De Verenigde Staten leggen sancties op aan Sudan omdat het leger chemische wapens zou hebben gebruikt in de burgeroorlog in het land. Volgens The New York Times zette de Sudanese legerleider Burhan chloorgas in bij gevechten met de paramilitaire eenheid Rapid Support Forces (RSF). Tijdens de Eerste Wereldoorlog gebruikten Duitse soldaten al chloorgas bij Ieper, maar de geschiedenis van chemische wapens gaat veel verder terug.
Oude Griekse mythen verwijzen vaak naar ‘biochemische’ oorlogvoering in de vorm van giftige pijlen. Zo bedacht Odysseus niet alleen de list van het houten paard, maar smeerde hij zijn pijlen ook in met dodelijk gif. Het woord ‘toxisch’ (‘giftig’) is niet voor niets afgeleid van het Griekse woord voor pijl: toxon.
In de vijfde eeuw voor Christus gebruikten de Spartanen al brandende projectielen met zwavel om Athene te verslaan bij het stadje Plataan. En in de vierde eeuw voor Christus schreef de Griekse oorlogstacticus Aineias over het besmetten van stilstaande wateren tijdens een belegering. Hij gaf ook tips om belegeraars die tunnels onder een stadsmuur groeven tegen te werken: daarvoor moest men wespen of bijen loslaten in de tunnels.
Over Hannibal wordt gezegd dat hij tijdens een zeeslag aardewerken potten met giftige slangen op zijn vijanden afvuurde. Ook stinkende kamelen werden gebruikt: toen Croesus van Lydië in 548 v. Chr. de Slag bij Thymbara dreigde te verliezen, zette hij zijn boogschutters op de kamelen die hij normaal als lastdieren gebruikte. Hij stuurde deze ‘camelerie’ op de paarden van de tegenstander af, die snel de benen namen voor de stank van de kamelen.
Ook dierenkadavers en verhit zand waren populaire ‘biologische wapens’ om een slag te winnen. Van structurele inzet van biochemische wapens was in de Oudheid geen sprake.Het enige chemische middel dat op grote schaal lijkt te zijn gebruikt was het zogeheten Griekse Vuur: een Byzantijnse voorloper van de vlammenwerper.
