Home Gevaren van de canon

Gevaren van de canon

  • Gepubliceerd op: 17 juni 2009
  • Laatste update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Maarten van Rossem

Op 16 oktober presenteerde de veelbesproken Canoncommissie het resultaat van haar werkzaamheden. Kern van de historische en culturele Canon is een wandkaart met vijftig onderwerpen die gebruikt kunnen worden als uitgangspunt bij de behandeling van de Nederlandse geschiedenis. De verleiding is natuurlijk groot om de keuze voor deze onderwerpen te bekritiseren, al was het maar omdat dat zo simpel is. De keuze is onvermijdelijk arbitrair en andere en zelfs betere keuzes zijn mogelijk, afhankelijk van ieders historische opvattingen. Het lijkt mij echter om te beginnen van groter belang om de ontstaansgeschiedenis van de Canoncommissie aan een nader onderzoek te onderwerpen. Daarin schuilen de gevaren van de Canon, niet in de onderwerpkeuze van de commissie.

Begin 2005 kwam de Onderwijsraad met een rapport waarin werd geklaagd over de geringe aandacht voor ‘de canon als uiting van culturele identiteit’. Daarbij werd ook expliciet gesproken over de integratieproblematiek. Die klacht werd door de minister van Onderwijs opgepikt en leidde tot de opdracht een canon samen te stellen. Ook de minister sprak in dit verband over de nationale identiteit. Het is daarom evident dat we deze Canon danken aan het vreemde, panische debat over koers en aard van de natie zoals dat is gevoerd sedert de Fortuyn-revolte. Dat was wat mij betreft een debat waarin de redelijkheid ver te zoeken was. Met Nederland was en is beduidend minder mis dan door velen werd gesuggereerd. Het zou ons op een gevaarlijke dwaalweg leiden als we zouden proberen de onredelijke angstgevoelens te bezweren met een van overheidswege georganiseerde bevestiging van de ‘nationale identiteit’. Een dergelijke identiteit bestaat immers niet. De natie kent velerlei identiteiten en die zijn alle onderhevig aan snelle historische verandering.

Aangezien de Canoncommissie bestaat uit verstandige lieden, heeft zij zich expliciet gedistantieerd van de hele discussie over de nationale identiteit en daarmee dus ook van de intenties van haar opdrachtgeefster, de minister. Dat is mooi, maar kan mijns inziens niet verhinderen dat de Canon toch door velen zal worden beschouwd als een beknopte beschrijving van die niet-bestaande nationale identiteit. Wie garandeert de commissie bovendien dat de overheid de Canon zo open en genuanceerd gaat gebruiken als zij zou wensen? De commissie ziet de Canon niet als een dictaat, maar als een gesprek. Ook weer heel mooi, maar is dat niet wat naïef? Nu de Canon er is – waar de overheid ongetwijfeld haar stempel van goedkeuring op zal zetten –, zullen uitgevers van schoolboeken en andere belanghebbenden die Canon onmiddellijk vastleggen. Niemand zal immers die vijftig thema’s durven te negeren die zo dwingend vanaf de wandkaart neerzien op het geschiedenisonderwijs. Wat de commissie ook moge beweren, een overheidscanon zal snel verstenen. Daar komen we voorlopig niet meer vanaf.

Of er in Nederland werkelijk sprake is van een ernstig gebrek aan historische en culturele kennis, is de vraag. Dat is nooit behoorlijk onderzocht, laat staan in comparatief perspectief bekeken. Als het de modale Nederlander werkelijk ontbreekt aan die kennis, heeft dat niets te maken met de afwezigheid van een officiële historische canon, maar alles met de ongelukkige ontwikkelingen in het middelbaar onderwijs van de afgelopen decennia. Zo is het aantal lesuren dat aan geschiedenis wordt besteed sedert de late jaren zestig met meer dan de helft verminderd. Wellicht nog rampzaliger zijn de gevolgen geweest van de denkbeelden van onderwijsdeskundigen. Die waren van mening dat het geschiedenisonderwijs thematisch moest worden geordend en dat de nadruk niet diende te liggen op kennis van de geschiedenis, maar op de verwerving van vaardigheden. De minister zou moeten besluiten het aantal geschiedenislessen sterk uit te breiden, dan kan de Canon wellicht de genuanceerde behandeling krijgen die hij kennelijk nodig heeft.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.