Home Vier filosofen over vrijheid

Vier filosofen over vrijheid

  • Gepubliceerd op: 31 mei 2022
  • Laatste update 13 okt 2022
  • Auteur:
    Rob Hartmans
Vier filosofen over vrijheid

Dit artikel krijgt u van ons cadeau

Wilt u onbeperkt toegang tot de artikelen op Historischnieuwsblad.nl? U bent al lid vanaf €1,99 per maand. Sluit hier een abonnement af en u heeft direct toegang.

Vier vrouwelijke filosofen dachten rond 1940 na over het begrip ‘vrijheid’. Hannah Arendt, Simone de Beauvoir, Ayn Rand en Simone Weil getuigden van hun opvattingen in fictie en non-fictie. Wolfram Eilenberger verklaart hun ideeën.

Vier jaar geleden publiceerde de Duitse filosoof Wolfram Eilenberger Het tijdperk van de tovenaars, over een ‘gouden decennium’ (1919-1929) in de geschiedenis van de filosofie. Centraal stonden vier filosofen, onder wie Wittgenstein en Heidegger, wier levens en ideeën hij verwerkte tot een zeer lezenswaardige collage. Na deze internationale bestseller heeft hij nu een boek geschreven over een ander decennium (1933-1943), waarin hij dezelfde methode hanteert om het verhaal van vier vrouwelijke filosofen te vertellen.

Van dit viertal zijn Hannah Arendt en Simone de Beauvoir het bekendst, zodat de nieuwsgierigheid van de lezer vooral uitgaat naar de andere twee. Ayn Rand was als de Joodse Alisa Rosenbaum in Sint-Petersburg geboren en vanuit de Sovjet-Unie naar de VS gevlucht. Voor ieder van de vier vrouwen vormde het begrip ‘vrijheid’ een zeer belangrijk thema – zowel in de filosofie als in hun persoonlijke leven –, maar allemaal vulden ze het op een andere manier in. In haar romans en theoretische geschriften bepleitte Rand een ‘rationeel egoïsme’; mensen die in eerste instantie aan hun naasten of aan de gemeenschap dachten, waren in haar ogen niet meer dan slaven. Een van haar invloedrijkste leerlingen was Alan Greenspan, die als hoofd van de Amerikaanse centrale bank decennialang het ongebreidelde kapitalisme predikte. Ook Mark Rutte heeft Rand geprezen als ‘grote geest’ van het liberalisme.

Voor Simone Weil kon de mens slechts vrij zijn samen met anderen. Geweld en ongelijkheid waren in haar ogen manifestaties van het kwaad en dienden dus bestreden te worden. Ze was afkomstig uit een welgestelde familie en ging als arbeider in een fabriek werken. Toen de Spaanse Burgeroorlog uitbrak, meldde ze zich als vrijwilliger om tegen Franco te vechten. Later trok de katholieke mystiek haar aan, al wilde ze tijdens de oorlog voor de bevrijding van Frankrijk vechten. Maar ze had een zwakke gezondheid en stierf op 34-jarige leeftijd.

Beauvoir zocht de vrijheid in het existentialisme, waarvan ze samen met Sartre de belangrijkste woordvoerder werd, terwijl Arendt zich vooral als politiek filosoof ontwikkelde. Bij haar ging vrijheid vooral om de actieve, handelende en mondige burger, die samen met anderen de samenleving vormgeeft.

Vier vrouwen dus met zeer uiteenlopende ideeën, die op Simone de Beauvoir na Joods waren en vluchtten voor een totalitair regime. Eilenberger vertelt hun levensverhaal met vaart, maar laat de context van hun ideeën vaak wat onderbelicht. Ook neigt hij in zijn streven om literair te schrijven soms naar het kitscherige. Maar al met al is Het vuur van de vrijheid een interessant en meeslepend boek over boeiende vrouwen in een turbulente en angstige tijd.

Het vuur van de vrijheid. De nieuwe wereld van Hannah Arendt, Simone de Beauvoir, Ayn Rand en Simone Weil

Wolfram Eilenberger

383 p. De Bezige Bij, € 36,99

Dit artikel is gepubliceerd in Historisch Nieuwsblad 6 - 2022