Home Wat willen we weten over ons verleden?

Wat willen we weten over ons verleden?

  • Gepubliceerd op: 24 maart 2005
  • Laatste update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Herman Pleij

De kogelgaten die herinneren aan de moord op Willem van Oranje zijn pas later aangebracht. Dat was goed voor het sentiment maar slecht voor de waarheid. Nederlanders hebben behoefte aan een gemeenschappelijk verleden maar aan wandbordjeswijsheid hebben we niets.


In tegenstelling tot andere wetenschappers zeggen historici niet graag dat hun bedrijf nut heeft of ergens toe zou kunnen dienen. Nou goed dan, tot beschaafde verstrooiing wellicht. Inmiddels worden we links en rechts gepasseerd door een massa die het ‘wij-gevoel’ graag van historische fundamenten wil voorzien. Steeds meer mensen vragen zich af waar zij vandaan komen. Stamboom, stad en streek staan hevig in de belangstelling en creëren de zo begeerde gemeenschappelijkheid, met een prominente rol voor iedereen. En het tuinpad van mijn vader wordt inmiddels finaal platgelopen. Graag met z’n allen. Want de geschiedenis is toch gemaakt door gewone mensen? 
           
Twijfels over nut slaan pas toe als het over het verheven nationaal verleden gaat. Daarin blijkt men dat wij-gevoel moeilijk kwijt te kunnen. Historici willen niet doorgaan voor moderne patriotten. Daarom wordt elke mogelijke trots de kop ingedrukt met ontmaskeringen die laten zien hoe het ‘eigenlijk’ zat. Tolerantie bestaat niet, want is louter eigenbelang. Het traditioneel ontbreken van structureel geweld in Nederland is maar schijn en dus eerder lafheid. Hebben we in de voormalige koloniën niet lustig gemoord? Zulke analyses zijn even beperkt als de behaaglijke zelfbeelden die ze proberen te bestrijden. En al heet tolerantie in het vervolg pragmatiek, in de praktijk konden zeer velen ervan profiteren. 

Elke tijd wil iets anders weten van het verleden. Maar de overeenkomsten in de honger naar historie vanaf de Middeleeuwen tot nu zijn groter dan de verschillen. Naar middeleeuwse overtuiging gaf het verleden aan hoe het heden begrepen moest worden en de toekomst zou verlopen. Priesters stippelden het traject uit aan de hand van de bijbel en het boek der natuur. 
           
In wereldser gedaante bleek deze manipulatie van het verleden nog heel bruikbaar bij de stichting van de Republiek. Met het gezag van de wetenschap construeerden humanisten een gouden tijd aan het begin van de eigen geschiedenis. Toen leefden hier vissers en boeren met een geheel eigen identiteit, die haar hoogtepunt vond in hard werken en vreedzame harmonie. Dat resulteerde in een onverstoorbare welvaart en die kon op herhaling. Zo ging het immers steeds in de geschiedenis. 
           
Zoals de ondergang van Troje vrij baan maakte voor de bloei van Rome, zo werd de Amsterdamse weelde ingeluid door de verwoesting in 1300. Dat kondigt aartsengel Gabriël aan op de puinhopen aan het slot van Vondels Ghysbrecht van Aemstel in 1637. Tevreden knikken de regenten in de zaal elkaar toe: zo was het dus bedoeld, en zo is het ook gebeurd – het heden lag verscholen in het verleden. 
           
Vanaf de negentiende eeuw wordt de geschiedenis gebruikt om het vaderlandgevoel te versterken. Het nationaal verleden als een groot gezin maakt carrière. Helden van vroeger gaan ‘vader’ heten, van Vader Cats tot Vader Drees, aangevoerd door Willem van Oranje als Vader des Vaderlands. 

Tegenwoordig willen we vooral meedoen. Zonder ons blijft het verleden bloedeloos. En omgekeerd. Daarom maken we zelf geschiedenis in Jorwerd. De gewone burger werpt zich op als deelnemer. En hij laat zich het verleden opdienen als themapark, met de mogelijkheid om de laatste wereldoorlog alsnog te winnen door rond te rijden in een oorlogsjeep. Daar is niets op tegen zolang historici zulke behoeftes maar nuchter blijven beantwoorden. 
           
De belofte van een gelukzalige eeuwigheid na de dood voldoet allang niet meer. De houvast van het geloof is eveneens vervlakt, en daarmee is het verleden van de eigen zuil eveneens verdwenen. Een onverdeelde nederzettingsgeschiedenis met markante erflaters voor alle gezindten is niet voorhanden, omdat de zuilen die eerst niet erkenden en de scholen zo’n vanzelfsprekende constructie later nauwelijks onderwezen. 
           
Daarmee zijn de wegen geopend voor een nieuwe geschiedenis die beantwoordt aan het moderne wij-gevoel. Het nationaal verleden is daarin niet langer een verhaal over anderen, maar de gestolde erfenis van de eigen voorouders die opnieuw beleefd kan worden. Wij zijn ook familie van de inrichters en dwarsbomers van Nederland als geheel, niet alleen van de regio. 
           
De verweesde zingeving van de kerk kan overgeplant worden op dat meer algemene verleden. Daar moeten nu de antwoorden gevonden worden op het hoe, wat en waarom van het eigen bestaan. Want de gedachte dat men er zomaar is en zomaar weer verdwijnt blijft voor velen onverdraaglijk. Daarbij kan men de vragen formuleren op grond van hedendaagse bekommernissen.

Behoren moorden uit religieuze bevlogenheid bijvoorbeeld alleen tot de specifieke ontwrichtingen van botsende culturen in onze tijd? Als Willem van Oranje doodgeschoten wordt in 1584 (10 juli – nooit herdacht, aan geen enkel buitenland uit te leggen), denkt de katholieke Balthasar Gerards beloond te worden met de hemel. En was het hem niet gelukt, dan liepen er in Delft nog vier anderen rond met dezelfde verwachtingen. Zulke kennis relativeert. Zij helpt bij het naspeuren van verklaringen en ontwikkelingen. Wat Mohammed B. bewoog staat in tradities, die telkens weer anders uitpakken. Zulk inzicht maakt de moord op Theo van Gogh niet minder erg. Maar er valt een hoop te leren over nieuwe opties die zich in de toekomst kunnen voordoen.

Het hoeft zeker niet te blijven bij leren alleen. Zo kan men ook geëmotioneerd aanschuiven bij de doden en opnieuw met hen meeleven. Daarvoor lenen de kogelgaten in het Prinsenhof die herinneren aan de aanslag zich uitstekend. Zou men daar werkelijk virtuele knuffels kunnen deponeren? 
           
Of is de geschiedenis ter plekke opnieuw uitgevonden? Bij een restauratie zijn deze aandoenlijke gaten opnieuw aangebracht. Dat is goed voor het sentiment, maar slecht voor de waarheid. Dat lijkt van weinig belang, tot men zich realiseert hoezeer samenzweringstheorieën de analyse van politieke moorden beheersen. Dan leren de moorden op Kennedy, Fortuyn en Van Gogh dat juist kogelsporen de aandacht trekken. 
           
Met het reconstrueren, opnieuw uitvinden en verzinnen van een passend verleden houden we ons in leven. Daarom is de moord op Bonifatius in 754 bij Dokkum ook herschreven als een religieus bevlogen aanslag. Dat paste beter bij de latere bedrijfsvoering van het land. Schoorvoetend geven we nu toe dat de daders gewoon rovers waren uit wie martelarenmunt is geslagen.

De behoefte aan exploitatie van het verleden kan heel goed dienen als opstap naar verdere verdieping. Dan verschijnt de heksenwaag te Oudewater in beeld. Je schoonmoeder laten wegen door een gekostumeerde schout, om te bewijzen dat ze wel of juist niet deugt. Alleen hoeft er nu niet verzopen, gewurgd of verbrand te worden. 
           
Toen echter wel? In de Republiek hielden de vervolgingen toch al op voor 1600? Eigenlijk zijn er hier nooit executies van heksen geweest. Wat deed die waag dan in dat romantische Hollandse stadje? Het ziet ernaar uit dat men daar toen al oog had voor excentriek toerisme, dat de spot dreef met praktijken die elders nog volop plaatsvonden. Werkelijkheid en satire lopen wel meer door elkaar. Of is de voormalige voetbaltrainer van Oranje, Dick Advocaat, inmiddels toch gestenigd en opgehangen? 
           
De hang naar nieuwe houvasten in de geschiedenis verleidt algauw tot de constatering dat er niets nieuws onder de zon is. Dat geeft het veilige gevoel dat er geen verrassingen voor de deur staan. En dat er een van tevoren bedachte orde moet zijn, ook wel uitgedrukt in wandbordjeswijsheden. 
           
Historici moeten klaarstaan om duidelijk te maken dat zulke herkenning tot het oppervlakkige contact met het verleden behoort. Alleen het stellen van vragen voert naar verdieping. Dan doemen er uit de mist van het verleden mensen en gedachten op die respect verdienen, om contact vragen, troost geven en kunnen vertellen hoe het komt dat we zijn wie we zijn. Geschiedenis is religie die verifieerbaar is.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.