Home Dossiers Invloedrijke vrouwen Olympe de Gouges tartte het mannelijk gezag

Olympe de Gouges tartte het mannelijk gezag

  • Gepubliceerd op: 28 februari 2023
  • Laatste update 12 aug 2024
  • Auteur:
    Alies Pegtel
  • 12 minuten leestijd
Olympe de Gouges portret
Cover van
Dossier Invloedrijke vrouwen Bekijk dossier

Op 5 oktober 1789, enkele maanden na het begin van de Franse Revolutie, marcheerden woedende Parijse marktvrouwen urenlang door de regen naar het hof in Versailles. Ze kwamen in opstand vanwege de hoge broodprijzen. ‘De moeders der natie’ rebelleerden met een vork of mes in de hand. Binnen een mum van tijd was de groep uitgegroeid tot tienduizenden betogers. Om zes uur in de ochtend van 6 oktober stoof Marie Antoinette, 34 jaar en koningin van Frankrijk, wanhopig in haar nachtgewaad door de gangen van het immense paleis van Versailles naar de vertrekken van koning Lodewijk XVI. Ze bonsde op de deur, maar werd bijna overstemd door de massa die het paleis bestormde en haar uitschold voor ‘hoer’. Het koninklijk paar werd gedwongen te verhuizen naar de Tuilerieën.

Meer lezen over Frankrijk? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.

Ontvang historische artikelen, nieuws, boekrecensies en aanbiedingen wekelijks gratis in uw inbox.

De ‘vrouwenmars’ veranderde alles. Tot dat moment had Lodewijk XVI geweigerd de Verklaring van de rechten van de mens en de burger te tekenen, uit angst dat dit het einde van de monarchie zou betekenen. Maar hij had niet langer een keuze. De absolute macht van de monarchie was door het hongerige volk gebroken.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

De mensenrechtendeclaratie bood een radicaal nieuwe zienswijze op de gezagsverhoudingen in Frankrijk. De standsverschillen tussen adel en burgerij werden afgeschaft. Het individu kreeg rechten tegenover de staat. De Verklaring was op 26 augustus 1789 afgekondigd door de nieuwe Nationale Vergadering. In afwachting van de opstelling van een grondwet, gaf die invulling aan het motto van de revolutie: ‘Vrijheid, gelijkheid, broederschap.’ Binnen vijf dagen stond de vertaalde tekst ook in Nederlandse kranten.

Gouges’ opdracht aan de koningin

Maar de oplettende lezer zag dat de Verklaring (in het Frans: Déclaration des droits de l’homme et de citoyen),waarin de rechten van de mens in 17 artikelen waren vastgelegd, eigenlijk alleen voor mannen gold. Vrouwen hadden nog altijd geen recht om hun eigen huwelijkspartner te kiezen, moch­ten geen contracten tekenen, hun eigen bezit niet beheren, niet plaatsnemen in het openbaar bestuur, geen onder­wijs volgen, en slechts beperkt hun mening uiten.

‘Vrouwen, ontwaakt! Erken jullie rechten!’

Schrijfster Olympe de Gouges, die al jaren voor gelijke rechten voor vrouwen ageerde, doorzag dat de Verklaring vrouwen discrimineerde. Drieënveertig was ze toen ze demonstreerde hoe vrouwonvriendelijk het document was door in september 1791 een eigen Verklaring van de rechten van de vrouw en burgeres (Déclaration des droits de la femme et de la citoyenne) op te stellen. Artikel 1 luidt: ‘De vrouw is vrij geboren en heeft gelijke rechten aan die van de man.’

Ze droeg haar Verklaring op aan Marie Antoinette, in de hoop dat de koningin enige invloed zou hebben op de heren die op dat moment de grondwet schreven. Gouges liet haar tekst vermoedelijk in vijfvoud drukken. ‘Vrouwen, ontwaakt!’ schreef ze in het voorwoord. ‘De alarmklok van de rede laat zich horen over de hele wereld. Erken jullie rechten.’ Ze stuurde haar noodkreet naar de Nationale Vergadering, maar die werd terzijde geschoven. De eerste Franse grondwet uit 1791 sloot naast vrouwen ook bedienden en tot slaaf gemaakten uit. Alleen financieel onafhankelijke mannen met bezit boven de 25 jaar behoorden tot de kiesgerechtigde burgers.

Gouges was dochter van een markies

Olympe de Gouges werd geboren 7 mei 1748 in de Zuid-Franse provincie Languedoc in het stadje Montauban. Op haar geboortecertificaat staat Marie Gouze, dochter van Anne-Olympe Mouiset en de slager Pierre Gouze. Ze leerde schrijven en lezen bij de nonnen. Op haar zeventiende was ze al gehuwd, zeer tegen haar zin, met de dertig jaar oudere Louis Yves Aubrey. Hij overleed een paar jaar na de geboorte van hun zoon Pierre. Op haar twintigste, in 1768, vertrok ze als weduwe met haar geliefde kind naar haar zus in Parijs.

Gouges, die volgens de overlevering beeldschoon was en zeer geestig, kreeg al snel een langdurige verhouding met een hoffunctionaris. Ze werd financieel door hem onderhouden en vermoedelijk introduceerde hij haar ook in de Parijse salons.

Gouges damesclub.
Politiek geëngageerde vrouwen verenigen zich in clubs. Tekening van een patriottische damesclub, circa 1792.

Het was een opwindend leven voor een meisje van het platteland. Aanvankelijk sprak ze moeizaam Frans, omdat in haar geboorteregio Occitaans werd gesproken. Maar ze was een leergierige autodidact. Ze leerde converseren, bezocht opera en toneel, en ontmoette mensen van de Comédie-Française, het staatstheater. Omstreeks haar dertigste begon Gouges stukken voor het toneel te schrijven – hét platform voor politieke ideeën. Ze ontpopte zich als humanist en radicale hervormer. Zo pleitte ze voor een betere positie voor buitenechtelijke kinderen, het recht op echtscheiding, opvanghuizen voor bejaarden en wezen, belastinghervorming ten bate van werklozen en afschaffing van de slavernij.

Haar reputatie als courtisane deerde haar niet. Gouges koesterde haar positie als weduwe; ze kon publiceren wat ze wilde en hoefde geen toestemming te vragen aan een man. Maar zichzelf ‘weduwe Marie Aubrey’ noemen, zoals het hoorde, deed ze ook niet. Vrijgevochten als ze was, ontwierp ze haar eigen naam. Ze had haar moeders voornaam ‘Olympe’ aangenomen, ‘de’ toegevoegd, en haar achternaam veranderd in ‘Gouges’.

Rechten ingeperkt

De executies in 1793 van koningin Marie Antoinette op 16 oktober, Olympe de Gouges op 3 november en Madame Roland op 8 november, markeerden een politieke backlash tegen vrouwen. Vanaf 1795 werd het vrouwen verboden om het gebouw van de Nationale Vergadering te betreden. Toen Napoleon in 1804 aan de macht kwam, legde hij in het burgerlijk wetboek (Code Napoléon) vast dat vaders en echtgenoten zeggenschap hadden over hun handelingsonbekwame dochters en echtgenotes.

Sinds 1946 hebben Franse vrouwen kiesrecht en sinds 1966 mogen ze werken zonder toestemming van hun man. Gouges’ Verklaring van de rechten van de vrouw en burgeres wordt inmiddels onderwezen op Franse middelbare scholen. Maar zonder de aanhef aan koningin Marie Antoinette; dat ligt in het republikeinse Frankrijk kennelijk nog altijd gevoelig.

De slager Pierre Gouze was ook niet haar vader, verklapte ze. Ze beweerde dat ze de buitenechtelijke dochter was van Jean-Jacques Lefranc, markies De Pompignan, een magistraat en schrijver die een vriend van haar moeder was geweest. Met de intrigerende naam Olympe de Gouges creëerde ze een nieuwe persona, passend bij haar schrijverschap.

Een paar jaar voor de oprichting van de eerste Franse abolitionistische vereniging schreef ze in 1784 het toneelstuk L’Esclavage des nègres, over twee voortvluchtige tot slaaf gemaakten, die ter dood veroordeeld waren voor de moord op een tirannieke slaveneigenaar. Hoogstwaarschijnlijk was ze sterk beïnvloed door haar bezoeken aan de salon van Sophie de Condorcet, de echtgenote van de invloedrijke philosophe Nicolas de Condorcet. De wiskundige Condorcet was een toonaangevend denker over democratie en voorstander van gelijke rechten voor vrouwen en mensen van alle rassen. Haar abolitionistische toneelstuk werd drie keer succesvol opgevoerd door de Comédie-Française – een hele eer. Desondanks verdween het snel van de planken; de aanhoudende fluitconcerten vanuit de lobby van plantagehouders maakten de opvoering onmogelijk.

Uitsluiting

Gouges barstte van de ideeën. Ze schreef pakweg 40 toneelstukken, 60 pamfletten en 23 romans. Soms dicteerde ze verschillende stukken aan wel drie secretaresses tegelijkertijd. Critici beweerden daarom dat ze haar werk niet zelf schreef. Mannen zoals Voltaire, die hun teksten ook dicteerden, hoorden deze beschuldiging nooit. Dat ze zich schrijvend personeel kon veroorloven, had ze te danken aan haar rijke minnaar.

Gouges toneelstuk
Met haar toneelstuk haalt Gouges de Comédie-Française in Parijs. Waterverfschilderij door Antoine Meunier, 1790.

Toch weigerde ze met hem te trouwen. Ze noemde het huwelijk ‘een graftombe van vertrouwen en liefde’. Ze was principieel tegen het huwelijk, omdat het de sociale hiërarchie in stand hield ten faveure van mannen. Het verlichte idee dat er tussen mensen sprake was van natuurlijke gelijkheid domineerde haar denken en doen. Ze stelde een ‘sociaal contract’ voor tussen man en vrouw om het huwelijk te vervangen en vond dat vaders een alimentatieplicht hadden, ook voor hun buitenechtelijke kinderen. De aanklacht tegen haar vermeende biologische vader die zich aan zijn verantwoordelijkheid onttrok, verwerkte ze na zijn dood in 1784 in haar autobiografische roman Mémoire de Madame de Valmont. Het verhaal over haar afstamming gaf haar een zweem van aristocratie en het legitimeerde haar intellectuele schrijfaspiraties. Als dochter van de markies De Pompignan, een homme de lettres, paste het schrijven nu eenmaal bij haar ‘aangeboren natuur’.

Gouges had het gevoel dat ze zich als vrouwelijk schrijver diende te verantwoorden, en dat lag aan de ideeën van filosoof Jean-Jacques Rousseau over vrouwelijkheid. Hij was in de pre-revolutionaire jaren een idool onder de elites in de Parijse salons. Ook vrouwen liepen weg met zijn gedachtegoed over de menselijke natuur, hoewel hij vond dat het de enige taak van vrouwen was om hun gezin te dienen en dat ze zich niet moesten bemoeien met het openbare leven.

‘Het huwelijk is een graftombe van vertrouwen en liefde’

De uitsluiting van vrouwen van het publieke terrein viel nauwelijks op, omdat het gepaard ging met een romantische verheerlijking van ‘het vrouwelijke’. Volgens Rousseau waren mannen en vrouwen volkomen verschillende wezens. Omdat hun geslachtsorganen inwendig waren, werden vrouwen permanent geabsorbeerd door hun sekse, terwijl mannen door hun uitwendige geslachtsorganen soms afstand van hun sekse konden nemen. Man en vrouw waren complementair. Mannen waren actief, vrij en individueel soeverein; vrouwen passief, plichtsgetrouw en afhankelijk.

‘Wees burgeressen’

Er waren ook mannen zoals Nicolas Condorcet, die daar anders over dachten. In 1790 schreef Condorcet een pleidooi voor politieke emancipatie van vrouwen: ‘Vrouwen hebben dan wel geen gelijke lichaamskracht, ze zijn de gelijke van mannen in morele en intellectuele status, ook al wordt dit pas duidelijk als men voorbijziet aan de ongelijke behandeling van de seksen in wetten, instituties, gewoonten en vooroordelen.’

In datzelfde jaar richtte Condorcet met medestanders de Cercle Social op, een politieke club gericht op emancipatie van het volk. Er werden ook vrouwen toegelaten, onder wie zijn echtgenote Sophie, Gouges en de Groningse Etta Palm. Binnen de Cercle begonnen ze een eigen vrouwenkring en gaven zo een belangrijke impuls aan het moderne feminisme. Door hun inspanningen werden echtscheiding, gelijkheid in het huwelijk en onderwijs voor meisjes standaardthema’s in de revolutionaire voorhoede.

Etta Palm: spion en feminist

De Groningse Etta Palm d’Aelders (1743-1799) speelde als voorvechtster van vrouwenrechten een opmerkelijk prominente rol in de Franse Revolutie. Ze woonde vanaf 1773 in Parijs, vertaalde werk van verlichtingsdenkers en was tevens een courtisane. Palm was de eerste presidente van ‘de vrouwenkring’ binnen de politieke Cercle Social, waarvan ook Olympe de Gouges lid was. ‘Laat ons voortaan jullie vrijwillige metgezellen zijn, niet jullie slavinnen,’ zei ze tegen mannen om haar pleidooi voor huwelijkshervormingen te bekrachtigen. Naast feminist was ze ook spion. Palm bracht Nederlandse patriottische vluchtelingen in Frankrijk in diskrediet en bespioneerde Franse ballingen in Nederland. In 1795 werd ze drie jaar gevangengezet in het kasteel van Woerden. Een jaar na haar vrijlating overleed ze op haar zesenvijftigste.

Maar de slagzin ‘Vrouwen, wees burgeressen’ klonk alleen binnen de gematigde, girondijnse politieke factie en werd niet ondersteund door andere politieke stromingen. En zelfs bij de girondijnen was er geen overeenstemming. Een van de kopstukken, Madame Roland, was tegen meer politieke rechten voor vrouwen. Ook al was haar standpunt moeilijk te rijmen met de grote politieke invloed die zijzelf uitoefende. Want zeker in 1792, toen haar echtgenoot minister van Binnenlandse Zaken was, trok zij achter de schermen aan de touwtjes.

Op aansporing van zijn echtgenote diende Condorcet geregeld moties in bij de Nationale Vergadering om de positie van vrouwen te verbeteren. Zijn voorstellen stuitten op grote weerstand van het populistische rousseauïsme dat wereldse zaken voor vrouwen afkeurde, omdat ze ‘de speciale deugden’ van de vrouw zouden schaden. Voor vrijwel alle revolutionairen waren de ideeën over de inferioriteit van de vrouw, zoals Rousseau die had geformuleerd, maatgevend.

Toen de leider van de girondijnen, Jacques Pierre Brissot, de Nationale Vergadering voorzat, werden echtscheiding en huwelijkshervormingen in de wet van 1792 opgenomen. Dit bleek het hoogst haalbare in het verlichte Franrijk.

In september van dat jaar kwam de monarchie ten val; de politieke sfeer veranderde. Het overgrote deel van het programma van vrouwenrechten van de Cercle werd nooit uitgevoerd. Laat staan dat er naar de wensen werd geluisterd van Gouges of van actrice Claire Lacombe, presidente van de Société des femmes révolutionnaires, of naar de vele vrouwengroepen die streden voor de gelijkheidsidealen van de revolutie die ook vrouwen zouden moeten omvatten.

Suïcidale daad van Gouges

De gedreven, geëngageerde Olympe de Gouges bleef proberen het grote publiek ervan te overtuigen dat vrouwen gelijk waren aan mannen, een boodschap die ze ook verpakte in haar roman Le prince philosphe uit 1792. Maar hoe meer het autoritaire populisme onder Maximilien de Robespierre aan terrein won, hoe slechter het ging met de vrouwenemancipatie. In zijn jakobijnse Frankrijk was geen plaats voor geëmancipeerde vrouwen. Het werd hun verboden met z’n vijven of meer bij elkaar te staan – om weer zoiets te voorkomen als een vrouwenmars op Versailles. Onder verwijzing naar Rousseau mochten vrouwen niet langer mannenkleding en wapens dragen, en politieke vrouwenclubs werden verboden. Desondanks bleef Gouges haar mening verkondigen. Op 6 november 1792 hing ze het Parijse centrum vol plakkaten, waarop ze Robespierre bespotte.

Inmiddels moest Lodewijk XVI voor het gerecht verschijnen en eindigden steeds meer mensen onder de guillotine. Gouges was tegen de doodstraf, ook voor de koning. Maar afwijkende meningen werden niet getolereerd, zeker niet van girondijnen zoals zij. In maart 1793 verspreidde ze een plakkaat waarop ze pleitte voor een referendum waarin het volk zijn favoriete staatsvorm mocht kiezen. Dit was een suïcidale daad, want op 23 juli werd ze gevangengenomen vanwege dit ‘contrarevolutionaire’ geschrift.

Gouges guillotine.
Ook Madame Roland eindigt onder de guillotine. Illustratie door John S.C. Abbott, 1850.

Gouges kreeg geen advocaat. Ze verdedigde zichzelf en zei scherp dat haar arrestatie lijnrecht inging tegen de vrijheid van meningsuiting die was vastgelegd in de jonge grondwet. Haar rechters vergeleek ze met de Inquisitie. ‘Uw willekeurige daden en gruwelen moeten veroordeeld worden door de hele wereld. Rome ging slechts door de schuld van één Nero in vlammen op, maar la France libre lijdt tegenwoordig onder een honderdtal.’ Op 3 november 1793 stierf ze onder de guillotine, 45 jaar oud.

Artikel X in haar Verklaring van de rechten van de vrouw luidt: ‘Als een vrouw het recht heeft het schavot op te gaan, moet ze ook het recht hebben het spreekgestoelte te betreden.’ Een paar dagen na haar dood gebruikte Pierre-Gaspard Chaumette, procurator van de Parijse Commune, haar gang naar het schavot om vrouwen te waarschuwen het spreekgestoelte niet te betreden. ‘Herinneren jullie je dat manwijf, de schaamteloze Olympe de Gouges, die haar huiselijke taken in de steek liet en zichzelf met de Republiek bemoeide… De verwaarlozing van de deugden van haar sekse leidden haar tot de guillotine.’

Niet alleen Gouges, maar alle Franse vrouwen werd met haar executie het zwijgen opgelegd.

Meer weten

  • Verklaring van de rechten van de vrouw en de burgeres (1989) is de eerste Nederlandse vertaling van Gouges’ Déclaration des droits de la femme et de la citoyenne.
  • Revolutionaire ideeën. Een intellectuele geschiedenis van de Franse Revolutie (2017) door Jonathan Israel plaatst Olympe de Gouges in de context van de Revolutie.
  • Beroemde feministen. De strijd voor vrouwenrechten (2019) door Dirk Verhofstadt (red.) bevat een portret van Olympe de Gouges.

Dit artikel is gepubliceerd in Historisch Nieuwsblad 3 - 2023