Home Stelling: Tweede Wereldoorlog

Stelling: Tweede Wereldoorlog

  • Gepubliceerd op: 19 april 2019
  • Laatste update 02 mei 2023
  • Auteur:
    Maurice Blessing
  • 4 minuten leestijd

Martin Sommer:

‘Ik zou zeggen dat de morele lessen van de Tweede Wereldoorlog, en dan met name die van de Holocaust, juist alomtegenwoordig zijn. We worden er dagelijks aan herinnerd. Ze vormen de allesoverheersende morele maatstaf. Zo kan het dat de EU inmiddels geen economisch samenwerkingsverband meer heet te zijn, maar – volgens voorstanders als Frans Timmermans – het belangrijkste middel om een herhaling van Auschwitz te voorkomen.

Onze herinnering aan de Holocaust, en gelijktijdige verkettering van het nationalisme – “Nationalisme, c’est la guerre,” aldus Mitterrand – staat een onbevangen oordeel over heden en verleden in de weg. Dit sentiment is van vrij recente datum. Na het einde van de Koude Oorlog kwam het Westen in een ideologisch vacuüm terecht. Dat is opgevuld door een morele standaard waarbij de herinnering aan de Holocaust en het vooroorlogse nationalisme de centrale ijkpunten vormen.

Een boekje zoals Sebastian Haffners Opmerkingen over Hitler uit 1978, waarin de Duitse historicus ook schreef over wat hij beschouwde als “de successen van Hitler”, zou nu niet meer geschreven kunnen worden. Hoewel Haffner weinig meer deed dan wat iedere goede historicus in mijn ogen hoort te doen: oordelen vanuit het oogpunt van de betreffende tijdsperiode. In dit geval de crisisjaren tot 1938. Haffner was voor mij een voorbeeld, omdat hij oordeelt én afstand houdt.’

Martin Sommer is historicus en journalist van de Volkskrant.
 

Beatrice de Graaf:

‘Naoorlogse vredesordes als de Slotakte van Wenen (1815) of de oprichting van de NAVO en de VN na 1945 steunen op meer dan alleen het papier van verdragen. Zo werden en worden ze ook door bajonetten geschraagd. Maar voor zover de mensheid daadwerkelijk iets kan leren van de oorlogen uit het verleden, zal dat toch vooral ook moeten gebeuren door aansprekende verhalen te vertellen over het ontstaan van gedeelde vredesbelangen.

De historicus Herbert Butterfield waarschuwde daarom al in 1945 tegen het toepassen van culpability – van schuldtoewijzing in het klakkeloos toepassen van historische lessen op het heden. Verhalen van schuld en boete zijn wellicht een paar decennia krachtig genoeg om nieuwe generaties aan de gesloten verdragen te binden, maar hun effectiviteit neemt onherroepelijk af. Die onherroepelijke halfwaardetijd verleng je niet door steeds maar weer te zwaaien met de morele knuppel van het opkomende fascisme.

Historici moeten zich daarom volgens Butterfield vooral bezighouden met “het duiden van de interventies die het verleden hebben gemaakt tot wat het nu is”. Hoe komt het dat mensen vandaag de dag denken dat vrede gediend is met de uitsluiting van groepen en het sluiten van de grenzen? En wat doet dat denken met onze huidige vredesorde? Daar kunnen en moeten historici absoluut wat over zeggen.’

Beatrice de Graaf is hoogleraar geschiedenis aan de Universiteit van Utrecht.
 

Eva Rovers:

‘Ik zou dat niet durven zeggen. De geschiedenis is geen handboek met oplossingen voor hedendaagse problemen. De historische omstandigheden verschillen daarvoor per definitie te veel van de huidige situatie. Maar dat neemt niet weg dat het de taak is van iedere historicus om inzichten te ontlenen aan de geschiedenis. Of zoals de negentiende-eeuwse historicus Jacob Burckhardt schreef: “We willen door ervaring niet slim voor één keer worden, maar wijs voor altijd.”

Door historische ontwikkelingen inzichtelijk te maken, bouw je aan wijsheid voor altijd. En dus niet door een moreel oordeel te vellen of door de geschiedenis in te zetten voor politieke doeleinden. Een moreel oordeel over een gebeurtenis ontneemt je namelijk het zicht op de grotere ontwikkelingen. Zo’n inzicht dat voortkwam uit de ontwikkelingen die leidden tot de Tweede Wereldoorlog, was dat een unie van Europese landen het woekerende nationalisme het hoofd kon bieden – en daarmee de kans op een nieuwe oorlog binnen Europa zou verkleinen.

Het is daarbij overigens de vraag of de mensheid als geheel wel kán leren van het verleden. Volgens Burckhardt is het een illusie te denken dat de mensheid zich in moreel opzicht ontwikkelt op basis van eerder opgedane ervaringen. Technologische verbeteringen en toegenomen welvaart mogen niet worden verward met morele vooruitgang.’

Eva Rovers is cultuurhistoricus en biograaf.
 

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Dit artikel is gepubliceerd in Historisch Nieuwsblad 5 - 2019