Stille Oceaan te verdedigen? Amerika was toch geen imperialistische natie, zoals Engeland, Frankrijk of Nederland?
Vanaf dat moment pleitte Thurstons junta in Washington onafgebroken voor annexatie van de nieuwe ‘Republiek Hawaii’. Maar het Congres wilde er nog niet aan, mede omdat een jaar eerder de uitgesproken anti-imperialistische Democraat Grover Cleveland in het Witte Huis zitting had genomen. Na jaren van vergeefs lobbyen boden de verkiezing van de Republikein William McKinley in 1896 en met name het begin van de Spaans-Amerikaanse oorlog in het voorjaar van 1898 nieuw perspectief voor de Amerikaanse imperialisten.
Het zieltogende Spaanse koloniale rijk, met de Filippijnen als meest aanlokkelijke bestanddeel, leken de VS op een presenteerblaadje aangereikt te krijgen. Maar daarvoor was wel een veilige – en dus onbetwist Amerikaanse – bevoorradingshaven benodigd in het midden van de Stille Oceaan. En hadden de VS niet eerder een optie bedongen voor de bouw van een marinebasis in de lagune van de Parelrivier, ten oosten van Honolulu? Deze lagune, die de Amerikanen tot Pearl Harbor zouden omdopen, zou een ideale thuisbasis vormen voor de activiteiten van de Amerikaanse Pacifische oorlogsvloot.
‘De Amerikaanse energie zal nieuwe ruimte nodig blijven hebben’
Ook veel anti-imperialisten in het Congres zagen nu plots de voordelen in van annexatie van de archipel. Een laatste duwtje in de rug kregen zij van president McKinley, die gesouffleerd door de junta sprak van ‘zogenaamde Japanse immigranten’ die de kade van Honolulu ‘op waren gemarcheerd’. ‘We kunnen de eilanden niet in Japanse handen laten vallen,’ waarschuwde de president. De plotselinge verschijning van een Japans oorlogsschip in de Hawaiiaanse wateren zorgde voor nog wat extra vaderlandslievende motivatie onder de Congresleden.
Waarschijnlijk is dat laatste niet eens nodig geweest: in juli 1898 stemde het Congres met overweldigende meerderheid voor annexatie van Hawaii. Nu restte enkel nog de dankbare taak de Hawaiianen op de hoogte te brengen van het heuglijke feit dat ze waren opgenomen in ‘’s werelds grootste democratie’.
Meer weten
- Captive Paradise. A History of Hawaii (2015) door James L. Haley.
- Nation Within: The History of the American Occupation of Hawaii (2016) door Tom Coffman.
- How to Hide an Empire: A History of the Greater United States (2020) door Daniel Immerwahr.