Het lekken van zo’n 90.000 geheime documenten via de website WikiLeaks zorgde vorige maand voor opschudding. Sommige historici trokken direct een parallel met de beroemde Pentagon Papers, die in 1971 eveneens door een lek in het bezit kwamen van de New York Times. De krant publiceerde uitvoerig op basis van deze documenten en kon zo aantonen dat de Amerikaanse regering twintig jaar lang systematisch had gelogen over de doelen achter de Vietnam-oorlog.
In de Verenigde Staten dragen duizenden archiefstukken het label ‘top secret’. Zelfs na tientallen jaren bevatten deze documenten nog gevoelige informatie. De regering geeft ze daarom liever niet vrij. Een speciale afdeling van de George Washington University vraagt regelmatig materiaal op door zich te beroepen op openbaarheidwetten. Onderzoekers publiceren de interessantste stukken op hun eigen website, The National Security Archive. Liefhebbers van overheidsgeheimen, doofpotten en spionageschandalen kunnen hier hun hart ophalen.
Meestal publiceert de website niet alleen de originele documenten, maar schrijven de onderzoekers er ook een uitgebreid verhaal bij dat het belang van de stukken toelicht. Ook staan er prachtige historische foto’s bij de artikelen. De website probeert regelmatig aan te sluiten bij de actualiteit. Een mooi voorbeeld is de recente publicatie van een serie documenten die aantonen hoe de regering-Nixon vier decennia geleden in het geheim plannen maakte om eens en voor altijd met het ‘probleem Noord-Korea’ af te rekenen. In de beleidsmemo’s is terug te lezen hoe Nixon en zijn veiligheidsadviseur Henry Kissinger zelfs de inzet van nucleaire wapens overwogen.
De website is ingedeeld in overzichtelijke categorieën. Dit maakt het makkelijk en leuk om erop te grasduinen, zelfs wanneer je niet op zoek bent naar specifieke informatie. Rechtstreekse verwijzingen naar de boeiendste stukken staan in de teksten. Voor de ware liefhebber is het, zij het soms na even zoeken, mogelijk nog duizenden andere documenten uit het archief op te halen.
De ‘officiële’ tegenhanger van het National Security Archive is het eigen openbare, digitale archief van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken. Op deze website, met de naam Office of the Historian, publiceert het ministerie beleidsdocumenten die zij rijp acht voor openbaarmaking. Hier wordt het verhaal verteld zoals de Amerikaanse regering dat zelf graag ziet.
Het archief richt zich vooral op de periode van Kennedy tot Ford (1961-1977). De site bevat zeer veel documenten en prachtig beeldmateriaal in goede staat, maar is uiteraard weinig kritisch. Bovendien worden veel documenten uitgebreid geredigeerd voor publicatie op de site. Grote onthullingen vallen hier dan ook niet te verwachten.
Zeker niet onaardig, en meer op het grote publiek gericht, is de website van het Cold War International History Project, dat alleen de Koude Oorlog behandelt. De site bevat een flink archief met beleidsstukken en correspondentie met machthebbers in Moskou, maar ook veel audiovisueel materiaal. Doordat er veel aandacht is besteed aan de vormgeving van de site is dit een buitengewoon aantrekkelijke bron van informatie. Erg leuk is verder dat bezoekers aanwijzingen krijgen hoe ze zelf in de documenten antwoorden op fascinerende historische vraagstukken kunnen vinden.