Nostalgische documentaire over ‘swinging Londen’
People try to put us down (talkin’ ’bout my generation). Wie deze regels niet kent, heeft de jaren zestig niet meegemaakt. Ze komen uit het nummer ‘My Generation’, waarmee The Who in 1965 de oudere generatie de stuipen op het lijf joeg. Het nummer bezingt de jonge generatie, die geen boodschap meer heeft aan ouderen: Why don’t you all fade away? Om de boodschap kracht bij te zetten maakte The Who er een gewoonte van om versterkers en gitaren aan het einde van hun optredens kapot te slaan.
Wie iets van die opwinding wil (her)beleven, moet de Britse documentaire My Generation gaan zien. Daarin voert acteur Michael Caine de kijker door de jaren zestig aan de hand van zijn leven in die tijd. Dat hij eigenlijk net te oud was voor de babyboomgeneratie besefte Caine zelf maar al te goed in de jaren zestig. In een grappig interviewfragment uit 1966 merkt de toen 33-jarige op dat hij zich al een opa voelt.
‘Drugs ruïneerden aan het einde van het decennium de jaren zestig.’
Verwacht van My Generation, waarin onder meer Paul McCartney terugblikt, geen kritische blik op de jaren zestig. De documentaire is een nostalgietrip naar de tijd dat de kwestie of de Beatles of de Rolling Stones de beste band waren van levensbelang was. Dat My Generation een Britse film is, blijkt uit de beperkte geografische blik. De film richt zich bijna uitsluitend op Engeland met als epicentrum swinging Londen. Lekker chauvinistisch, maar wie dat de Britse makers vergeeft, ziet een aanstekelijke film met geweldige archieffragmenten. Na afloop overheerst de treurige gedachte dat jongeren nooit zoveel toekomst hadden als in de jaren zestig.
Jos van der Burg is filmrecensent bij Het Parool en de Filmkrant.
Dit artikel is exclusief voor abonnees