Home Lifestyle & Trends

Lifestyle & Trends

  • Gepubliceerd op: 23 juni 2005
  • Laatste update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Marjolein van Rotterdam

De hotspots van achttiende-eeuws Parijs. Lekker weg in de jaren dertig. Haute couture in de Middeleeuwen. Trends zijn van alle tijden. Deze keer: de dierenbegraafplaats.


Dash ligt er al meer dan honderd jaar. In 1903 ging hij dood, op de mooie leeftijd van vijftien jaar. De retriever kreeg een van de fijnste rustplaatsen ter wereld: een plekje op het Cimetière des Chiens, het Père la Chaise voor de dieren. Er liggen behalve honden ook katten, paarden, apen, vissen en zelfs een leeuw begraven. Het eilandje in de Seine zou een waar lustoord zijn als zijn bestemming niet zo droevig was.

Het zijn drama’s tenslotte, stervende huisdieren. Gevallen van diepe depressie na het overlijden van de trouwe huisgenoot zijn bekend. De schrijver Dèr Mouw riep alle vogeltjes op in diepe rouw te gaan toen zijn huisdier overleed: ‘Laat de smart uw lijfjes krommen, en wring uw klauwtjes rood.’ Ook grafschriften spreken boekdelen: ‘Teleurgesteld door de mensheid, nooit door mijn hond’, ‘Je was mijn zoon, mijn leraar, mijn beschermheer, mijn beste vriend, mijn alles’. De dood van een huisdier komt vaak harder aan dan die van een familielid.

Net iets ouder dan het Cimetière des Chiens is Hartsdale Canine Cemetery in New York, uit 1896. Het is waarschijnlijk de oudste commerciële dierenbegraafplaats ter wereld. Hij ontstond bij toeval: een dierenarts gaf een arme klant een plek in zijn appelboomgaard voor haar overleden hond. Een bevriende journalist schreef erover, en al snel werd de arts bedolven onder de verzoeken ook een dier bij hem te mogen begraven.

Vooral mensen met geld vonden het wel wat. Prinses Vilma Lwoff-Parlaghy van Hongarije begroef er haar Goldfleck, een leeuwtje, en later lieten Mariah Carey, Diana Ross, Robert Merrill, en Elizabeth Arden er hun geliefde vrienden achter. Voor de beroemdheden speelde geld geen rol. In 1915 betaalde Mrs. M.F. Walsh 25.000 dollar voor een 50.000 kilo zwaar mausoleum met het opschrift: ‘My Dear Little True-Love Hearts, Who Would Lick the Hand That Had No Food To Offer.’

De Haagse edelman W.H.J. baron van Westreenen van Tiellandt (1783-1848), stichter van het museum Meermanno Westreenianum, gaf vier van zijn geliefde huisdieren een plechtige teraardebestelling in zijn tuin, nu die van het museum. Een krant schreef: ‘De baron zelf ging, gekleed met zijn gegalonneerde rok van thesaurier en archivaris van den Hoogen Raad van Adel, als eerste rouwdrager achter het lijk, dat in eene fraaije kist besloten was. De lijfjager volgde met de nagebleven honden, als nabestaanden van den overledene, en alle andere dienstboden van den huize namen deel aan de begrafenisstoet.’

Waar rijke dierenliefhebbers over een enorm landgoed beschikten, was een thuisgraf nog wel een optie – je vindt ze bij het kasteel van Lisse, op het landgoed Staverden en bij Paleis ’t Loo. Maar in de steeds dichter bevolkte steden werd dat lastiger. Daar moesten huisdierenbezitters hun overleden huisgenoten bij het vuilnis zetten, of ze met een steen om de nek in de rivier gooien. In 1899 alleen al werden 3000 huisdierenlijkjes uit de Seine gevist. De begraafplaatsen waren dus een uitkomst, zeker nu de houding tegenover het dier veranderde. In de negentiende eeuw was een dier geen wegwerpartikel meer. Het werd een wezen met gevoel – vandaar ook de opkomst van bijvoorbeeld vegetarisme en de dierenbescherming.

Het begraven van huisdieren is wijder verbreid dan dit verhaal doet vermoeden. Het gebeurt ook buiten de westerse wereld; Aruba heeft een mooie hondenbegraafplaats, en ook in Algerije, Polen, Japan, Brazilië en Rusland vind je ze. En de gewoonte dateert al van ver voor 1896. De eerste dierengraven zijn zo’n 7000 oud; ze zijn gevonden in Denemarken en Zuid-Zweden. Veel dierengraven liggen in Egypte, waar een rouwende farao in 2180 v.Chr. een fraai beklede sarcofaag voor zijn overleden hond Abutiu (Puntoor) liet maken. In Peritas begroef Alexander de Grote zijn hond Peritas. Hij richtte een monument op, vernoemde de stad naar het dier en verplichtte de buurtbewoners elk jaar een herdenkingsfeest te organiseren.

Tegenwoordig is een dierengraf ook voor de gewone mens bereikbaar. Een graf voor een gemiddelde hond kost zo’n 100 euro, en daarin mag Snobby, Anouchka of Minuche drie jaar blijven liggen, tussen de foto’s, hartjes, beertjes en ontroerende afscheidsbrieven.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.