Vrouwen speelden een wezenlijke rol in de Britse postbezorging, schrijft Sarah Ward Clavier in Women’s History Review. De Britse post, een organisatie van de kroon, groeide in de decennia rond 1700 in rap tempo.
Mary Watts, postmistress in het zuidoost-Engelse Deal, was altijd trouw geweest aan de koning, zo oordeelden plaatsgenoten in de tweede helft van de zeventiende eeuw. Dat was belangrijk, want als postmistress speelde Watts een cruciale rol. Voor burgers die brieven en pakketjes wilden bezorgen, en ook voor de staat die informatie snel wilde kunnen verspreiden door het hele land.
Meer historisch nieuws lezen? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.
Voor de post werkten overwegend mannen, maar vrouwen maakten zo’n 10 procent van het personeel uit en mogelijk meer. Ze brachten post rond of coördineerden de bezorging en speelden ook voor staatsspion door brieven te lezen voor die naar de ontvanger gingen.
Niet alle vrouwen mochten dat werk doen. Jonge, alleenstaande vrouwen werden niet geschikt geacht, maar oudere weduwen wel. Vaak waren zij de nabestaanden van postmannen, en runden ze een voorloper van een postkantoor vanuit een herberg, die ze ook zelf bestierden. Herbergen lagen namelijk vaak aan doorgaande wegen en er kwamen veel mensen langs. Dat maakte ze tot geschikte uitwisselplaatsen van informatie en van papier.
Openingsafbeelding: Een Britse postkoets, getekend door James Pollard.