Home Tijdschrift: De Negentiende Eeuw

Tijdschrift: De Negentiende Eeuw

  • Gepubliceerd op: 23 oktober 2001
  • Laatste update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Wim Berkelaar

Los nummer ƒ 15,-. E-mail: VandeLaar@fhk.eur.nl


Onlangs overleed de televisiester Sylvia Millecam aan borstkanker. Millecam had nog in het land der levenden kunnen zijn als ze zich tot medisch specialisten had gewend. Maar dat weigerde ze. Millecam koos voor het alternatieve circuit van kwakzalvers, waarvan het orakel Jomanda de bekendste is. Een medisch specialist vroeg zich na de dood van Millecam verwonderd af hoe het toch mogelijk was dat een vrouw, die in het televisieprogramma Ook dat nog wekelijks aandacht vroeg voor consumentenbedrog, zichzelf zo door kwakzalvers liet belazeren.
        Historicus Jan Romein zou het wel weten. In zijn onvoltooide magnum opus Op het breukvlak van twee eeuwen zocht hij naar een verklaring voor de ‘honderd en een profeten’, die rond 1900 alternatieve geneeswijzen en levensbeschouwingen propageerden. De marxist Romein beschouwde de alternatieve humbug als uitingen van een verwende burgerij, die zich wentelde in een vrijblijvend schuldgevoel tegenover het proletariaat.
Nu, een eeuw later, wordt het scherpe oordeel van Romein door een nieuwe generatie geschiedschrijvers afgedaan als ‘finalistisch’. Romein kon de alternatieve medische bewegingen gemakkelijk duiden als ‘de kleine geloven’, na de overweldigende successen die de medische wetenschap de twintigste eeuw heeft geboekt. Maar daarmee deed hij de alternatieve geneeswijzen geen recht, schrijven Frank Huisman en Henk te Velde in De Negentiende Eeuw (2001/3), dat een speciaal nummer heeft gewijd aan ‘de medische kleine geloven rond 1900’.
Een bonte stoet kleurrijke alternatievelingen passeert de revue. Zoals Felix Ortt (1866-1952). Hij noemde zich christen-anarchist en verkondigde het zogenaamde ‘liefdesbeginsel’. Als een pionier van New Age geloofde Ortt dat de ‘goddelijke liefde’ in alle mensen aanwezig was. De Bergrede van Jezus, waarin naastenliefde en geweldloosheid werd gepreekt, vormde zijn bron van inspiratie. In 1900 stichtte Ortt de Christen-anarchistische kolonie der Internationale Broederschap in Blaricum. Hij zegde zijn baan op en legde zich toe op de verkondiging van zijn boodschap.
        Als zo velen piekerde ook Ortt over de leegte die de ‘dood van God’ had achtergelaten. Maar geen nood: Ortt kwam met een eigen leer. Onder de afschrikwekkende titel ‘Inleiding tot het pneumat-energetisch monisme’ ontwikkelde Ortt de theorie van de Al-Eenheid. Alles wat gebeurde kon als omzetting van energie worden beschouwd. Er was in die energie een ‘ordenend beginsel’ aanwezig: God, door hem Al-Eenheid genoemd. Tja. Atheïst Ludwig Feuerbach constateerde het rond 1840 al: de mens schept God naar zijn beeld.
Toch sloeg Ortt niet alleen wartaal uit. Hij was in 1890 een van de oprichters van de
Nederlandse Bond tot Bestrijding van Vivisectie. De standpunten die hij daar verkondigde zijn zo gek nog niet. Ortt keerde zich tegen dierproeven tijdens de Eerste Wereldoorlog, waarbij dieren het slachtoffer werden van de ontwikkeling van gifgassen. Kennelijk kwam het niet in hem op dat de mens die zo doortrokken zou zijn van het ‘liefdesbeginsel’ dezelfde was die straffeloos dieren mishandelde. Frederik de Grote gaf blijk van een realistischer kijk op de mens met de aan hem toegeschreven uitspraak dat wie de mensen leert kennen, de honden prefereert.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.