Home Dossiers Renaissance Karel V was de meest Europese monarch

Karel V was de meest Europese monarch

  • Gepubliceerd op: 23 augustus 2000
  • Laatste update 07 dec 2023
  • Auteur:
    H.W. von der Dunk
  • 7 minuten leestijd
Portret van Karel V, naar Bernaerd van Orly (na 1515)
Cover van
Dossier Renaissance Bekijk dossier

Niemand heeft later nog aan het hoofd gestaan van een zo’n grote conglomeratie van landen als Karel V. Deze overtuigde restaurateur in een revolutionair getij past in geen enkele nationale geschiedschrijving.

De man die vijfhonderd jaar geleden in Gent ter wereld kwam, zou dankzij zijn geboortebed midden in een van de meest tumultueuze en opwindende periodes uit de geschiedenis belanden. Vooral twee beroemde schilderijen van Titiaan hebben de centrale figuur van dat tijdperk vereeuwigd.

Op het ene te paard, een gehelmde krijger in harnas, de lans in de hand, dravend onder een onrustige, onweersachtige hemel. Maar het bebaarde hoofd is niet de kop van de echte condottiere of trotse overwinnaar (ofschoon hij die slag bij Mühlberg in 1547 inderdaad won). Eerder lijkt zich hier een deftige raadsheer of magistraat in de onwennige maar verplichte rol van martiale ruiter te hebben geschikt.

Meer historische verhalen lezen? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.

Ontvang historische artikelen, nieuws, boekrecensies en aanbiedingen wekelijks gratis in uw inbox.

Op het tweede portret kijkt ons een vermoeide wat gebogen oudere man vanuit een leunstoel aan; kritisch onderzoekend, geen majesteit met de imponeerpose à la Lodewijk XIV, eerder de in sober zwart geklede chef van een grote handelsfirma die met pensioen gaat en zich afvraagt of hij de zaak, die er niet onverdeeld florissant voorstaat wel met een gerust hart aan zijn opvolger kan overdragen.

Die zaak was dan ook geen geringe. In de hele nieuwere tijd heeft niemand aan het hoofd gestaan van een dergelijke enorme conglomeratie van landen (‘waar de zon niet onderging’, zoals ieder schoolkind leerde) als Karel V, keizer van het Heilige Roomse Rijk, die daarnaast nog meer dan zeventig andere heerserstitels bezat; van koning van Jeruzalem tot graaf in Holland of heer in Friesland. Vooral als men de pas veroverde Amerikaanse gebieden –toen ‘Canadische en Indiaanse eilanden’ geheten – er nog bij optelt, legt ook een Napoleon het qua machtsbereik op papier verre tegen hem af.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Karel V bezat meer dan zeventig heersertitels: van koning van Jeruzalem tot graaf in Holland

Natuurlijk gaat die vergelijking aan alle kanten mank, want Karel Vs soevereiniteit was een uiterst gecompliceerde en zijn daadwerkelijke macht werd overal ingeperkt door particularistische regionale tradities, rechten, privileges, bevoegdheden, theoretische en praktische van de meest uiteenlopende aard. Ze kenden slechts één gemeenschappelijke noemer en dat was hij, met al die tientallen verschillende kronen, vorstenhoeden, baretten of mutsen op zijn zorgelijk hoofd.

Nog afgezien van de verkeerstechnische en communicatieve moeilijkheden om in de zestiende eeuw grote territoria werkelijk te beheersen. Er zijn vele portretten van deze rijkste erfgenaam aller tijden en allemaal laten ze een man zien, getekend eerder door een besef van loodzware verantwoordelijkheid dan van zelfbewuste dadendrang of hooghartige allure.

Een man die zich ervan bewust was dat hij die enorme macht niet had veroverd, maar dat ze hem was opgedragen volgens de allerhoogste wil en dankzij een soort mystieke genetisch-dynastische uitverkorenheid. ‘Macht’ betekende daarom allereerst ‘plicht’ en ‘opdracht’ en de ongewone gratie Gods was een tweesnijdend zwaard. 

Uitdagingen voor Karel V

In een mooie genuanceerde en helder geschreven studie ter gelegenheid van zijn vijfhonderdste verjaardag heeft de geziene Duitse historicus Ernst Schulin in zijn Kaiser Karl V. Geschichte eines übergroßen Wirkungsbereiches nu vooral het hele complex van vragen en discussiepunten in kaart gebracht, dat deze meest Europese van alle monarchen heeft opgeroepen en speciaal zijn diffuse uitstraling. Schulin laat zien hoezeer Karel V op een snijpunt stond van politieke, culturele, economische en religieuze probleemcomplexen en ontwikkelingen van verval en vernieuwende krachten; op een snijpunt ook van de overgang van late Middeleeuwen via Renaissance en Reformatie naar een modernere wereld.

Een ongeëvenaarde wirwar van moeilijkheden en mogelijkheden die voor geen enkele tijdgenoot in hun consequenties waren te overzien, maar niemand stond dermate in het hart van dat alles: Daar was de opkomst van de Spaanse staat met een nog onvoorspelbare Atlantische dimensie; daar waren de Nederlanden, handelscentrale waar een dynamische modern- kapitalistische samenleving bezig was te ontluiken.

Daar was de even heilige als logge machinerie van het Rijk, in de geschiedenis wel ongeëvenaard aan ingewikkelde onoverzichtelijkheid qua formele en praktische machtsverhoudingen, permanent dringend aan hervormingen toe, en daar was vooral de Kerk, waar het eveneens borrelde; een aanzwellende renovatiebeweging die door Luther, die achteruit kijkende revolutionair, een onverwachte kant werd opgestuwd. Daar was de oude rivaliteit met de Paus in Italië en daar waren de sterke Turken, die de keizer als wereldlijk hoofd van de christenheid moest en wilde bestrijden, en daar was ook nog Frankrijk dat overal vanuit de eigen machtspolitieke ambities dwarslag. 

Karel koos niet voor een Duitse koers en kerkreformatie tegen Rome, maar evenmin voor het Vaticaan en Italië 

Karel V koos niet voor een Duitse koers en kerkreformatie tegen Rome, maar evenmin voor het Vaticaan en Italië. Hij koos niet voor een denkbaar westers zwaartepunt, voor een Spaans- Atlantische koers, of omgekeerd voor herstel van een Bourgondisch middenrijk met de economisch zo sterke Nederlanden als kern en Engeland als bondgenoot, tegen Frankrijk gericht. Hij koos ook niet voor een Habsburgs-Oostenrijkse huismachtpolitiek.

Hij sloot echter niets van al die opties definitief uit. Hij worstelde bewust-onbewust met een ware hydra van uitdagingen, van hervormingseisen en herstelidealen zoals het universele keizerschap uit de Middeleeuwen en de eenheid van het geloof dat om een nieuwe kruistocht vroeg, iets dat hij vermoedelijk als allermooiste opdracht voor zich zag; zonder blind te zijn voor het belang van veel van die andere factoren. 

Karel V was een halve middeleeuwer

Aangezien na Karel die centrifugale ontwikkeling naar nationale staten overal, ook binnen het Rijk doorzette, paste deze overtuigde restaurateur in een revolutionair getij ook in geen enkele nationale geschiedschrijving. Voor de Franse historici bleef hij vooral de Habsburgse tegenstander, voor Nederland een moeilijk te plaatsen figuur die weliswaar lichtend afstak bij de ‘de tiran Filips II’ maar als grote tegenstander van de Reformatie toch ook weer niet helemaal in een vaderlandse geschiedenis thuishoorde, die feitelijk pas na zijn vertrek met de Opstand begon.

Voor de Duits-Pruisische geschiedschrijving was hij de keizer die de verkeerde keuze had gemaakt, niet eenduidig vóór Duitsland tegen Italië-Rome; een geluid dat bij alle sympathie ook in een beroemde biografie van een van de grootste Karel-kenners, Brandi nog doorklinkt. Italianen zagen in hem de Oostenrijkse overweldiger en dachten aan de beruchte moorddadige plundering van Rome in 1527 en voor de Oostenrijkers was hij toch te weinig de eigen vorst geweest, in tegenstelling tot zijn broer en de latere Habsburgers.

Zijn leven was een permanente rondreis en door al zijn bezittingen was hij een dakloze. Alleen een groot schilder kon zo de kern van zijn persoonlijkheid treffen. Voor de arme historici, die het voortdurend met een omhaal van woorden moeten doen, mist zijn beeld duidelijke contouren. Voor velen was hij nog half een middeleeuwer die, door een zowel in religieus als politiek opzicht onbereikbaar universalistisch ideaal gedreven, bij al zijn inzet en plichtsgevoel en ook gedeeltelijke successen een onmogelijke erfenis achterliet.

Met vijftien jaar heer in de Nederlanden, met negentien jaar keizer werd zijn vrijwillige abdicatie op 55-jarige leeftijd als bekentenis opgevat dat hij zijn bovenmenselijke opdracht niet had kunnen uitvoeren. Zijn afdanking was sober, wars van alle theatrale allure, bijna Nederlands-modern aandoend. De man, die over een ontzaglijke status en een soevereiniteitsperimeter beschikte, beklemtoonde daarmee nadrukkelijk dat hij zich tegenover de hemel een zwak en afhankelijk mens voelde.

Voor de ‘if-geschiedenis’, die de gemiste kans of andere mogelijkheden als contrahistorie graag uitspint, is Karel V, zoals Schulin hier treffend laat zien, een rijke bron. In hoeverre stonden die huwelijkspolitiek, die toevallig in zijn persoon culmineerde, en dat rijk dat geen rijk maar een dynastische synthese was, haaks op autonome krachten van nationale, culturele, economische aard? Werden hier ontwikkelingen afgebroken, vertraagd of blijvend omgebogen? 

Spanje en de Lage Landen, later België en Oostenrijk, werden ongemakkelijke bedgenoten

Spanje en de Lage Landen, later België en Oostenrijk werden ongemakkelijke bedgenoten en Nederland dankt aan die problematiek zijn ontstaan als eigen natie en staat. Zelfs scheidingen laten echter hun onuitwisbare eeuwenlange sporen na. Het ontstaan en lot van latere staten en hun nationale cultuur kon afhangen van enkele in die eeuw al dan niet tot stand gekomen huwelijken. Zo gezien is de voltooid verleden tijd ook na vijfhonderd jaar nog een ongeschikte werkwoordsvorm.