Jeroen Dijsselbloem, voormalig PvdA-minister van Financiën, is dit jaar voorzitter van de Libris Geschiedenis Prijs. Hij roemt zijn voorganger SDAP-minister Piet Lieftinck, vanwege zijn moed om na de Tweede Wereldoorlog hard in te grijpen en ‘s lands monetaire beleid op orde te brengen.
Wanneer maakte u kennis met de econoom Piet Lieftinck?
‘Ik ben afgestudeerd in landbouweconomie in Wageningen en voor die ene studie heb ik drie doctoraalscripties geschreven, waaronder één in de sociaal-economische geschiedenis. Ik stuitte op Pieter “Piet” Lieftinck (1902-1989) in verband met mijn scriptie over het Plan van de Arbeid uit 1935 van de SDAP. Dit plan was een reactie op het ontoereikende regeringsbeleid van premier Colijn in de crisisjaren dertig. De sociaal-democraten stelden voor om meer werkgelegenheid te scheppen door onder meer de aanleg van openbare werken te stimuleren.’
Schreef Lieftinck mee aan het Plan van de Arbeid?
‘Nee, hij zat destijds in de linkervleugel van de CHU. Maar hij sympathiseerde wel met het Plan; dat zie je later ook terug in zijn beleid. Hij werd in 1945 minister van Financiën en zou op het departement blijven tot 1951. Daarna vertrok hij naar het pas opgerichte Internationaal Monetair Fonds en de Wereldbank.’
Hoe belandde hij in de politiek?
‘Door zijn gevangenschap in kamp Sint-Michielsgestel tijdens de Tweede Wereldoorlog. Lieftinck had in de VS economie gestudeerd en niet lang na zijn terugkeer werd hij op zijn 32ste hoogleraar economie aan de latere Erasmus Universiteit. In de oorlog was hij een van de vooraanstaande Nederlanders die geïnterneerd werden in Sint-Michielsgestel. Daar discussieerde hij vanaf 1942 als een van de “Heeren Zeventien” over wat er in een bevrijd Nederland moest gebeuren. Ook bespraken de heren het plan om de PvdA op te richten, de fusiepartij waarvan hij na de oorlog meteen lid werd.’
Indrukwekkend?
‘Zeker. Lieftinck staat voor een generatie intellectuelen die over de zuilen heen, gedreven door idealisme en optimisme, met enorme werklust vormgaf aan de wederopbouw van Nederland.’
Wat is zijn grootste wapenfeit?
‘Hij staat bekend om “het tientje van Lieftinck”, dat iedere Nederlander in de zomer van 1945 kreeg tijdens een actie om het vele zwarte geld dat in omloop was van de markt te halen. Ook devalueerde hij 1949 de gulden, waardoor de munt in één klap 30 percent minder waard werd. Hij schuwde keiharde maatregelen niet.’
Heldhaftig?
‘Er was moed nodig voor zijn ingrijpen. Zijn dochters hebben me verteld dat zijn optreden hem niet geliefd maakte; zij kregen dat zelf ook te horen. Maar Lieftinck deed wat hij nodig achtte om de economie weer gezond te maken en bekommerde zich niet om zijn persoonlijke populariteit.’
Ziet u paralellen met uw eigen leven?
‘Toen ik als voorzitter van de Eurogroep harde maatregelen moest nemen om de Griekse economie te saneren, heb ik weleens aan hem moeten denken.’
Alies Pegtel is historicus en journalist.
Dit artikel is exclusief voor abonnees