Home Dossiers Tweede Wereldoorlog ‘Masters of the Air’ is ouderwetse patriottische oorlogsheroïek

‘Masters of the Air’ is ouderwetse patriottische oorlogsheroïek

  • Gepubliceerd op: 7 maart 2024
  • Laatste update 08 mrt 2024
  • Auteur:
    Jos van der Burg
  • 5 minuten leestijd
‘Masters of the Air’ is ouderwetse patriottische oorlogsheroïek
Hitler in de Tweede Wereldoorlog
Dossier Tweede Wereldoorlog Bekijk dossier

Dit artikel krijgt u van ons cadeau

Wilt u onbeperkt toegang tot HN Actueel? U bent al lid vanaf €1,99 per maand. Sluit hier een abonnement af en u heeft direct toegang.

Steven Spielberg en Tom Hanks brengen met hun serie Masters of the Air een hommage aan de Amerikaanse piloten uit de Tweede Wereldoorlog. Geen gebrek aan spectaculaire luchtgevechten, heldenmoed en kameraadschap. Maar de serie ontstijgt zelden de Hollywoodwerkelijkheid.

Bombardementen moeten de oorlog naar ‘Hitlers stoep’ brengen, zegt een Amerikaanse voice-over aan het begin van Masters of the Air. Hoe dat gebeurde, is te zien in het vervolg van de negendelige serie, die gebaseerd is op herinneringen van crewleden uit Donald L. Millers boek Masters of the air: America’s bomber boys who fought the air war against nazi Germany. De serie focust op de 100th Bomb Group, een onderdeel van de Eight Air Force. Deze Amerikaanse luchtvloot opereerde vanuit Engeland en had een tweeledige taak: het verzwakken van de Duitse oorlogscapaciteit door het bombarderen van de infrastructuur en het vernietigen van de Duitse luchtmacht als voorbereiding op een geallieerde invasie over land.

Meer recensies lezen? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.

Ontvang historische artikelen, nieuws, boekrecensies en aanbiedingen wekelijks gratis in uw inbox.

De Amerikaanse luchtvloot groeide in de loop van de oorlog uit tot een armada van duizenden bommenwerpers. De Amerikanen voerden meer dan 600.000 bombardementsvluchten uit en dropten samen met de Britse RAF in totaal 1,1 miljoen ton aan bommen op Duits grondgebied.

Legendarische status

De Eight Air Force bestond uit veertig bommenwerpergroepen. Masters of the Air richt zich op de 100th Bomb Group vanwege de mythe dat dit regiment de zwaarste verliezen leed. Dat was niet zo, want de verliezen waren in alle groepen enorm hoog. Hoe dat kwam, laat de serie op even gruwelijke als spectaculaire wijze zien. De Amerikaanse B-17 bommenwerpers werden flying fortresses genoemd, maar waren eigenlijk sitting ducks:een makkelijke prooi voor Duits afweergeschut en Messerschmitt-jagers. Het levert heftige beelden op van aan flarden geschoten bemanningsleden en brandende B-17’s.

Het dieptepunt is de Amerikaanse missie naar Münster op 10 oktober 1943. Van de dertien B-17’s van de 100th Bomb Group worden er twaalf neergehaald. De enige piloot die terugkeert is Robert Rosenthal, een van de hoofdpersonages in de serie. De Joodse piloot blijft bombardementsvluchten uitvoeren, ook nadat hij zijn verplichte 25 missies heeft volbracht. Uiteindelijk vliegt hij maar liefst 52 keer naar Duitsland. Zijn toestel wordt twee keer neergehaald, maar beide keren blijft hij ongedeerd en weet hij te ontsnappen. Het bezorgt hem een legendarische status.  

Een still uit de serie Masters of the air
Een still uit de serie.

Twee andere hoofdpersonen, de piloten John Egan en Gale Cleven, hebben minder geluk. De twee zijn gezworen vrienden en de populaire jongens in de groep. Nadat ze op verschillende missies zijn neergehaald, ontmoeten ze elkaar in hetzelfde krijgsgevangenkamp. ‘Waar bleef je zo lang?’, zegt Cleven stoïcijns als Egan opduikt in het kamp. Zo’n cool zinnetje klinkt lekker, maar weinig realistisch. Uitspraken als ‘We got a long road ahead of us’ en ‘The closer you are to death the more alive you feel’ doen meer denken aan Hollywood dan aan de dodelijke werkelijkheid. Ook het patriottisme, dat dankzij bombastische muziek van het scherm spat, geeft het gevoel dat Masters of the Air minstens twintig jaar geleden is gemaakt. De Amerikanen zijn de helden. Ze willen vechten voor de goede zaak, maar anders dan de stijve Britten houden ze ook van plezier.

Geen omstreden bombardementen

Het probleem van de serie is dat alles vanuit een Amerikaans tunnelperspectief is gefilmd, waarbij heikele onderwerpen worden vermeden. Vrouwen zijn uitsluitend objecten van mannelijke verlangens. En de serie toont weliswaar de Tuskegee Airmen, een groep Afro-Amerikaanse piloten in Italië, maar rept met geen woord over hun strijd tegen rassendiscriminatie in de Amerikaanse luchtmacht.

De grootste teleurstelling is dat de serie ethische vragen over de geallieerde oorlogsvoering uit de weg gaat. De Amerikanen bombardeerden aanvankelijk strategische doelen, maar namen later ook steden onder vuur. Zo moet het bombardement op Dresden volgens veel historici worden beschouwd als een oorlogsmisdaad. De enige keer dat een piloot twijfelt aan het bombarderen van burgers, krijgt hij als antwoord dat het niet anders kan. De vijand is immer intens slecht, waarna we beelden zien van een vernietigingskamp. Historische onzin, want in werkelijkheid speelde de Holocaust geen rol in de beslissing om Duitsland te bombarderen.

Achttien jaar geleden maakte Clint Eastwood twee films over de slag om het Japanse eilandje Imo Jima in de Tweede Wereldoorlog. In Flags of our fathers toonde hij de bloedige, meedogenloze strijd vanuit het perspectief van Amerikaanse soldaten, en in Letters from Imo Jima deed hij dat vanuit het oogpunt van Japanse militairen. Natuurlijk beweerde Eastwood met die gedurfde aanpak niet dat de strijd lood om oud ijzer was. Hij wilde de verschrikkingen van de oorlog aan beide kanten laten zien. Niet om begrip te kweken voor de Japanse oorlogszucht, maar om tot het inzicht te komen dat de vijand ook een mens van vlees en bloed is. In Masters of the Air ontbreekt dat besef vrijwel volledig. Lange tijd was dat misschien begrijpelijk, maar in 2024 is het pijnlijk.

Filmposter van Masters of the air
Masters of the Air is te zien op Apple TV+