Home Gezien

Gezien

  • Gepubliceerd op: 25 augustus 2006
  • Laatste update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Doeko Bosscher

Ierse broederstrijd 

De Engelse regisseur Ken Loach staat niet bekend om zijn subtiliteit, wel om zijn vergaande empathie met de medemens uit het gewone volk. Laat hem zijn gang gaan en geen filmkijker blijft uiteindelijk onberoerd, zoals hij met zijn ‘Schotse trilogie’ (waarvan Ae Fond Kiss het laatste en beste deel was) opnieuw bewees.



Na zijn Schotse excursie heeft hij nu een stap over de Ierse Zee gezet en zich gestort op de burgeroorlog die vanaf 1922 werd uitgevochten tussen de IRA en de regering van de Irish Free State. Zijn film The Wind that Shakes the Barley – de titel is ontleend aan een romantisch volksliedje – begint in 1920, en schildert dan eerst hoe bruut de Engelsen tegen de nationalisten tekeergingen en hoe zij langzaam maar zeker door het verzet werden gedwongen een vorm van Ierse autonomie te aanvaarden. Tijdens die lange aanloop gebruikt Loach de grove kleuren van een eenduidig tafereel. Er waren schurken en helden, en de rebellen konden niet anders handelen dan zij deden.

Vanaf 1922 werd de toestand echter gecompliceerd, en zelfs deze geëngageerde regisseur ziet zich in zijn meeslepende terugblik gedwongen een aantal vragen open te laten. Was wat de Irish Free State had bereikt misschien het best haalbare, in de gegeven omstandigheden? Of hadden de radicalen, die de wapens opnamen tegen hun ‘berustende’ landgenoten, het toch bij het rechte eind?

De broers Damien en Teddy zijn de verpersoonlijking van het contrast tussen de twee visies. Eerst werken zij in elk opzicht broederlijk samen, maar na de wapenstilstand is het gedaan met de harmonie. Aan het eind van de film voert Teddy zelfs het bevel over het executiepeloton dat Damien ter dood brengt. Ja, het leger van de Free State keerde zich met grof geweld tegen de IRA, en 51 procent van Loachs inborst sympathiseert met degenen die het socialistisch georiënteerde verzetsideaal hooghouden. De andere 49 procent echter – en daar heeft hij zijn Gouden Palm in Cannes (2006) aan te danken – ontkomt niet aan diepgaand gewetensonderzoek.

Zeker gaan zien, deze film, maar wees voorbereid op schokkende scènes en een enkel moment waarop het verhaal helaas larmoyant en dus kitsch wordt.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.