Zestig jaar in de doofpot
Lange tijd lag het onderzoek naar de Jodenvervolging in de Tweede Wereldoorlog in België ver achter op
Saerens onthulde dat de Antwerpse gemeentepolitie op 28 en 29 augustus 1942, tijdens de tweede razzia op Joden, waarbij 1233 joden werden opgepakt, autonoom had geopereerd. Er ontstond lokale commotie. Een zoon van oud-burgemeester Leo Delwaide deed op televisie zijn beklag. Hij kon zich van jongs af aan niet anders herinneren dan dankbare Joden op de stoep, die probeerden zijn vader te bedelven onder bloemen en gebak. De landelijke politiek negeerde het boek.
Het duurde tot de vorige maand voordat een derde standaardwerk werd gepubliceerd. De geschiedenis ervan begon in 2002, tijdens de wereldwijde discussies over Joodse tegoeden, toen de Joodse gemeenschap het nieuwe ‘paarse’ kabinet van Guy Verhofstadt onder druk zette. Twee senatoren vroegen, mede op grond van
Het resultaat van dat onderzoek is er nu. Het gaat over de overheid als geheel, en is onder leiding van directeur Rudi van Doorslaer gemaakt door het Belgische NIOD, het Studie- en Documentatiecentrum Oorlog en Hedendaagse Maatschappij (SOMA) in Brussel. Het heet Gewillig België en telt meer dan duizend bladzijden.
Vitriool
Inhoudelijk zoekt dit eindverslag uitdrukkelijk aansluiting bij
De politiek van de Belgische secretarissen-generaal en hun onderhorigen was een tenminste deels ideologisch gemotiveerde samenwerking. Ook een groot deel van de traditionele politiek-bestuurlijke elite streefde een Nieuwe Orde na, een soort Belgisch Vichy-bewind. Leden van twee collaborerende partijen, het Vlaams Nationaal Verbond (VNV) en Rex, ‘bemachtigden hoge staatsposten’. Van hen was VNV’er Gerard Romsée, de nieuwe secretaris-generaal van Binnenlandse Zaken, de belangrijkste.
Het eindoordeel van Gewillig België is politiek-moreel van aard en vlijmscherp. De overheid heeft een ‘voor een democratie onwaardige medewerking’ verleend. Er is door collaborateurs een waslijst aan strafbare feiten begaan: van ‘diefstal en vernieling van eigendom, mishandeling, en wederrechtelijke huiszoeking, aanhouding en internering tot doodslag en moord’.
Na de bevrijding werd de berechting van de collaborerende gezagsdragers beëindigd nog voordat deze goed en wel was begonnen. Het was ’te kies’, schreef de Antwerpse militair aanklager eind 1945, veel te delicaat om de verantwoordelijken voor de tweede Antwerpse razzia te vervolgen. Alles werd geseponeerd. ‘In het spoor daarvan’ werd iedere verantwoordelijkheid van de Belgische overheid afgewezen. Gerechtelijke onderzoeken zouden maar een ‘gigantische doos van Pandora’ openen.
De archieven gingen op slot. Wat de auteurs – naast Van Doorslaer Emmanuel Debruyne, Frank Seberechts, Nico Wouters en gelukkig weer Lieven Saerens – hierover te zeggen hebben, leest als een avonturenroman. Er moest een nieuwe wet aan te pas komen om de archieven te openen. Bij
Maximale samenwerking
In navolging van De Jong onderscheiden de auteurs drie ‘sleutelmomenten’ in het beleid van de door politieke collaborateurs geïnfiltreerde overheid ten aanzien van de Joden, van wie niet meer dan 5 procent de Belgische nationaliteit had. Het lag aan dit laatste dat de regering, ‘gevangen in
Maar er waren ook loffelijke uitzonderingen. De Belgische notarissen weigerden dienst bij
Tot een fundamentele breuk met de bezetter leidde deze Brusselse weigering niet. Die kwam pas in oktober 1942, na de invoering van de verplichte tewerkstelling voor niet-Joden. Toen werd overgestapt van een maximale naar een minimale bestuurlijke samenwerking. De Joden waren inmiddels al uit het straatbeeld verdwenen, hetzij weggevoerd, hetzij ondergedoken. Van dit laatste maakte de politie, die niet langer bij aanhoudingen van Joden werd betrokken, zo weinig mogelijk werk.
De weigering van de Antwerpse rechtbank in 1945 om tot strafvervolging van de verantwoordelijken van de tweede razzia te besluiten vormt het derde sleutelmoment. Zo leggen de auteurs een continuïteit in het falende bestuur en de gewillige houding van de autoriteiten bloot.
Toch mogen de Nederlandse bestuurlijke elite en politie van geluk spreken dat hun beleid niet langs
Dit artikel is exclusief voor abonnees