Home Wilders herhaalt oude racistische complottheorie

Wilders herhaalt oude racistische complottheorie

  • Gepubliceerd op: 2 december 2023
  • Laatste update 05 dec 2023
  • Auteur:
    Leo Lucassen
  • 11 minuten leestijd
Wilders herhaalt oude racistische complottheorie

Dit artikel krijgt u van ons cadeau

Wilt u onbeperkt toegang tot de artikelen op Historischnieuwsblad.nl? U bent al lid vanaf €1,99 per maand. Sluit hier een abonnement af en u heeft direct toegang.

Geert Wilders – sinds 22 november leider van de grootste partij in de Tweede Kamer – propageert het idee van ‘omvolking’. Hij beweert dat islamitische immigranten Nederland willen koloniseren, met steun van een linkse elite. Dit angstbeeld heeft een lange geschiedenis, die begint bij Amerikaanse racistische wetenschappers in de negentiende eeuw. Hoe dat zit, vertelt migratiehistoricus Leo Lucassen.

Op 11 augustus 2017 trokken honderden neonazi’s en andere extreem-rechtse demonstranten door Charlottesville in de Amerikaanse staat Virginia in een Unite the right-rally. Een van de leuzen van deze white supremacists was: ‘Jews will not replace us’. Daarmee verwoordden ze de overtuiging dat ‘de Joden’ achter de schermen verantwoordelijk waren voor de immigratie van gekleurde mensen, waardoor het ‘witte ras’ op het punt stond te verdwijnen.

Meer historische context bij het nieuws? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.

Ontvang historische artikelen, nieuws, boekrecensies en aanbiedingen wekelijks gratis in uw inbox.

Het idee dat elites doelbewust de demografische samenstelling van de VS veranderen door massa-immigratie leidt bepaald geen marginaal bestaan, maar wordt binnen rechts Amerika breed gedeeld. Zo beweerde de bekende – en inmiddels vertrokken – FOX News-presentator Tucker Carlson in april 2021 dat de Democratische Partij probeerde het bestaande electoraat te vervangen door de massa-immigratie van volgzame kiezers uit de Derde Wereld te bevorderen, om zo de macht te behouden.

Ook in Europa gebruiken politici als Orbán, Meloni, De Winter, Wilders en Le Pen het angstbeeld van immigranten uit Afrika en Azië die de autochtone bevolking tot een minderheid zouden maken. In de woorden van Wilders: ‘We worden gekoloniseerd door mensen met normen en waarden die de onze niet zijn.’

‘Rivieren van bloed’

Bij ‘omvolking’ gaat het dus niet zozeer om migratie en de demografische effecten daarvan – die kan niemand ontkennen – maar om het idee dat deze migranten doelbewust hun barbaarse en intolerante cultuur (lees: islam) zouden opdringen, middels een geleidelijke islamisering van de samenleving.

De kernpunten van het omvolkingsdenken zijn:

  • Xenofobisch en nativistisch racisme: De eigen groep wordt verondersteld superieur te zijn aan immigranten en minderheden, die gelden als onveranderlijk, minderwaardig en gevaarlijk.
  • Een gevoel van belegering: Deze ‘anderen’ kunnen of willen zich niet aanpassen en zijn erop uit de autochtone groep en cultuur te vernietigen.
  • Complotdenken: Het idee dat ‘de elite’ de belangen van ‘het volk’ verkwanselt, onder meer door het volk te laten geloven dat immigranten en minderheden gelijk zijn.

Deze voorstelling van zaken is niet nieuw. Kijken we naar de naoorlogse periode, dan treffen we haar bijvoorbeeld aan bij de conservatieve Britse politicus Enoch Powell, die in zijn ‘Rivers of blood’-speech uit 1968 waarschuwde voor de voortgaande immigratie van gekleurde mensen uit (voormalige) koloniën. Powell voorspelde dat binnen 15 jaar ‘the black man will have the whip hand over the white man’.

De conservatieve Britse politicus Enoch Powell waarschuwde in 1968 voor de immigratie van gekleurde mensen

Vijf jaar later verscheen in Frankrijk de roman Le camp des saints van de ultraconservatieve schrijver Jean Raspail. In dit dystopische boek, dat in tien talen werd vertaald en waarvan een half miljoen exemplaren werden verkocht, vernietigen miljoenen migranten uit de Derde Wereld de Europese beschaving. Net als Powell geeft Raspail de misplaatste medemenselijkheid van vooral linkse politici, de dekolonisatie en het door de Verenigde Naties en de Unesco gepromote antiracisme de schuld.

Enoch Powell in 1987. Foto Allan Warren/Wikimedia Commons

Eurabië

Met de val van de Muur, en daarmee van het communisme, in 1989 kreeg het omvolkingsdenken nieuwe zuurstof. Vooral het boek The clash of civilizations van de bekende Amerikaanse politicoloog Samuel P. Huntington uit 1996, waarin de islam als het nieuwe existentiële kwaad wordt voorgesteld, speelde daarin een cruciale rol. Dit zeer invloedrijke boek werd nog populairder na de aanslagen van 9/11. En al gauw vond de overtuiging breed ingang dat met name naïeve linkse elites door de omarming van het multiculturalisme niet alleen verantwoordelijk waren voor grootschalige immigratie uit islamitische landen, maar ook dat zij blind waren voor de slinkse pogingen van de immigranten om ‘ons’ hun intolerante waarden en normen op te dringen.

Zo zou er een ‘Eurabië’ ontstaan, zoals betoogd in het eveneens zeer invloedrijke boek Eurabia uit 2005 van Bat Ye’or, nom de plume van de Britse, in Egypte geboren journaliste Gisèle Littman. Volgens haar bestond er een geheim verbond tussen met name Franse globalistische elites en oliesjeiks uit het Midden-Oosten. De laatsten zouden een ongelimiteerde levering van olie garanderen, op voorwaarde dat Europa zijn poorten wagenwijd openzette voor moslims. Dat hier geen spoor van bewijs voor is, stond de populariteit van dit boek geenszins in de weg.

In 2011 kwamen al deze elementen samen in het boek Le Grand Remplacement van de Franse schrijver Renaud Camus, waarvan in 2018 een verkorte Engelse versie verscheen onder de titel You will not replace us!

Schietpartijen

Dat deze apocalyptische ideeën niet onschuldig zijn, bleek op 22 juli 2011. De Noor Anders Breivik schoot toen 77 jonge leden van de Noorse socialistische partij – die hij verantwoordelijk achtte voor het multiculturele beleid – dood. In zijn 1518 pagina’s tellende manifest 2083 prijst hij uitvoerig de meeste van de hiervoor genoemde auteurs. Verder mag Geert Wilders zich als inspiratiebron verheugen in wel 30 vermeldingen.

Terwijl Breivik net als Wilders uitgesproken filosemitisch is, Joden als mede-slachtoffers van moslims ziet en Israël als Westers bastion tegen de oprukkende islamisering, is dit bepaald geen barrière voor tal van antisemitische hondenfluitjes. Zo propageren beiden de antisemitische notie van ‘cultuurmarxisme’. Verder is Wilders een grote fan van de Hongaarse premier Orbán, die George Soros ervan beschuldigde achter de schermen de vluchtelingencrisis te hebben geënsceneerd om massa’s moslims naar Europa te sluizen.

Breiviks aanslag kreeg al gauw navolging. Met name in de Verenigde Staten, maar ook in Canada, Nieuw Zeeland en Duitsland. Van ‘omvolking’ overtuigde, meestal witte jonge mannen brachten in dertien schietpartijen 136 mensen om het leven. De meeste recente aanslag vond afgelopen augustus plaats in Jacksonville. Wat daarbij opvalt, is dat die moordaanslagen minstens zo vaak tegen Joden en zwarte Amerikanen waren gericht als tegen immigranten. De angst voor omvolking betreft dan ook niet immigranten als zodanig, maar mensen die worden gezien als inferieur aan de eigen groep en wier sociale stijging en gelijkberechtiging worden beschouwd als onverteerbaar en bedreigend.

In de Verenigde Staten greep die angst om zich heen na de afschaffing van de slavernij in 1865. In dat land zien we de gecombineerde angst voor zowel immigranten als interne minderheden het vaakst. Het is dan ook in Amerika, en niet bijvoorbeeld in nazi-Duitsland, dat zich de bron van het omvolkingsdenken bevindt.

Katholieke krokodillen

Het vroegste voorbeeld komt uit de jaren dertig van de negentiende eeuw, toen de grootschalige immigratie van katholieke Ieren leidde tot morele paniek . Net als moslims nu, werden Ieren door de overwegend protestantse, Angelsaksische Amerikanen gezien als een existentieel gevaar voor de Amerikaanse instituties.

Zo verschenen in 1835 twee rabiaat anti-Ierse publicaties die gretig aftrek vonden. De eerste was Plea for the West door de presbyteriaanse predikant Lyman Beecher (de vader van Harriet Beecher Stowe, die in 1852 het zeer invloedrijke anti-slavernijboek Uncle Tom’s cabin publiceerde). De tweede was van de hand van Samuel Morse, uitvinder van de Morsecode, en droeg als titel Foreign conspiracy against the liberties of the United States. Beide auteurs schilderden Ierse immigranten af als soldaten van een leger, dat op de achtergrond werd aangestuurd door de paus in Rome en andere katholieke machthebbers, zoals de Oostenrijkse staatsman Metternich. In Amerika zouden de Ieren worden geleid door katholieke priesters, die erop uit waren de zo zwaar bevochten politieke vrijheden te vernietigen.

Ieren werden gezien als een existentieel gevaar voor de Amerikaanse instituties

Deze demonisering, die overeenkomt met de retoriek van de hedendaagse islamofobe omvolkingsdenkers, zou tot aan het einde van de negentiende eeuw het denken over katholieken in Amerika beheersen. Zo maakte de destijds bekende illustrator Thomas Nast in 1871 voor Harper’s Weekly een cartoon waarop als krokodillen verklede katholieke priesters het strand bij New York op kruipen, om daar onschuldige protestantse kinderen te verscheuren en het vrije schoolsysteem vernietigen. Daarbij aangemoedigd door de toenmalige machtige ‘boss’ van de Democratische Partij, William Tweed, die deze immigranten maar al te graag als nieuwe kiezers zou willen rekruteren. Een beschuldiging die als twee druppels water lijkt op die van Tucker Carlson, 150 jaar later.

Afbeelding: Wikimedia.

‘Raciale zelfmoord’

Toen aan het einde van de negentiende eeuw de immigratie vanuit Europa grote vormen aannam – tussen 1870 en 1900 arriveerden zo’n 12 miljoen mensen – kregen anti-immigratiesentimenten een racistische lading. Dit racisme was geïnspireerd door destijds als wetenschappelijk beschouwde theorieën over biologische en genetische verschillen. Ze waren in een eerder stadium gepopulariseerd door auteurs als Joseph Arthur de Gobineau, Francis Galton (een neef van Darwin) en Georges Vacher de Lapouge.

Zo stelde De Gobineau in zijn Essai sur l’inégalité des races humaines uit 1853 dat het ‘Noordse’ (het woord is een equivalent van Thierry Baudets uitdrukking ‘boreale’) ras superieur was aan alle andere. Vermenging met inferieure rassen zou leiden tot de ondergang van de Noordse mensensoort. Dit idee werd aan het einde van de negentiende eeuw in de Verenigde Staten overgenomen door vooraanstaande sociale en economische wetenschappers, die waren verbonden aan prestigieuze universiteiten als Harvard, MIT en Columbia University.

De econoom William Ripley publiceerde in 1899 het boek The races of Europe. A sociological study, waarin hij de Europeanen indeelde in drie rassen: het Teutoonse (Nordic), het Alpine en het Mediterrane. Met name die laatste twee, die te vinden waren in Zuid- en Oost-Europa, vormden een existentiële bedreiging voor het blanke, protestantse, Anglo-Amerikaanse ras, dat was samengesteld uit migranten uit Noordwest-Europa en hun nakomelingen. De toenmalige president Theodore Roosevelt nam deze waarschuwing in 1902 zeer serieus en waarschuwde voor racial suicide, een term die we ook bij hedendaagse white supremacist extremisten veelvuldig aantreffen.

De raciale zelfmoord zou niet alleen worden veroorzaakt door de massale immigratie van Italianen en (Joodse) Oost-Europeanen, maar ook doordat de Amerikaanse Nordics te weinig kinderen kregen en zich met deze inferieure rassen vermengden. Deze mix van wetenschappelijk racisme en eugenetica werd een belangrijke drijfveer voor de politieke beweging die ijverde voor immigratierestricties. Een belangrijke rol was weggelegd voor de vooraanstaande socioloog, econoom en eugeneticus Edward Alsworth Ross. In zijn boek The Old World in the New uit 1914 pleitte hij voor drastische inperking van de immigratie uit Zuid- en Oost-Europa. Hij wees ook degenen aan die hij voor de immigratie verantwoordelijk hield, te weten een mix van kapitalisten (die van goedkope arbeid profiteerden) en ‘comfortable classes’, met hun ‘high-sounding humanitarianism’. Deze laatste term komt dicht in de buurt van de huidige (smalende) voorstelling van linkse ‘deugers’ en ‘Gutmenschen’.

Discriminerende wetten

Deze smeulende ideologische vulkaan zou in 1916 tot een uitbarsting komen met de publicatie van het boek The passing of the Great Race door de New Yorkse filantroop en natuurbeschermer Madison Grant. In zeer toegankelijk proza waarschuwde hij op grond van de toen geaccepteerde racistische denkbeelden dat het één minuut voor twaalf was. De immigratie van non-Nordics moest onmiddellijk worden gestopt. Ook Grant ontwaarde een complot van wat hij ‘sentimentalisten’ en gelijkheidsdenkers noemde, die verantwoordelijk waren voor de massa-immigratie. Zijn boek droeg bij aan de totstandkoming van discriminerende wetten, die door het instellen van quota de immigratie uit Zuid- en Oost-Europa tot een minimum terugbrachten.

De immigratie van non-Nordics moest onmiddellijk worden gestopt

Grants boek, dat in 1925 in Duitse vertaling verscheen als Der Untergang der grossen Rasse, vormde een belangrijke inspiratiebron voor Adolf Hitler, die het ‘mijn Bijbel’ noemde. En dat gold ook voor het zeer populaire en onder meer in het Nederlands vertaalde boek The rising tide of color: the threat against white world-supremacy uit 1920 van de Amerikaanse journalist Lothrop Stoddard, die Grant’s alarmistische boodschap in een mondiaal perspectief plaatste.

Zowel Grant als Stoddard beperkten hun racistische retoriek niet tot immigratie, maar wezen ook op de gevolgen van de afschaffing van de slavernij, waardoor de ‘negroes’ zich konden onttrekken aan de hun toegewezen inferieure positie. De angst voor de als raciaal minderwaardig beschouwde interne minderheid uitte zich in lynchpartijen, die in aantal toenamen in de laatste decennia van de negentiende eeuw.

Dezelfde angst verklaart waarom omvolkingsterroristen in de Verenigde Staten het behalve op immigranten ook op zwarte Amerikanen hebben gemunt. Het idee dat de superieure witte Amerikanen hun geprivilegieerde positie moeten opgeven, vinden zij onverteerbaar. Dat sentiment is niet wezenlijk anders dan de angst die bewegingen zoals de PVV van Geert Wilders bij witte Nederlanders aanwakkeren en mobiliseren.

Meer weten