Home Benjamin Franklin

Benjamin Franklin

  • Gepubliceerd op: 22 oktober 2020
  • Laatste update 13 okt 2022
  • Auteur:
    Frans Verhagen
Benjamin Franklin

Hij was ondernemer, uitvinder en diplomaat. Vanuit het niets klom Benjamin Franklin op tot een van de belangrijkste mannen van zijn land. In 1776 was hij van grote betekenis bij de opstelling van de Amerikaanse Onafhankelijkheidsverklaring. Toch kreeg hij aanvankelijk weinig erkenning als Founding Father.

Benjamin Franklin was de ultieme selfmade man: drukker, uitgever, wetenschapper, talenwonder, uitvinder en zakenman. Hij was Amerika’s eerste topdiplomaat. En dan hebben we het niet eens over zijn wonderbaarlijke geschriften, met name zijn Autobiography, een opbeurend boek over ambitie en doorzettingsvermogen, een klassieker in dat genre. Het is altijd een bestseller gebleven. Niet alleen was Franklin self-made, hij was ook self-taught: opleiding had hij nauwelijks genoten. Als tiener ontvluchtte de in 1706 geboren Franklin het puriteinse Boston. Hij vond de sfeer er verstikkend en werd als werkkracht uitgebuit door zijn oudere broer.

In het veel liberalere Philadelphia, waar de quakers veel invloed hadden, vond hij zijn toevlucht. Franklin leerde zichzelf Frans, Latijn, Italiaans, Spaans, wiskunde, natuurkunde en eigenlijk alles waar hij tegenaan liep. Op negentienjarige leeftijd stuurde de gouverneur van Pennsylvania hem op een zakenmissie naar Londen, waar de leergierige Franklin anderhalf jaar lang ideeën opzoog. Na zijn terugkeer zette hij een drukkerij op.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Naast die goedlopende drukkerij runden Benjamin en zijn vrouw Deborah een boekwinkel en een kruidenierszaak. Alsof dat nog niet genoeg was, kocht Franklin de Pennsylvania Gazette. Hij was niet alleen de uitgever van deze krant, maar hij schreef er ook artikelen voor. Onder zijn leiding werd dit de meest gelezen krant in de kolonies. Een van Franklins grote successen als uitgever was zijn razend populaire Poor Richard’s Almanak, een kalender annex agenda met aforismen, gedichten en opbeurende woorden – ‘Tijd is geld’ danken we aan zijn boekje. Het maakte hem een van de rijkste mannen in de kolonie.

Franklin haalde andere jonge ondernemers over om samen een Junto or Club of the Leather Aprons (‘Club van de Lederen Voorschoten’) te stichten, een soort lees- en discussieclub. Het was de eerste van dit soort gezelschappen in Amerika; het voorbeeld werd veel nagevolgd. De boeken die Franklin drukte, waren vooral doe-het-zelfgidsen voor wetenschap, literatuur, technologie en geschiedenis. Daarnaast bemoeide hij zich met van alles en nog wat in het snelgroeiende Philadelphia. De stad dankte een brandverzekering aan hem, en ook bestrating, straatverlichting en schoonmaakploegen. Hij stichtte een ziekenhuis en een bibliotheek.

Uitvinder van de bliksemafleider

Rond 1748 had Franklin met zijn druk- en uitgeefactiviteiten genoeg verdiend om iemand anders zijn bedrijf te laten runnen, zodat hij zelf bezig kon zijn met publieke zaken en wetenschappelijk onderzoek. Stilzitten was niet zijn stijl. Als wetenschapper ontdekte Franklin de Golfstroom, verbeterde schoorstenen en ontwierp kachels. Hij bestudeerde aardbevingen, archeologie, zonnevlekken en wat al niet. Nog steeds tot de verbeelding spreekt zijn experiment met een vlieger in een onweersstorm, waarmee hij bewees dat bliksemstralen elektriciteit bevatten. Daarmee voegde hij de uitvinding van de bliksemafleider toe aan zijn arsenaal. Als critici vroegen wat het nut was van al die uitvindingen, antwoordde hij: ‘Wat is het nut van een net geboren baby?’

Van loyale Engelse burger verandert Franklin in een radicale Amerikaan

Politiek was voor Franklin een late roeping, al had hij via zijn kranten altijd een vinger in de pap gehad. In 1751 werd Franklin gekozen als lid van de Assemblee van Pennsylvania en twee jaar later werd hij benoemd tot postmaster-general voor alle kolonies – een baan die hem aan het denken zette over de kolonies als geheel. Hij stelde vast dat de bevolkingstoename in Amerika veel groter was dan elders: ‘binnen een eeuw’ zou Amerika meer mensen tellen dan Groot-Brittannië. Deze gedachten verleidden hem in 1754 tot een voorstel voor een algemeen bestuur van de gezamenlijke kolonies, dat de geschiedenis in ging als het Albany Plan of Union. De Engelsen moesten er niets van hebben.

Engels geklungel

In de jaren dat de Engelse kolonies in Amerika in opstand kwamen, om te beginnen tegen de Stamp Act in 1765, een belasting op officiële documenten, woonde Benjamin Franklin in Londen om de economische belangen van Pennsylvania te behartigen. Hij hield van Londen en zijn intellectuele klimaat, en bewonderde de Engelsen. De kolonies beschouwde hij als een deel van het Engelse Rijk en hij zag geen reden om daar iets aan te veranderen. Hij was geen opstandig type.

Aanvankelijk was Franklin zelfs verontwaardigd en ontzet over de gewelddadige acties in de kolonies. Maar hij begreep het ongenoegen en zijn conversaties met Engelse parlementsleden hielpen bij de terugtrekking van de Stamp Act. Hoewel hij zichzelf dus zag als een loyale Engelsman, werd Franklin door de ‘politieke corruptie en dwingelandij’ die hij in Londen tegenkwam steeds sceptischer. Hij besefte dat de Engelsen de Amerikaanse kolonies nooit als een volwaardig deel van hun rijk zouden beschouwen; ze zouden altijd wingewesten blijven. Hij probeerde zijn vrienden in Londen duidelijk te maken dat ze zo niet konden doorgaan.

Maar Londen liep voortdurend achter de ontwikkelingen aan, want in Amerika ging het nu snel. De Amerikaanse radicalen hielden het vuurtje brandend en het Engelse geklungel verdiepte het politieke bewustzijn. Mensen die zich nooit met politiek hadden bemoeid werden actief, er ontstonden nieuwe vormen van georganiseerde tegenstand. De Engelsen stuurden 4000 soldaten naar Boston, volgens Franklin ‘het installeren van een smederij met open vuur in een kruithuis’. Het was een keerpunt: voor het eerst stuurden de Engelsen troepen niet om te vechten tegen Fransen of indianen, maar om het Britse gezag in de kolonies te bewaren. Een regering die Franklin nodeloos provocerend vond, ondermijnde de traditie van zelfbestuur in Amerika en behandelde de Amerikanen als koloniale onderdanen.

Benjamin Franklin Drawing haalt elektriciteit uit de lucht. Benjamin West c.1816.

In de verharde verhoudingen verdampte Franklins invloed. Het Engelse parlement vroeg hem te getuigen ‘als deskundige’, maar hij werd persoonlijk aangevallen en voelde zich diep beledigd en vernederd. Het zorgde voor een blijvende ommekeer. Terwijl hij eens de loyaalste Engelse staatsburger was, werd Franklin nu een van de radicaalste Amerikanen. Toen hij in 1775 terug naar huis ging, was hij een voorstander geworden van onafhankelijkheid. Hij werd een drijvende kracht achter de ontwikkeling van de rebellie tot een ware revolutie.

Lange oorlog

Franklin was net op tijd thuis om te kunnen deelnemen aan het Second Continental Congres, dat op 10 mei 1775 in Philadelphia van start ging. ‘De eensgezindheid is verbluffend,’ stelde Franklin vast, al was lang niet iedereen gewonnen voor onafhankelijkheid. Hij was wat al te optimistisch; slechts een minderheid had al het punt bereikt waarop ze zich onafhankelijk wilden verklaren.

Maar invloedrijke mannen als John Adams en Benjamin Franklin meenden dat onafhankelijkheid nu de enige oplossing was. Ze realiseerden zich dat het een lange oorlog zou vergen en daarop bereidden ze zich voor.

Franklin stofte zijn Albany Plan nog eens af en maakte een nieuwe versie, de Articles of Confederation and Perpetual Union, waarin hij zijn plan uit 1754 voor een gezamenlijke verdediging uitbreidde tot wat na de onafhankelijkheid een blauwdruk zou worden voor de Confederatie. Hij was ook zo internationaal georiënteerd dat hij meteen nadacht over bondgenoten elders in de wereld. Amerika zou ze nodig hebben.

De Engelsen waren niet zomaar te verslaan, al wist Franklin zeker dat Engeland de strijd op de lange termijn nooit kon winnen. Oorlog tegen gedreven nationalisten die op eigen terrein en voor eigen vrijheid vechten is een kostbare en tot mislukken gedoemde zaak, zoals de Verenigde Staten als supermacht later nog herhaaldelijk zouden ontdekken.

Thomas Jefferson schreef de eerste versie van de Onafhankelijkheidsverklaring; het was Franklin die de tekst wat minder hoogdravend maakte. Zo stelde hij self-evident voor, waar Jefferson het oorspronkelijk had over sacred and undeniable waarheden. Op 2 juli 1776 stemde het Second Continental Congress unaniem voor onafhankelijkheid, op 4 juli werd de tekst geratificeerd en ondertekend door de afgevaardigden.

Volgens de overlevering zei Franklin: ‘We zullen moeten samenwerken of anders zullen we ieder apart worden opgehangen.’ Of de anekdote waar is doet er niet zoveel toe. Het gaf de situatie goed weer. Het gaf aan dat er een gevoel van eenheid begon te ontstaan.

Belangrijke bondgenoot

De oorlog sputterde voort. Generaal George Washington was vooral goed in het vermijden van grote veldslagen. Begin 1778 kwam er verandering in de opstelling van de Engelsen: ze ontruimden Philadelphia en trokken zich terug op Manhattan. Cruciaal was de steun voor de Amerikanen van de Fransen: op 10 juli 1778 verbond Frankrijk zich met Amerika. Het zou een gestage stroom aan wapens en andere voorraden opleveren, broodnodig om de oorlog te kunnen blijven voeren.

Dat de Fransen een zo belangrijke rol speelden was te danken aan het werk van Benjamin Franklin, die in december 1776 door het Congres naar Europa was gestuurd om bondgenoten te werven voor het nieuwe land. Hij bleef negen jaar in Frankrijk en werd razend populair. De Fransen waren gefascineerd door deze curieuze man, een beroemd wetenschapper, charmeur, die altijd gewone kleding droeg en zelfs zijn haar niet poederde, laat staan een pruik droeg, en bovendien niet iemand was van adel of van hoge afkomst, maar een zakenman. Franklin was zelfs de bron van een eerste variant van Amerikaanse mode die de wereld veroverde, in dit geval de Parijse beau mon­de: iedereen wilde gezien worden met zijn eenvou­di­ge bontmuts.

Franklin liet het zich graag aanleunen. De verafgoding door Franse dames ging zover dat ze zelfs een ‘kapsel à la Franklin’ droegen, hoewel het moeilijk is je daarbij iets voor te stellen op grond van het portret van de man. Een ander hoogtepunt in Parijs was de ontmoeting van Franklin met Voltaire in de Académie des sciences, op 29 april 1778. Onder het uitroepen van ‘We moeten elkaar op de Franse manier omarmen’ vielen de 72-jarige Franklin en de 84-jarige Voltaire elkaar om de hals en kusten elkaars wangen.

Achter zijn optreden als publiek persoon en levensgenieter ging een gewiekst diplomaat schuil. Het was knap dat hij geld loskreeg in een monarchie waar, zoals Louis XVI zei, ‘het mijn beroep is royalist te zijn’. Franklin zorgde ervoor dat de Franse publieke opinie de Amerikaanse opstand zag als een kruistocht voor de rede, voor een nieuwe orde – een orde die de Franse elite overigens niet ambieerde voor het eigen land. Het enorme respect dat Franklin genoot, vertaalde zich in steun voor de Amerikaanse zaak. Volgens velen was hij voor de Amerikaanse overwinning minstens zo belangrijk als Washington.

Franklin aan het Franse hof, 1778.

Omdat hij er toch al was, werd Franklin in eerste instantie de belangrijkste onderhandelaar bij de besprekingen over een vredesverdrag met Engeland toen die in Parijs begonnen. Het Confederale Congres stuurde nog andere ‘vredesdiplomaten’, maar Franklin ging vast aan het werk. Hij had in juli 1782, inmiddels officieel ambassadeur in Frankrijk, al de basis voor een verdrag opgesteld, met als uitgangspunt onvoorwaardelijke erkenning van de onafhankelijkheid van de Verenigde Staten en terugtrekking van alle Engelse troepen. Maar de jaren gingen tellen en Franklin had gevraagd van zijn post ontheven te worden. In mei 1785 nam Jefferson zijn plaats in.

Loslippig

In triomf keerde Franklin terug naar zijn Philadelphia, precies op tijd om deel te nemen aan de conventie die de grondwet moest opstellen. Hij functioneerde als gastheer en al bemoeide hij zich niet direct met de debatten, hij was altijd bereid wijs advies te geven en compromissen voor te stellen. Aan de andere kant was Franklin inmiddels zo oud dat hij weleens al te loslippig was over wat er zich op de conventie afspeelde. Tijdens de frequente dinner parties in zijn huis werd Franklin daarom altijd begeleid door een andere afgevaardigde, die de conversatie zo nodig in andere banen leidde.

Een enorme mensenmassa eert Franklin in Philadelphia

James Madison vertelde later een anekdote over Benjamin Franklin tijdens de ondertekening. Franklin keek naar de zetel van de voorzitter, George Washington – een troon bijna, die beschilderd was met een opkomende zon. Hij merkte op dat schilders het altijd moeilijk vonden om een opkomende zon te maken die er heel anders uitzag dan een ondergaande zon. Franklin zei dat hij tijdens de besprekingen vaak naar die stoel had gekeken zonder te weten of de zon omhoog- of omlaagging. ‘Maar nu heb ik eindelijk het gelukzalige gevoel te weten dat het een opkomende en niet een ondergaande zon is.’

Bij zijn dood in 1790 zou het vertoon voor deze Founding Father zich beperken tot een enorme mensenmassa die hem in Philadelphia eerde. Het waren vooral de Fransen die hem lof toezongen. De Amerikanen toonden zich van hun kleinere kant toen de Senaat weigerde een resolutie te steunen die was bedoeld als eerbetoon aan de beroemdste burger van Philadelphia.

Pas na de publicatie van zijn Autobiography in 1794 veranderde het imago van Franklin. Het boek werd een enorm succes en werd talloze malen herdrukt. Zo werd Franklin in de negentiende eeuw hét voorbeeld van de selfmade man. Zijn werk als diplomaat – minstens zo belangrijk voor het winnen van de oorlog als Washingtons leiderschap – bleef altijd onderbelicht.

Frans Verhagen is Amerika-deskundige.

Franklin laat zijn slaven vrij

Late abolitionist

Terwijl Pennsylvania met plaatselijke indianen in oorlog was, namen blanken elders wraak op stammen die zich afzijdig hadden gehouden. Benjamin Franklin keurde deze barbaarse praktijken sterk af. Hun enige misdaad was dat ze dezelfde huidskleur hadden. ‘Als een indiaan mij kwaad doet,’ schreef hij, ‘betekent dat dan dat ik daarvoor wraak mag nemen op alle indianen?’

Wat slaven betreft week Franklin af van veel andere Founding Fathers die een plantage runden. Hij had er maar twee. Later in zijn leven zou hij een abolitionist worden, een voorstander van afschaffing van slavernij, en zijn slaven de vrijheid geven. Maar Franklin had gemakkelijk praten: hij was een rijke drukker in een grote stad. Hij had zijn slaven niet nodig.

Philadelphia tweetalig

‘Te veel Duitsers’

Franklin was niet alleen pragmatisch, hij kon ook opportunistisch zijn. In 1760 klaagde hij over de invloed van de vele Duitse immigranten. Bovenal irriteerde het hem dat ze alleen maar Duits spraken en dat de straten in Philadelphia tweetalige naamborden hadden. Hij waarschuwde dat ‘Pennsylvania in een paar jaar een Duitse kolonie zal [worden]; in plaats van dat zij onze taal leren, moeten wij die van hen leren, of leven alsof we in een vreemd land zijn.’ Ondertussen was Franklin wel zo verstandig om Duits te leren lezen. Altijd kien om wat te verdienen en misschien ook om politieke invloed uit te oefenen, begon Franklin een Duitstalige krant, de Philadelphische Zeitung. Hij stopte er al snel weer mee.

Leerzaam tijdverdrijf

Een fanatieke schaker

Franklin was een schaakliefhebber. Hij schreef zelfs een buitengewoon essay over het spel, waarin hij betoogde dat het niet alleen een idle amusement was, maar een manier om ‘waardevolle geesteskwaliteiten te leren, bruikbaar in het menselijk leven’. Een beroemd verhaal wil dat Franklin een lange partij speelde in de badkamer van zijn vriendin madame Brillon, die in haar overdekte badkuip moest wachten tot hij klaar was. Een ander verhaal luidt dat Franklin eens toen zijn koning schaak werd gezet dat gewoon negeerde. Hij wilde de koning niet verdedigen, zei hij, die was niet meer dan een simpele tiran. Hij zou de rest van het spel uitspelen ‘als republikein’. De vette knipoog mogen we erbij denken.

Verder lezen:

Founding Fathers. De grondleggers van de Verenigde Staten (2016) door Frans Verhagen.

The First American: The Life and Times of Benjamin Franklin (2000) door H.W. Brands.

The Autobiography of Benjamin Franklin (1794/2014) door Benjamin Franklin.

 

Dit artikel is gepubliceerd in Historisch Nieuwsblad 11 - 2020