Home Russen willen niet weten van 1939

Russen willen niet weten van 1939

  • Gepubliceerd op: 30 mei 2011
  • Laatste update 25 mei 2023
  • Auteur:
    Geert Groot Koerkamp
  • 2 minuten leestijd

Gennadi Sjpalikov was vier jaar toen Hitlers legers op 22 juni 1941 de Sovjet-Unie binnenvielen. Toch slaagde de latere cineast er beter dan wie ook in de onbekommerde atmosfeer van voor de inval te vertolken met zijn liedje ‘Rio-Rita’: ‘Rio-Rita, gaat de foxtrot in het rond. We dansten op het pleintje. Het was 1941.’ Operatie Barbarossa kwam voor de Sovjetburgers als een donderslag bij heldere hemel. De beproeving duurde vier lange jaren en kostte tussen de 26 en 40 miljoen mensenlevens.

Ook voor de Sovjetleiding kwam de invasie onverwacht, maar op een andere manier. Stalin twijfelde er niet aan dat oorlog ophanden was, maar dacht zelf het initiatief te kunnen houden. Door in augustus 1939 een pact met Hitler te sluiten stuurde Stalin aan op een oorlog tussen Duitsland en de westerse mogendheden. Die moesten elkaar verzwakken, voordat de Sovjet-Unie zich op een gunstig moment in de strijd zou mengen.

De defensie-industrie draaide op volle toeren en had van het Rode Leger in luttele jaren een strijdmacht gemaakt die in materieel opzicht zijn gelijke niet kende. Maar het leger maakte zich op voor de aanval en was niet voorbereid op een verdedigingsoorlog. Die strategische blunder verklaart volgens Russische historici mede de enorme verliezen die het Sovjetleger incasseerde in de eerste dagen van Barbarossa. Maandenlang was Stalin door zijn spionnen gewaarschuwd voor de Duitsers, maar hij had de berichten weggewuifd als desinformatie.

In het huidige Rusland zijn Stalins militaire miskleunen nauwelijks bespreekbaar, net zomin als zijn aanvalsplannen. Ook is er amper erkenning voor het feit dat de oorlog voor de Sovjet-Unie helemaal niet in 1941 begon, maar twee jaar eerder. Sinds de Sovjet-Duitse deling van Polen in september 1939 vocht het Rode Leger in Finland, Polen en Oekraïne, en bezette het de Baltische staten. Tienduizenden Sovjetsoldaten sneuvelden in wat officieel de ‘vooroorlogse periode’ heet.

Elke Rus kent de heroïsche geschiedenis van het beleg van het fort in Brest, dat op 22 juni 1941 werd bestormd door de Wehrmacht. Maar weinigen weten dat datzelfde fort twee jaar eerder werd belegerd door het Rode Leger, met de Polen in de rol van heldhaftige verdedigers. Of dat de Duitsers in Wit-Rusland en de westelijke Oekraïne aanvankelijk werden ingehaald als bevrijders.
 

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.