Home De voorronde van de Grote Geschiedenis Quiz 2007

De voorronde van de Grote Geschiedenis Quiz 2007

  • Gepubliceerd op: 17 april 2007
  • Laatste update 07 apr 2020

Het is weer tijd voor de voorronde van de jaarlijkse Grote Geschiedenis Quiz. Traditiegetrouw wordt deze georganiseerd door de Volkskrant, het Historisch Nieuwsblad en het televisieprogramma Andere Tijden.

Voordat u zich probeert te kwalificeren voor de finale een welgemeende waarschuwing. Natuurlijk kunt u veel antwoorden opzoeken. Maar daarmee houdt u dan uzelf en ons voor de gek, met het risico dat u in de finale voor het oog der natie door de mand valt.


In deze voorronde moet u 25 vragen beantwoorden op het formulier hiernaast. Nog gemakkelijker is het om uw antwoorden in te sturen via
www.ggq.nl




1. ‘De Hollandsche Lelie’ was een:

a. bloembol.

b. bijnaam van Mata Hari.

c. damestijdschrift.

d. wapenschild.

2. Wat stond er in de Akte van Seclusie, die werd afgesloten na de Eerste Engelse Oorlog (1652-1654)?

a. Engeland mocht handel drijven met wie het maar wilde.

b. Er mocht nooit meer een Oranje op de troon van Engeland zitten.

c. Engeland moest zijn bondgenootschap met Spanje opzeggen.

d. De zoon van Willem II mocht nooit stadhouder worden.

3. Groep 1 en 2 van de basisschool stonden vroeger bekend onder de naam ‘fröbelschool’. Waar kwam die naam vandaan?

a. Van het Twentse woord fröbelen, dat ‘knutselen’ betekent.

b. Van de Zweedse stad Fröbel, waar in 1778 de eerste kleuterschool werd gesticht.

c. Van de negentiende-eeuwse Duitse pedagoog Friedrich Fröbel, die onderwijs aan kleine kinderen voorstond.

d. Van Frøbel, het broertje van de kleine zeemeermin uit het sprookje van Hans Christian Andersen.

4. De geschiedschrijver Herodotus schreef dat koning Croesus van Lydië gezanten naar Delphi stuurde om het orakel te vragen of hij een oorlog tegen Perzië kon beginnen. Wat kregen zij te horen?

a. ‘Bij de rivieren van Babylon zult u neerzitten.’

b. ‘Een groot rijk zal ten onder gaan.’

c. ‘Een pijlenregen zal de zon verblinden.’

d. ‘Met zilveren speren zult u de wereld veroveren.’

5. De islamitische jaartelling begint in 622 met een gebeurtenis die de ‘hidjra’ wordt genoemd. Hidjra staat voor:

a. de geboorte van Mohammed.

b. de openbaring van Allah aan Mohammed.

c. de tocht van Mohammed van Medina naar Mekka.

d. de tocht van Mohammed van Mekka naar Medina.

6. Wie was het eerste vrouwelijke lid van de Tweede Kamer?

a. Suze Groeneweg.

b. Aletta Jacobs.

c. Wilhelmina Drucker.

d. Marga Klompé.

7. Wat was het Grote Schisma van 1378?

a. De benoeming van twee concurrerende pausen.

b. De breuk tussen orthodoxen en katholieken.

c. Het uiteenvallen van het Heilige Roomse Rijk.

d. Het conflict tussen Frankrijk en Engeland dat leidde tot de Honderdjarige Oorlog.

8. Zet deze gebeurtenissen van 1989 in de juiste volgorde: Opstand op het Plein van de Hemelse Vrede in Peking, Eerste vrije verkiezingen in Polen, Val van de Berlijnse Muur, Executie van Ceauþescu.

a. Polen, Ceauþescu, Peking, Muur.

b. Muur, Polen, Peking, Ceauþescu.

c. Polen, Muur, Ceauþescu, Peking.

d. Peking, Polen, Muur, Ceauþescu.

9. In het Colosseum in Rome staat een groot kruis. Waarom?

a. Aan het kruis werden ter dood veroordeelde slaven gedood.

b. Het markeert de plek waar de christelijke Romeinse keizer Constantijn werd vermoord.

c. Ter nagedachtenis aan de aldaar ter dood veroordeelde christenen.

d. Benito Mussolini wilde zo de glorie van het klassieke Rome koppelen aan het christelijke Rome.

10. In de negentiende eeuw kwamen veel Italiaanse gastarbeiders naar Nederland. Welk beroep oefenden zij meestal uit?

a. IJscoman.

b. Schoorsteenveger.

c. Mijnwerker.

d. Schoenmaker.

11. Wat is er níet gebeurd in Suriname tijdens de Tweede Wereldoorlog?

a. NSB’ers en Duitsers werden er opgesloten in een interneringskamp.

b. De Verenigde Staten stuurden troepen om de Amerikaanse belangen in Suriname te beschermen.

c. Suriname werd twee keer zonder succes aangevallen door het fascistische Brazilië.

d. Veel (Nederlandse) Joden vluchtten naar Suriname.

12. Door welke Amsterdamse geloofsgemeenschap werd de filosoof Spinoza in de ban gedaan?

a. De katholieke.

b. De calvinistische.

c. De joodse.

d. De wederdopers.

13. Wie was Ned Ludd?

a. De Deense immigrant die aan de wieg stond van de Verenigde Nederlandsche Scheepvaartmaatschappij, de voorloper van Nedlloyd.

b. Een Robin Hood-achtige man naar wie de Luddieten (wevers die protesteerden tegen de mechanisering van hun ambacht) zijn vernoemd.

c. Een Australische bandiet van Ierse afkomst die in de negentiende eeuw furore maakte met zijn verzet tegen het Victoriaanse regime.

d. De arbeider aan wie Karl Marx Das Kapital opdroeg.

14. Wat is de ‘Fabian Society’?

a. De decadente Romeinse samenleving in de tijd van keizer Fabius Florianus (276-312), zoals beschreven door historicus Edward Gibbon.

b. Een socialistische Engelse denktank, vernoemd naar de Romeinse generaal Quintus Fabius Maximus Cunctator.

c. De clubs die meededen met de eerste landelijke voetbalcompetitie in Engeland (1863), genoemd naar de voorzitter van de voetbalbond, Charles Fabian-Duxby.

d. Het extravagante gezelschap kunstenaars rond David Bowie-manager Frank Fabian in de jaren zeventig.

15. Wat was de oorzaak van de Great Famine, de grote hongersnood in Ierland van 1846/1847?

a. Ierse grootgrondbezitters exporteerden te veel voedsel naar Engeland.

b. De Britten straften de Ieren voor een grootschalige opstand met een economische boycot.

c. Een aardappelziekte beroofde de Ieren in één klap van hun voornaamste voedselbron.

d. Ierse boeren waren massaal geëmigreerd naar Amerika, waardoor de economie was stilgevallen.

16. Welk nummer van een Nederlandse band belandde in 35 landen op de eerste plaats in de hitparades?

a. Venus van Shocking Blue.

b. Radar Love van de Golden Earring.

c. No Limit van 2 Unlimited.

d. We’re Going to Ibiza van de Venga Boys.

17. Wie wilde ons in 1830 militair te hulp schieten tegen het ‘muitziek Belgenvolk’?

a. Keizer Frans I van Oostenrijk.

b. Tsaar Nicolaas I van Rusland.

c. Koning Frederik Willem III van Pruisen.

d. Koning Louis Philippe van Frankrijk.

18. De onderstaande personen speelden een grote rol in de geschiedenis van Nederlands-Indië. Koppel hun naam aan hun bekendste wapenfeit.

1. Pieter Both a. ‘Pacificeerder’ van Atjeh

2. Herman Daendels b. Bouwer van de Grote Postweg op Java

3. Jan Pietersz. Coen c. Eerste gouverneur-generaal van Nederlands-Indië

4. Joannes van Heutsz d. Stichter van Batavia

a. 1c, 2b, 3d, 4a.

b. 1a, 2d, 3c, 4b.

c. 1b, 2c, 3d, 4a.

d. 1b, 2a, 3d, 4c.

19. Tot wanneer deelden Nederland en Luxemburg hetzelfde staatshoofd?

a. Tot de installatie van Lodewijk Napoleon in 1806.

b. Tot de onafhankelijkheid van België in 1830.

c. Tot de opheffing van de Duitse Bond in 1867.

d. Tot de dood van Willem III in 1890.

20. In de jaren dertig zette de overheid werkverschaffingsprojecten op om werklozen een nuttige tijdsbesteding te geven. Welk van de onderstaande werken is géén werkverschaffingsproject?

a. Kamp Westerbork.

b. Twentekanaal.

c. Feyenoord Stadion.

d. Amsterdamse Bos.

21. Welk instrument uit de achttiende eeuw was onontbeerlijk om de lengtegraad te bepalen van de positie waarin een schip zich op zee bevond?

a. De sextant.

b. De octant.

c. De St. Jacobsstaf.

d. De chronometer.

22. Wat was het Morgenthau-plan?

a. Een negentiende-eeuwse campagne van de Duitse overheid die het wandelen in de vrije natuur propageerde.

b. Een Amerikaans plan om Duitsland na 1945 om te vormen tot een boerenstaat zonder industrie.

c. De codenaam van de nazi’s voor het opzetten van een systeem van vernietigingskampen in Polen.

d. Een geheime operatie van de Stasi die probeerde te infiltreren in de hoogste top van de Bundeswehr.

23. De April-Mei-staking van 1943 wordt ook wel genoemd naar een product dat boeren tijdens die staking weigerden te leveren. Wat is de alternatieve naam voor de April-Mei-staking?

a. Melkstaking.

b. Graanstaking.

c. Aardappelstaking.

d. Bietenstaking.

24. Waarom bestreden China en Groot-Brittannië elkaar in de Eerste Opiumoorlog (1839-1842)?

a. China had de handel in en het gebruik van Britse opium verboden.

b. China had onverwachts de levering van opium aan Engeland gestaakt.

c. Engeland had de opiumsmokkel naar Engeland uit China aan banden willen leggen.

d. De opium die Engeland aan China leverde, was van inferieure kwaliteit.

25. Tot de Mammoetwet van 1968 bestond in Nederland een schooltype dat in de volksmond de ‘Spinazie-academie’ werd genoemd. Wat was dit voor school?

a. Landbouwschool.

b. Huishoudschool.

c. Hotelschool.

d. Vrije school.

Stuur het formulier (één per persoon) in een gefrankeerde envelop vóór dinsdag 30 april naar:
de Volkskrant
de Grote Geschiedenis Quiz
Postbus 2525
1000 CM Amsterdam

De buslichting van maandag 30 april 18.00 uur geldt als deadline. Ook de inzendingen via internet moeten voor dat tijdstip binnen zijn.

De juiste antwoorden staan op zaterdag 5 mei in de Volkskrant en op www.ggq.nl. Dan worden ook de namen bekendgemaakt van de finalisten die in Felix Meritis samen met twintig bekende Nederlanders zullen strijden om de hoofdprijs. De finale wordt op Hemelvaartsdag (17 mei) uitgezonden om 20.30 uur op Nederland 2.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.