Afro-Amerikaanse kerkgenootschappen hebben lange tijd bijgedragen aan de rassensegregatie in de Verenigde Staten. Daarnaast ontmoedigden zwarte kerkelijk leiders de protesten tegen discriminatie, om problemen met de blanke bevolking te voorkomen. Dit blijkt uit de oratie die de Britse historicus Adam Fairclough op dinsdag 25 april uitsprak bij het aanvaarden van de leerstoel Amerikaanse geschiedenis aan de Universiteit van Leiden.
Fairclough betoogt dat de Afro-Amerikaanse christenen na de Amerikaanse burgeroorlog hun eigen bijeenkomsten organiseerden, eigen voorgangers selecteerden, eigen kerkgebouwen kregen en eigen kerkgenootschappen oprichtten. Voor die tijd aanbaden de slaven God in de kerken van hun blanke meesters. Fairclough betoogt dan ook dat de rassensegregatie het ergst was op zondagochtend, als Amerika naar de kerk ging.
Pas in de jaren vijftig en zestig kwam er, met de opkomst van de zwarte burgerrechtenbeweging van Martin Luther King, een einde aan de door de kerk verkozen isolatie van de zwarte christen. (GvdW)
Dit artikel is exclusief voor abonnees