De verkiezing van de Grootste Nederlander is nu echt van start gegaan. Een terugblik op de reacties rond de eerste stemronde. En: wie is de Grootste Nederlander volgens de Nederlandse historici?
Er staan weer verkiezingen voor de deur. Op 15 november 2004 wordt de einduitslag bekend van de verkiezing van de Grootste Nederlander aller tijden, georganiseerd door de KRO in samenwerking met De Telegraaf en Historisch Nieuwsblad. Maar voor het zover is zal er nog een heftige verkiezingsstrijd worden gevoerd, inclusief wervingsacties, debatten en de stemwijzer op internet als laatste redmiddel voor de zwevende kiezer.
Vanaf 26 april kon iedereen in Nederland gedurende drie weken kiezen uit een longlist van tweehonderd grootheden. Net als in Groot-Brittannië en Duitsland, waar de ‘Grootste’ al eerder gekozen werd, was er de nodige kritiek. Hoe bepaal je of een politicus of een musicus ‘groter’ is, wat is het nut van de vergelijking tussen appels en peren? Toch werd er vooral veel gestemd. In drie weken tijd kwamen er 200.000 stemmen binnen. Er werd gediscussieerd in de media en aan de keukentafel. En discussie, dat is volgens de eindredacteur van het programma Hans Mors toch vooral waar het om gaat.
Op het forum van degrootstenederlander.nl werd een stevig debat gevoerd. Wie is groter, Schaepman of Kuyper? Ook de lezers van De Telegraaf kwamen met suggesties. Hans Wiegel wordt door velen gemist, maar ook Gerrit van de Valk wordt genoemd, ‘want we eten altijd zo lekker in zijn restaurants’. Zeer populair blijkt Frans Bauer, niet alleen ‘omdat hij zo gewoon is gebleven’, maar vooral ‘omdat hij Nederland bindt’. Een lezer vraagt zich af waarom niet alle Nederlandse Nobelprijswinnaars op de lijst staan. Professor Zeeman en professor Einthoven hebben toch een zeer grote bijdrage geleverd aan de internationale wetenschap? Een enkeling nomineerde zijn moeder of vrouw ‘omdat zij al zevenenveertig jaar voor mij zorgt’. Na zeer veel verontwaardigde reacties werd prins Bernhard, die door de samenstellers van de lijst aanvankelijk te controversieel was bevonden, alsnog aan de longlist toegevoegd.
Adjunct-hoofdredacteur van De Telegraaf Arno Rekers zegt positief verrast te zijn door de inzendingen. ‘De lezers namen de verkiezing heel serieus; er waren nauwelijks flauwe inzendingen. Het niveau lag hoog.’ Lezers die bang waren dat zij hun formulier te laat hadden ingezonden, smeekten of hun stem nog meegeteld kon worden. En een echtpaar dat er onderling niet uit kwam, vroeg of het alstublieft goed was dat beide partners apart een stemformulier inleverden.
Ambassadeurs
Alle inzendingen zijn inmiddels verwerkt, maar de uitslag is nog geheim. Op maandag 11 oktober wordt de top-100 in een avondvullend programma bekendgemaakt. Alleen in de top-10 kunnen vanaf dat moment nog verschuivingen plaatsvinden. De vijf daaropvolgende weken wordt voor de tien overgebleven grote Nederlanders een verkiezingscampagne gevoerd. Zij krijgen ieder een ambassadeur die in televisieprogramma’s van een halfuur een pleidooi houden voor hun kandidaat. De Telegraaf wijdt voorafgaand aan elk programma een artikel aan een van de kanshebbers.
Na elke uitzending kan worden gestemd, waardoor de posities binnen de top-10 steeds zullen veranderen. Twijfelaars kunnen terecht op www.degrootsenederlander.nl voor een stemwijzer om hen te helpen bij het maken van een keuze. Ook komt er op deze website een quiz om de kennis over de favorieten te testen.
Stemmen kan vanaf 11 oktober via de website, met stemformulieren die worden verspreid via De Telegraaf, Studio Magazine en Historisch Nieuwsblad, en na elke uitzending via telefoon of sms. Op 15 november is er een groot slotdebat tussen de tien ambassadeurs. Aan het einde van die avond weten we wie de Grootste Nederlander Aller Tijden is.
Historisch Nieuwsblad publiceerde de afgelopen maanden portretten van de Nederlanders die volgens de redactie aanspraak maken op de titel van Grootste Nederlander. Dat waren achtereenvolgens: Erasmus, Johan Cruijff, Multatuli, Abraham Kuyper en Willem van Oranje. De nummers 3 en 2 van de lijst – Anton Philips en Rembrandt – vindt u in dit nummer. De nummer 1 staat in de speciale Historisch Nieuwsblad-krant, die ter gelegenheid van de Week van de Geschiedenis half oktober verschijnt.
De Grootste Nederlander volgens Nederlandse historici
Historisch Nieuwsblad neemt een voorproefje op de uitslag van de Grootste Nederlander-verkiezing en ging te rade bij de experts. Meer dan vijftig Nederlandse historici werd gevraagd naar hún Grootste Nederlander, en dat leverde verrassende antwoorden, maar een niet zo verrassende einduitslag op.
Zoals het historici betaamt, maken zij eerst kritische kanttekeningen bij de verkiezing van een Grootste Nederlander. Een bezwaar is bijvoorbeeld dat Nederland als historische entiteit pas sinds 1830 bestaat. Toch geven de historici schoorvoetend toe dat de discussie die de verkiezing oplevert wel goed is voor de historische reflectie in Nederland.
Vervolgens gaan de wetenschappers driftig op zoek naar criteria die hun keuzes kunnen rechtvaardigen. Vooral historische figuren die een belangrijke bijdrage hebben geleverd aan de Nederlandse identiteit krijgen veel stemmen. Maar of onze identiteit vooral gevormd werd door cultuur of juist door de politieke structuur van de Nederlanden, daarover zijn de historici het niet eens.
De Amsterdamse historicus Hans Terlouw verklaart zijn keuze voor Rembrandt door te stellen dat niet militaire of economische successen, maar culturele prestaties voor de latere Nederlandse identiteit een dominante rol hebben gespeeld. Hardy Beekelaar van de Universiteit Nijmegen kiest juist voor Thorbecke: ‘Zijn grondwet vormt nog steeds de grondslag voor onze samenleving. Knap werk.’
De meeste historici hebben in hun top-3 op nummer 1 en 2 de gangbare grote namen uit de Nederlandse historie staan. Op de derde plaats durven zij wat meer te laten zien van hun persoonlijke smaak. Jeroen Bosch, Marten Toonder, Hendrik Goeman Borgesius en Jan van Eyck worden allen als derde genoemd. En hoewel minder vaak genoemd, is hij er wel: Johan Cruijff. Chris Lorenz van de Vrije Universiteit nomineert hem ‘omdat hij naast voetballer van wereldklasse ook filosoof van Nederlands formaat was. Zijn uitspraak “Elk nadeel heb zijn voordeel” getuigt van een diep inzicht in de condition humaine, waar menige beroepsfilosoof nog een puntje aan kan zuigen.’ En Robin de Bruin van dezelfde universiteit noemt Soekarno: ‘Ik heb “grote Nederlander” opgevat als de Nederlander die de inspirator is van ingrijpende veranderingen in het leven van zoveel mogelijk mensen.
Soekarno was in Nederlandse optiek het grootste en belangrijkste deel van zijn leven, en staat voor de Indonesiërs – en daar zijn er erg veel van – symbool voor de onafhankelijkheid.’
Twee denkers staan er uiteindelijk in de top 5: Erasmus en Spinoza. Erasmus krijgt de meeste stemmen. ‘Hij houdt ons de lachspiegel voor en behoedt zo onze zachtmoedige gematigdheid,’ aldus de Leidse historicus Henk Kern. Maar ook Willem van Oranje is populair. Voor Harry Janssen van de Universiteit Nijmegen is het een uitgemaakte zaak: ‘Zonder Willem zouden we geen verkiezing van de Grootste Nederlander kunnen houden en hadden we hier namen als Lope de Vega of Sigmund Freud moeten noemen.’ Na een nek-aan-nekrace legt de politicus het echter af tegen de denker. Erasmus wint van Willem van Oranje, met drie punten verschil.
De Top 5 volgens Nederlandse historici
1. Erasmus 52
2. Willem van Oranje 49
3. Rembrandt 34
4. Thorbecke 29
5. Spinoza 23
Dit artikel is exclusief voor abonnees