Home Weergaloze spionne Krystyna Skarbek

Weergaloze spionne Krystyna Skarbek

  • Gepubliceerd op: 19 april 2021
  • Laatste update 11 dec 2023
  • Auteur:
    Eric Palmen
  • 9 minuten leestijd
Foto van Krystyna Skarbek.

De Poolse barones Krystyna Skarbek, alias Christine Granville, werkte als geheimagent voor de Britten. Ze legde contact met het Poolse verzet, regelde hulp voor ontsnapte krijgsgevangenen en redde een collega uit handen van de Duitsers. Maar ze kreeg niet de erkenning die ze verdiende.

‘Zet Europa in lichterlaaie.’ Met die woorden gaf de Engelse premier Winston Churchill in juli 1940 groen licht voor de oprichting van de Special Operations Executive (SOE). Het Verenigd Koninkrijk stond met de rug tegen de muur en had nog maar één bondgenoot: het ondergrondse verzet op het Europese continent. Via de SOE wilde het bijdragen aan industriële en militaire sabotage, terroristische acties tegen de Duitse legertop, stakingen, boycots en oproeren, zodat de vijand zijn handen vol had aan de bezette gebieden. Maar Engeland wilde ook het defaitisme bestrijden, want na de Blitzkrieg van het Derde Rijk was de verslagenheid in Europa groot.

Churchill geloofde heilig in guerrillaoorlog als instrument; hij had deze aanpak leren kennen als verslaggever tijdens de Tweede Boerenoorlog in 1899. Ook de effectieve guerrillastrijd van de IRA tijdens de Ierse onafhankelijkheidsstrijd van 1919-1921 was een pijnlijke les geweest. Van de Ieren leerden de Engelsen ook dat het goed was om vrouwen te laten meedoen aan de strijd.

De geliefden Krystyna Skarbek en Andzrej Kowerski werken nauw samen als spionnen.
De geliefden Krystyna Skarbek en Andzrej Kowerski werken nauw samen als spionnen.

Skarbek op ski’s door het Tatra-gebergte

Toen de SOE in het najaar van 1940 van start ging met de rekrutering en training van agenten, was één vrouw al een jaar actief voor de Britse geheime dienst. De Poolse barones Krystyna Karbek en haar echtgenoot Jerzy Giżycki waren net op reis in Zuid-Afrika toen Adolf Hitler op 1 september 1939 Polen binnenviel. Ruim twee weken later, op 17 september, stak het Rode Leger de oostgrens over om zijn deel van het Poolse grondgebied te claimen, zoals overeengekomen was in de geheime clausules van het Ribbentrop-Molotov-pact. Krystyna Skarbek was wanhopig. Haar Joodse moeder zat nog in Warschau, evenals haar oudere broer Andzrej. Ze wilde terug, koste wat het kost. En ze wilde wat doen. Skarbek en Giżycki reisden naar Engeland en werden kort na aankomst in Londen via een bevriende journalist geronseld door een voorloper van de SOE.

15 vrouwelijke spionnen van de SOE gedood

Hoewel er binnen de gelederen van de SOE de nodige weerstand bestond tegen de inzet van vrouwen voor de gewapende strijd, zou de organisatie uiteindelijk 38 geheimagentes in Frankrijk droppen. Vooral als koeriersters speelden vrouwen een belangrijke rol in de verschillende circuits, die door de mannelijke organisers van de SOE in de bezette gebieden werden opgericht. Reizende vrouwen waren minder verdacht, vooral toen volwassen mannen steeds vaker werden opgeroepen voor de arbeidsinzet in Duitsland. Ook als radiotelegrafist werden vrouwen geschikt bevonden.

Alleen de functie van organiser was volgens de SOE een typische mannenrol. De organisatie vreesde dat binnen de katholieke gelederen van het Franse verzet de leiding van een vrouw niet geaccepteerd zou worden. Onzin, volgens Pearl Witherington. Zij nam na de arrestatie van haar organiser Maurice Southgate de leiding van het circuit op zich, en ze deed dat met verve. De gemiddelde leeftijd van de vrouwen was op het moment van uitzending dertig.

Vijftien agentes zouden de oorlog niet overleven. Cecily Lefort, de eerste koerierster van Francis Cammaerts, werd geëxecuteerd in vrouwenkamp Ravensbrück, net als Denise Bloch en Violette Szabo. Verschillende agentes kwamen in Natzweiler terecht, het beruchte Nacht-und-Nebel-kamp in de Elzas. In Dachau zouden vier SOE-agentes worden geëxecuteerd. Drie vrouwen kwamen om tijdens hun missie

In februari 1940 doorkruiste Krystyna Skarbek op ski’s het Tatra-gebergte aan de Poolse-Sloveense zuidgrens. Haar begeleider Janek Murusarz – een oud-olympisch skikampioen – wist in het ruige, steenkoude gebergte de weg naar de schuilhutten moeiteloos te vinden. Levensreddende kennis: in de nacht dat hij en Krystyna de grens overstaken, waren zo’n dertig vluchtelingen uit Polen tijdens een sneeuwstorm doodgevroren.

Krystyna kwam in een gehavend Warschau aan en bezocht haar moeder in het centrum van de stad, maar die weigerde te vluchten. Ze was ervan overtuigd dat het voor haar als bankiersdochter zo’n vaart niet zou lopen. Een pijnlijke misvatting, die haar uiteindelijk het leven zou kosten.

Krystyna komt met bewijs voor een naderende Duitse invasie van Rusland

Vanuit Londen kreeg Krystyna een dubbele missie mee. Via contrapropaganda moest ze zorgen dat het defaitisme in het bezette Polen niet de overhand kreeg en dat het geloof in het Britse bondgenootschap overeind bleef. Met dat defaitisme viel het overigens wel mee: een maand na de bezetting verschenen de eerste ondergrondse kranten in Warschau. Polen zou in een mum van tijd de grootste verzetsbeweging van Europa opbouwen. Wel had het vertrouwen in de Britten een behoorlijke knauw gekregen. Na de oorlogsverklaring aan het Derde Rijk, die 48 uur op zich liet wachten, gooiden Britse vliegtuigen geen bommen op Duitsland, maar flyers. De toegezegde militaire steun aan de Polen bleef eveneens uit.

Poolse verzetsstrijders tijdens de Opstand van Warschau, oktober 1944.
Poolse verzetsstrijders tijdens de Opstand van Warschau, oktober 1944.

Hulp aan krijgsgevangenen

Voor het tweede deel van haar opdracht – informatie inwinnen – legde Krystyna contacten met de Musketiers, de verzetsbeweging van Stefan Witowski. Ze smokkelde een schat aan gegevens op microfilm de grens over: de locatie van munitiefabrieken en pas aangelegde vliegvelden in Polen, de grootschalige inzet van gedwongen arbeid, details over een nieuw type onderzeeër dat in Gdansk werd gebouwd.

Tijdens haar tweede missie in november 1940 bracht ze volgens Churchill de kers op de taart. De Musketiers hadden de Duitse troepenconcentraties aan de oostgrens van Polen nauwlettend in kaart gebracht. Onmiskenbaar waren de voorbereidingen op Operatie Barbarossa, de invasie van de Sovjet-Unie, in volle gang. Toen Jozef Stalin ermee werd geconfronteerd, deed hij de informatie af als een zielige poging van Churchill om hem los te weken van zijn bondgenoot in Berlijn.

Krystyna imponeerde haar meerderen in Londen nog het meest met een activiteit die feitelijk buiten haar opdracht viel: de organisatie van vluchtlinies voor ontsnapte Poolse en Britse krijgsgevangenen. Ze deed dat met haar contactpersoon in Hongarije en minnaar Andzrej Kowerski. Kowerski had in Boedapest een netwerk van safehouses opgezet, waar ontsnapte krijgsgevangenen na een barre tocht door Polen en Tsjecho-Slowakije werden opgevangen. Van daaruit werden zij, met hulp van de Britse ambassadeur sir Owen O’Malley in Boedapest, via Frankrijk en Spanje naar Engeland overgebracht.

In januari 1941, toen Hongarije zich onder het regime van Miklós Horthy meer en meer als een Duitse vazalstaat begon te ontpoppen, werd de grond hun te heet onder de voeten. Krystyna en Andzrej reisden met Britse papieren die hen door O’Malley waren verstrekt via de Balkan en Turkije naar Caïro en namen een nieuwe identiteit aan: Christine Granville en Andrew Kennedy. Ze arriveerden er in mei 1941.

Laatste wapenfeit van Skarbek

Hoe succesvol Krystyna Skarbek ook was met haar missies, haar Poolse landgenoten in Londen vonden haar hoogst verdacht. Dat kwam vooral door de interne tegenstellingen binnen de Poolse gemeenschap. De regering in ballingschap, onder leiding van generaal Władysław Sikorski, erkende alleen haar eigen verzetsbeweging als legitiem. De Musketiers van Witoswki hoorden daar niet bij. Bovendien werd Krystyna vooral gezien als een agent die voor de Britten werkte, niet voor het Deuxieme Bureau, de geheime dienst van Sikorski.

Tot haar verbijstering nam de SOE verdachtmakingen aan haar adres vrij serieus, al was het maar om de Poolse regering in ballingschap niet voor het hoofd te stoten. Twee jaar lang stonden Krystyna en Andrzej, tot hun grote frustratie, werkeloos aan de kant. ‘Ik ben alles en iedereen zo zat dat ik steeds meer een onbewoond eiland word,’ schreef Krystyna aan haar hartsvriendin Kate O’Malley, de dochter van de ambassadeur.

Uiteindelijk bestond er binnen de SOE geen bezwaar tegen de inzet van Krystyna elders in Europa. Colin Gubbins, sinds september 1943 het hoofd van de SOE, zag geen enkele reden haar loyaliteit nog langer ter discussie te stellen. Krystyna kon aan de slag in Zuid-Frankrijk als koerierster in het ondergrondse netwerk van SOE-agent Francis Cammaert. Ze werd in de nacht van 7 op 8 juli 1944 geparachuteerd in de buurt van Vassieux-en-Vercors. Daar had het Franse verzet een Vrije Republiek uitgeroepen. Een provocatie, die de Duitsers met een hevig luchtbombardement en een troepenmacht van 14.000 man beantwoordden. De 4000 lichtbewapende verzetslieden maakten geen schijn van kans. Cammaerts wilde met zijn kersverse koerierster de verzetsactiviteiten van de SOE en het verzet in de regio stroomlijnen tot doelgerichte sabotageacties.

Nog steeds geen biopic

In 1953 waren er al plannen voor de verfilming van het bijzondere levensverhaal van Krystyna Skarbek alias Christine Granville. Sarah Churchill, de dochter van Winston en Clementine, zou de rol van Christine spelen. Van die plannen kwam niets terecht. Uiteindelijk haalden de belevenissen van twee andere SOE-agentes het witte doek. Odette uit 1950 ging over de oorlogservaringen van Odette Samson. Het tragische levensverhaal van Violette Szabo was het onderwerp van Carve Her Name with Pride uit 1958. Beide films veranderden voorgoed de blik van de Britten op de moedige rol van de SOE-agentes tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ze maakten kennis met de fysiek uitdagende trainingen van de vrouwen, de verhoormethodes van de Gestapo en de ontberingen in concentratiekamp Ravensbrück. Beide vrouwen waren moeders, wat hun biopics een tragische dimensie geeft. Heldenmoed was in de publieke beleving niet meer louter een mannenaangelegenheid.

En de verfilming van het verhaal van Christine Granville? In 2007 kondigde de Poolse regisseuse Agnieszka Holland een nieuwe poging aan, maar ook die megaproductie werd in de ijskast gezet. Wel is er de onvolprezen documentaire van Mieczyslawa Wazacz, No Ordinary Countess, uit 2010. Daarin zegt Francis Cammaerts over zijn voormalige koerierster: ‘Christine leefde in een verwoeste wereld, maar dat heeft haar absoluut niet verbitterd.’

Na de invasie in Normandië planden de geallieerden in augustus 1944 met een landing op de Côte d’Azur een tweede front in Frankrijk. Cammaerts droeg zijn koerierster op naar Briançon af te reizen, met een boodschap voor de de Italiaanse partizanen aan de andere kant van de Alpen; die moesten voorkomen dat de Duitse troepen in Italië tijdens de invasie in Zuid-Frankrijk bij Briançon de grens zouden oversteken.

Drie dagen voor de landing werd Cammaerts tijdens een routinecontrole in de buurt van Lagarde gearresteerd en overgebracht naar het hoofdkwartier van de Gestapo in Digne. Krystyna was de wanhoop nabij. Via een plaatselijke gendarme arrangeerde ze een ontmoeting met het hoofd van de Gestapo in Digne, de Belg Max Waem. Krystyna besloot open kaart te spelen en maakte zich bekend als een Britse agente. Ze liet Waem een eenvoudig keuze: wanneer de geallieerden eenmaal in Digne waren gearriveerd zou hij worden overgeleverd aan een woedende menigte of aan de Amerikanen. Waem haalde bakzeil; Francis Cammaerts kwam op vrije voeten. Twee dagen later trokken de Amerikanen Digne binnen. De redding van Cammaerts was Krystyna’s laatste wapenfeit.

In Frankrijk poseert Skarbek voor een opgeblazen brug bij Embrun, augustus 1944.

Skarbek met de nek aangekeken

Na de oorlog kon Krystyna moeilijk haar draai vinden in Londen, terwijl een terugkeer naar haar vaderland vanwege het communistische regime uitgesloten was. De Britse regering van Clement Attlee legde een verbijsterende onverschilligheid aan den dag voor de Polen die noodgedwongen achtergebleven waren in Engeland. Zij werden er met de nek aangekeken. Poles go home was favoriete graffiti in een stad die de heroïsche rol van de Poolse piloten tijdens de Slag om Engeland kennelijk vergeten was.

Aan boord van het cruiseschip ontmoet ze haar moordenaar

Krystyna moest hemel en aarde bewegen om het Britse staatsburgerschap te verwerven. Het viel de dienstdoende ambtenaar op dat ze de afgelopen vijf jaar nauwelijks in het Verenigd Koninkrijk had doorgebracht – een voorwaarde voor naturalisatie. De ironie van de situatie scheen hem volledig te ontgaan.

Krystyna leidde een bestaan van twaalf ambachten en dertien ongelukken. In 1951 werd ze aangenomen als stewardess op de lijndiensten van de New Zealand Shipping Company. In die functie leerde ze haar toekomstige moordenaar kennen. Dennis Muldowney, een collega op het cruiseschip, accepteerde niet dat ze hun kortstondige relatie verbrak. De vrouw die de Gestapo niet vreesde, was als de dood voor een man die haar volgde als een schaduw, zo bekende ze aan Kate O’Malley. In de avond van 15 juni 1952 wachtte Muldowney haar op in de lobby van het Shelbourne Hotel aan Cromwell Road, waar ze sinds het einde van de oorlog verbleef. Hij dreef een mes van dertien centimeter in haar hart. ‘To kill is the final possession,’ verklaarde hij aan de politie. De ultieme drijfveer van iedere stalker.

Meer weten:

  • The Spy Who Loved. (2012) door Clare Mulley is een meeslepende biografie.
  • The Elusive Madama G. (2014) door Ron Nowicki ontkracht sterke verhalen, maar laat haar nagedachtenis intact.
  • SOE in France (1966/2004) door Michael R.D. Foot belicht het werk van de Britse geheime dienst in bezet Frankrijk.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Dit artikel is gepubliceerd in Historisch Nieuwsblad 5 - 2021