Bomaanslagen, brandstichting, sabotage en vernieling. Vooral in de jaren zeventig en tachtig floreert het gewelddadige activisme uit linkse hoek. Stadsguerrillo’s, antifascisten en radicale dierenactivisten gebruiken in toenemende mate geweld om hun ideologie kracht bij te zetten.
Iemand om zeep helpen is in onze ideologie volkomen vanzelfsprekend.’ Vrij Nederland tekent het citaat op uit de mond van een Rode Jeugd-aanhanger, op 7 augustus 1971. Deze van oorsprong maoïstische beweging omarmt een anarchistisch radicalisme dat geweld niet schuwt. De BVD ziet een gevaar voor de openbare orde en veiligheid en probeert door infiltraties greep te krijgen op de radicalen. Wanneer de Rode Jeugd uit elkaar valt in diverse splintergroeperingen, krijgt vooral het Rood Verzetsfront (RVF) een grimmiger karakter, al blijkt het ‘om zeep helpen’ in de praktijk mee te vallen. Internationale terroristen van divers pluimage strijken deze jaren in Nederland neer, zoals de RAF, het Japanse Rode Leger en radicale Palestijnen, en beïnvloeden het Nederlandse politiek activisme. Een groepje linkse activisten gaat op trainingskamp in Jemen om de beginselen van het terrorisme te leren. Anti-impi’s, zo noemt de BVD de rijke schakering actiegroepen, die de ideologie
delen dat het westers imperialisme schuldig is aan alle onrecht in de wereld.
De meest extreme uitwas van deze ideologie is de bomaanslag op het huis van Aad Kosto, opgeëist door RARA. Onder deze naam opereren professionele radicalen die hun acties goed voorbereiden. Een andere vorm van geweld komt uit de radicale krakershoek en in toenemende mate van de milieu- en dierenactivisten.
De media besteden doorgaans wel aandacht aan de lange reeks (bom)aanslagen en brandstichtingen, maar de kritiek treft vooral het gebrekkige functioneren van de BVD. Er is geen breed maatschappelijk draagvlak voor een harde aanpak van het radicale politiek activisme. Nederland wil ‘West-Duitse toestanden’ vermijden en meent dat stringente maatregelen het geweld
juist zouden kunnen aanwakkeren.
De gewelddadige acties veroorzaken niet meer dan een rimpeling aan het oppervlak. Pas met de moord op Pim Fortuyn in 2002 wordt de maatschappij werkelijk in haar fundament geraakt.
Dit artikel is exclusief voor abonnees