Een bepaling in de beroemde Magna Carta leidde in Engeland tot een ontwrichtende burgeroorlog. Dan Jones beschrijft in een meeslepende stijl hoe de strijd van Koning Jan zich voltrok en wie vooral de klos waren: de gewone mensen.
De Britten wijzen er graag op dat de mensenrechten bij hen zijn ontstaan in de Middeleeuwen. Ze hebben het dan over de Magna Carta uit 1215. Dit document, dat de Engelse koning Jan onder dwang van zijn edelen ondertekende, bevat inderdaad de bepaling: ‘Geen vrije man mag vastgenomen of gevangengezet, onteigend, buiten de wet gesteld of verbannen worden (…) anders dan krachtens het gerechtelijk oordeel van zijn gelijken of op grond van de wetten van het land.’
Dit artikel is exclusief voor abonnees
Toch is het een vergissing om de Magna Carta, die twee maanden later weer werd ingetrokken, te zien als voorloper van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens uit 1948. Om te beginnen gold het hierboven genoemde recht uitsluitend voor ‘vrije mannen’, dus niet voor vrouwen, horigen of lijfeigenen. Bovendien bevat de tekst vooral een reeks praktische bepalingen met betrekking tot de jacht, de houtkap, eigendomsrechten, wat er gebeurt met de schuld van een overledene die geld van Joden heeft geleend, en de scheepvaart op de Theems. En bij al deze zaken waren het de edelen die aan het langste eind trokken, vooral ten nadele van de gewone bevolking.
Een ontwrichtende bepaling was dat wanneer de edelen vonden dat de koning hun rechten schond, zij ontslagen waren van hun eed van trouw aan hem. Hiermee verdween het fundament onder het feodale stelsel, zodat dit een recept was voor burgeroorlog. In Het verdeelde koninkrijk laat Dan Jones zien dat dit ook was wat er gebeurde. Meeslepend schildert Jones de meedogenloze machtsstrijd tussen de koning en zijn edelen. Uiteraard leed de Engelse bevolking het meest in deze gruwelijke burgeroorlog, die na ruim een jaar eindigde toen koning Jan op volstrekt onheroïsche wijze overleed aan dysenterie. Zijn opvolgers zouden zich herhaaldelijk gedwongen zien de rechten van de edelen te bevestigen, maar uiteindelijk werd de macht van de Engelse koning steeds groter. Pas in de zeventiende eeuw, tijdens de burgeroorlog tussen koning en parlement, werd de Magna Carta herontdekt als ‘bron van de Engelse vrijheid’.
Het verdeelde koninkrijk. Koning Jan en de Magna Carta, 1215
Dan Jones
256 p. Omniboek, € 29,99